PDA

View Full Version : De (on)macht van de georganiseerde religie


brontosaurus
26 januari 2008, 20:19
De jaren ’60 als omslagpunt.

Sinds de jaren ’60 van de vorige eeuw heeft er een belangrijke bewustzijnsverandering plaatsgevonden bij een groot aantal mensen in het westen. De Flower Power-generatie bracht een heel nieuw element binnen in de westerse samenlevingen, die wanneer men deze op de juiste waarde weet te schatten een belangrijk inzicht geeft in geestelijke veranderingsprocessen. De bewustzijnsverruimende impuls van die jaren ’60 is alleen te begrijpen wanneer men die in de historische context plaatst van hetgeen er aan vooraf ging.

De naoorlogse jaren werden gekenmerkt door hard werken aan de wederopbouw van de verwoeste landen in West-Europa. Alle aandacht was gericht op herstel van een materiële welvaart en nationale infrastructuren. Een ieder werd opgeroepen om de verwoeste naties weer te helpen opbouwen. De overheid zou wel laten weten wat daarbij het belangrijkst was. Het vertrouwen in die overheid was in het gezagsgetrouwe Nederland erg groot. De christelijke politicus Colijn had in de jaren ’30 toch gezegd dat ‘we rustig konden gaan slapen, want de overheid zou over ons waken’.

Maar vanuit de Verenigde Staten werd in West-Europa bewust het materialistische concept van ‘consumeren tot je welvaart je welzijn vernietigt’ geïmplanteerd. In West-Duitsland bijvoorbeeld werden direct na de oorlog Amerikaanse bureaus gevestigd die de belangen van de Amerikaanse industrie moesten behartigen en het consumentisme moesten helpen bevorderen. Het fundament voor dit afhankelijk makende concept werd al in het laatste oorlogsjaar gelegd.

“In juli 1944 ondertekenden 45 landen in het Mount Washington hotel in Bretton Woods, New Hampshire in de VS, de eerste geschreven beginselverklaring met betrekking tot geld. Volgens die overeenkomst moesten alle landen hun munteenheid koppelen aan de US dollar, en de VS verplichtten zich daartegenover om op aanvraag van enige centrale bank de dollar converteerbaar te houden (inwisselbaar, AZ) tegen goud, tegen een vaste koers van US $35 per ounce goud. Dit systeem plaatste de US dollar de facto in een overheersende rol als spilpunt van het wereldstelsel.

Er werd een nieuwe instelling – het Internationaal Monetair Fonds, IMF – geschapen om het stelsel te bewaken. Elke verandering in de waarde van een munteenheid behoefde de voorafgaande goedkeuring van het IMF. Het systeem werkte gedurende meer dan twee decennia goed, totdat president Johnson zijn strategie van ‘kanonnen en boter’ in de Vietnamoorlog introduceerde, waarbij tegelijkertijd sociale programma’s en de oorlog in Vietnam boven aan de politieke agenda werden geplaatst. Dit had een grote dollaruitstroom uit de VS ten gevolge. Een paar jaar later waren het deze aanzienlijke dollartegoeden in de handen van buitenlandse centrale banken, die president Nixon er in 1971 toe dwongen de belofte van convertibliteit van dollars in goud in te trekken, waarmee officieel een einde kwam aan de Overeenkomst van Bretton Woods.

De rol van de dollar als officieel spilpunt van het wereldgeldstelsel bleef echter intact. Dit deed de invloed van de VS op wereldwijde geldzaken en de afhankelijkheid van de wereld van de dollar, de spilmunteenheid, nog verder toenemen.

Bemerk wel dat dit zelfs van toepassing blijft met de euro, wiens internationale waarde aan de dollar gekoppeld blijft.”

Bovenstaand citaat is ontleend aan het boek ‘Het geld van de toekomst. Een nieuwe visie op welzijn, werk en een humanere wereld’ van de aan de universiteit van Leuven (B) werkzame professor Bernard Lietaer. Deze professor kent het financiële systeem van binnenuit. Hij werkte onder andere voor de Nationale Bank van België, waar hij verantwoordelijk was voor de invoering van de ecu – de voorloper van de euro. Zijn boek is een weergave van zijn onderzoek naar de werking van geld en het bestaan van alternatieve economische systemen. Ik heb het hier aangehaald om te laten zien hoe ons geldsysteem als basis voor ons leven wordt gedomineerd door dictatoriale krachten. Zoals Annick de Witt en Lea Manders in hun eerder aangehaalde artikelen beschrijven, is het geld de nieuwe godheid geworden in de 20ste eeuw. Haar priesters zijn de rationeel-wetenschappelijk geschoolde economen, die op belangrijke posten binnen praktisch alle nationale regeringen werkzaam zijn. Het pausdom binnen deze geldreligie wordt gevormd door het bankierskartel dat in de loop der geschiedenis door haar berekenende intelligentie, zich tot een oppermachtige groep heeft gemaakt. Zie verder in dit artikel. Het goed geplande afhankelijk maken van dictatoriale krachten binnen de Anglo-Amerikaanse politiek heeft zijn voorgeschiedenis in het ontstaan van de (centrale) banken.

Afhankelijkheid en onderwerping.

In het kort zal ik daar iets van weergeven. Ik gebruik daartoe een citaat uit het stuk ‘Blauwdruk voor een Planeet in Gevangenschap’ van Nick Sandberg geschreven in 2000. Hij plaatst dit afhankelijk makende economische systeem in het kader van de geplande onderwerping van de totale mensheid, met als uiteindelijk doel iedereen van een geïmplanteerde chip te voorzien. Hij begint zijn geschiedschrijving van het bankwezen met een uitspraak van Amschel Rothschild:

"Laat mij de uitgave en controle van geld van een natie behartigen, en het kan me niet sche¬len wie de wet schrijft"

Hij gaat verder met te zeggen:

“In dit tijdperk begint de geschiedenis van de ontwikkeling van het moderne banksysteem in de Middeleeuwen. In die tijd hielden mensen met persoonlijke bezittingen deze in de vorm van edelmetaal - altijd goud en zilver. Deze werden bij de lokale goudsmid bewaard voor de veiligheid, waarbij ontvangst¬bewijzen voor bewaring werden uitgegeven. Financiële transacties noodzaakten de koper om zijn goud terug te nemen en het aan de verkoper te geven, die het op zijn beurt weer in bewaring gaf, vaak bij dezelfde goudsmid.

Dit was duidelijk een tijdrovend proces en op deze manier werd het een gewoonte voor mensen om eenvoudig ontvangstbewijzen in te wisselen, bij het uitvoeren van financiële transacties. En de smederijen begonnen ontvangstbewijzen voor speciale goudwaarden uit te geven, zodat het kopen en verkopen gemakkelijker werd. De ontvangstbewij¬zen van de smederijen werden de eerste bankbiljetten. De goudsme¬derijen, nu beginnende bankiers, bemerkten dat alleen een kleine hoe¬veelheid goud, dat bij hun in bewaring was, iedere keer werd opgeno¬men. En zo kwamen ze op het idee om zelf meer kwitanties uit te ge¬ven, papiergeld dat niet gedekt was door werkelijk ondergebrachte rijkdom.

Door deze bewijzen te verstrekken aan mensen die geld nodig hadden, in de vorm van leningen, konden de goudsmederijen het geld dat an¬deren bij hun hadden ondergebracht voor zich zelf gebruiken. Men kwam er achter dat voor ieder aandeel in goud dat door de goudsmid in bewaring werd gehouden, tienmaal de som als papiergeld kon wor¬den uitgegeven. Dus, wanneer een goudsmid bijvoorbeeld eenheden goud van andere mensen in zijn bankkluis had, kon hij de waarde van 1000 aandelen uitgeven! En zolang niet meer dan 10 procent van de houders van deze biljetten hun goud in een keer wilde opnemen, zou niemand zich de fraude die begaan werd realiseren. Deze praktijk, be¬kend als gedeeltelijke reserve lening, gaat tot op de dag van vandaag door en geloof het of niet, is de ruggengraat van de moderne bankin¬dustrie!

Typerend voor banken is dat zij tienmaal hun werkelijke tegoeden uit¬lenen, wat betekent dat 90% van het geld dat zij uitlenen nu niet be¬staat, nooit heeft en nooit zal bestaan! Deze leningen moesten aan de goudsmeden worden terugbetaald met rente, wat betekende dat niet bestaanbaar geld geleidelijk in activa werd omgezet in de vorm van goederen en arbeid. En als er wanbetaling werd gepleegd, dan was de bankier gerechtigd om het eigendom in beslag te nemen van degene die in gebreke bleef. Met het verstrijken van de tijd werden de banken daardoor steeds rijker en rijker, omdat toegestaan werd geld te maken uit een zeepbel en dan dit geld om te zetten in echte goederen, arbeid en onroerend goed.

Een geldlening met 12% rente levert geen 12% rente op voor de bank, maar 112%. Zoals het tot op de dag van vandaag gaat. Toen het indu¬striële tijdperk begon nam de mogelijkheid voor exploitatie exponenti¬eel toe. De mogelijkheid voor banken om geld uit te lenen uit ijle lucht en dan de leningen om te zetten in activa met rente maakte het hen mogelijk om hele industrieën te beheersen. Tot het punt waar bank- en industriewereld, met alle plannen en beoogde effecten, een naad¬loos persoon werd, gewoonlijk beheerd door uitgebreide families, en hierbij zo'n invloed uitoefende dat beginnende regeringen in die tijd daarbij vergeleken behoorlijk machteloos waren. Het creëren van de bank- en industrie elite was begonnen.”

Deze uitleg geeft aan dat het gehele geldsysteem gebaseerd is op een zorgvuldig geschapen illusie, die met name winst oplevert voor de scheppers er van. Ook Bernard Lietaer komt tot diezelfde conclusie in zijn wetenschappelijk zeer verantwoorde boek.

Wanneer men beseft dat ons huidige papier geld helemaal geen enkele waarde meer heeft door de totale ontkoppeling van de tegenwaarde in goud, dan wordt wel heel duidelijk hoe wij voor de gek gehouden worden. Door zoveel belang te hechten aan dat geld en de daarmee samenhangende status blijven we zelf meewerken aan.het instandhouden van deze misleiding.

Het in 1914 ontstane Amerikaanse Federale Banksysteem is voortgekomen uit een achterkamertjespolitiek besluit op Jekyll Island bij New York. Het idee van een federale (centrale) bank is al een misleiding op zich. Het doet vermoeden dat de bank eigendom is van de federale overheid. Niets is echter minder waar. De Federal Reserve Bank is een bank in particulier eigendom, getuige het volgende citaat.

“In the book The Secrets of the Federal Reserve, the great American patriot Eustace Mullins indicates that because the Federal Reserve Bank of New York sets interest rates and controls the daily supply and price of currency throughout the United States, the owners of that bank are the true owners of the entire Federal Reserve system. Mullins states that “the shareholders of these banks which own the stock of the Federal Reserve Bank of New York, are the people who have controlled our political and economic destinies since 1914” [when the Federal Reserve Act was signed into law:

• Rothschild family
• Eugene Mayer
• Israel Sieff
• Kuhn-Loeb Company
• Warburg Company
• Lehman Brothers
• Goldman-Sachs
• Rockefeller family
• J.P. Morgan interests

The member banks that own and control the Federal Reserve Bank of New York are:

• Rothschild Banks of London and Berlin
• Lazard Brothers Bank of Paris
• Israel Moses Sieff Banks of Italy
• Warburg Bank of Hamburg and Amsterdam
• Lehman Brothers Bank of New York
• Kuhn-Loeb Bank of New York
• Chase Manhattan Bank of New York
• Goldman-Sachs Bank of New York

These people, acting in their own interests, have created a system of financial slavery, whose primary vehicles of entrapment include most prominently the home mortgage and the high-interest credit card systems. Every single person who involves themselves in either or both of these financial screw-jobs will spend the fantastic majority of their life making seemingly endless payments to the banks within the Federal Reserve banking system. And, if this is NOT enough advantage for these individuals, their system of fractional-reserve banking even allows them to loan out ten-times the money they have on deposit, and then charge interest on the money lent!!”

Citaat uit: Will You Survive The Coming Financial Crash? © 2005 Kent Daniel Bentkowski

Klik op onderstaand pijltje voor het document uit de Argusoog bibliotheek
(A) Will You Survive The Coming Financial Crash - Kent Daniel Bentkowski

Het bovenstaande roept de vraag wie dan de eigenaren zijn van al die andere centrale nationale banken, zoals bijvoorbeeld de Nederlandse Bank. In ieder geval is duidelijk dat niet de nationale overheden de eigenaren zijn. Dit maakt tevens duidelijk dat niet onze zogenaamd democratisch gekozen Tweede Kamerleden - uit wiens midden een regering wordt gevormd - de Nederlands economische politiek bepaald, maar de privaat beheerde Nederlandse Bank. Die weer een filiaal is van de Wereldbank en het IMF. En wie heeft de grootste invloed in die twee financiële instituten? Juist ja, het elitaire pausenclubje dat hier boven is benoemd.

Machtige priesterklassen.

Iedere georganiseerde religie, zo bewijst de geschiedenis, schijnt door het in stand willen houden van gegroeide machtsstructuren het vormensysteem belangrijker te vinden dan degenen die er deel van uitmaken en het middels hun geloof erin voeden. Bij de oudere culturen waren de religieuze belevingen gerelateerd aan de natuur. De priesterklasse die toen ontstond had door haar geestelijke kwaliteiten en ontwikkeling een voorsprong op de bevolking waar zij deel van uitmaakten. Zij gebruikten die voorsprong om er zelf een bepaalde status aan te ontlenen en hun macht te behouden. Bij de openbaringsgodsdiensten die de natuurreligies hebben verdrongen, gebeurde hetzelfde en ontstond er door een geestelijke superioriteit van enkelen een afhankelijk makende en zichzelf in stand houdende priesterklasse.

Het Verlichtingsgeloof, dat de ratio als enig objectief instrument ziet om tot waarheidsvinding te komen en waar onze moderne wetenschap uit is ontstaan, heeft een deel van de mensheid bevrijd van de afhankelijkheid van de georganiseerde religieuze machtsstructuren. Maar in plaats van een werkelijke bevrijding te scheppen heeft ze door haar eigen dogma, dat de materie de enig ervaarbare werkelijkheid is, een nieuw systeem van afhankelijkheid geschapen met een nieuwe priesterklasse. De rationeel geschoolde wetenschapper heeft zijn eigen tunnelvisie gegraven. Het is een bijzonder veelzijdige priesterklasse die alle facetten van het leven heeft onderzocht en tot een probleem gemaakt, waarvoor alleen technische oplossingen zouden gelden. Een deel van die priesterklasse lijkt te werken voor het heil der mensheid en een ander deel voor verborgen krachten op de achtergrond, met een verborgen agenda. Waarmee het Verlichtingsgeloof en de geldreligie tot een fusie kwamen.

Het economisch onderlegde deel heeft het dogma geschapen dat een eindeloze economische groei ons allen heil en verlossing zal brengen. Dit illusie scheppende dogma heeft de gehele wereld in haar ban. We groeien onszelf letterlijk dood, tenminste een deel van ons. Dat het voorzegde heil een illusie blijkt te zijn kunnen we dagelijks via ons slecht nieuwsrantsoen ervaren.

Het voordeel van crises.

Het economische systeem is in de 20ste eeuw steeds complexer geworden. Dit maakte het voor de ingewijde pausen steeds gemakkelijker om ons om de tuin te leiden. Want wie begrijpt er, zonder er rationeel-wetenschappelijk voor geschoold te zijn, nog iets van de wereldeconomie waarin alles met elkaar verweven is? De digitalisering van die economie maakte het nog complexer. Het geld werd onzichtbaar en nog meer niet-bestaand gemaakt. Het heeft er wel aan bijgedragen dat in korte tijd miljarden dollars en euro’s van eigenaar kunnen wisselen en hele nationale economieën gemaakt of gekraakt kunnen worden.

Waar nodig worden er crises geschapen om de door grote delen van de mensheid verloren geldenergie naar een ander kleiner deel van de wereldbevolking te sluizen. Want laten we ons niet langer voor de gek laten houden. Iedere economische crisis heeft naast een grote groep van verliezers een kleine groep van winnaars. Geld is ook een energie. En het is wetenschappelijk bekend en bewezen dat energie niet verloren gaat. Ook de nu in de maak zijnde economische crisis zal grote delen van de wereldbevolking met een ongekende mokerslag treffen. Daarnaast zal het een onvoorstelbare, maar ook illusionaire, winst opleveren voor die kleine groep.

Laten wij in vredesnaam gaan beseffen welk een ongekende macht wijzelf bezitten. Laten wij in eendracht beseffen dat het geloven in een economisch systeem dat gebaseerd is op dubbel gebakken lucht geen heil brengt. De economische hemel voor ons allemaal bestaat nog niet, die moeten we met elkaar gaan scheppen. De economische hel bestaat daarentegen nu wel, getuige het blijvend geloof in geld als de motor van onze samenleving. De werkelijk drijvende krachten voor een harmonieuze samenleving zijn vrijheid, gelijkwaardigheid en broederschap.

Laten we onszelf bevrijden van iedere mede door onszelf in stand gehouden afhankelijk makende illusie. We scheppen tenslotte allen onze eigen werkelijkheid. Dit beseffend nemen wij de macht over en vooral ook de verantwoordelijkheid voor ons eigen leven in de hand. We zijn tenslotte de baas over ons eigen leven, want de enige die het leven kan zijn wijzelf.

Machtsmisbruik als geestelijke verslaving.

Machtsmisbruik is een geestelijke verslaving, die in het individuele ontwikkelingsproces een enorme valkuil vormt. Men heeft er steeds meer van nodig om dezelfde bevrediging te kunnen krijgen. Maar de menselijke evolutie laat dit soort conserveringsdrang niet voor eeuwig toe. Vernieuwende krachten in die evolutie zorgen er telkens voor dat het verstarrend vasthouden aan eenmaal veroverde machtsposities, zich uiteindelijk tegen de verslaafden aan die macht gaat keren. Laten we het voor het gemak maar de wet van karma noemen. Dit gegeven berust op de geestelijke wetmatigheid dat de gevolgen van alle handelingen (=energie) weer bij de persoon terugkeren. Alle energie keert weer terug bij de degene die deze energie uit heeft gezonden en in beweging heeft gebracht. Wie zaait zal oogsten. Alle negatief gerichte energie zoekt een balans door even zoveel positief gerichte energie op te willen wekken. In eerste instantie door de betreffende persoon zelf de mogelijkheid te geven te leren van de gevolgen van zijn eigen handelen en de oorspronkelijk negatieve energie te neutraliseren in de vorm van een transformatie tot positieve energie. Naarmate men onwilliger is in het leren van de eigen lessen, zullen deze in de vorm van de terugkerende gevolgen steeds pijnlijker worden. Loslaten is nu eenmaal pijnlijk, dat weten we allemaal.

Het gericht zijn op grijpen wat je grijpen kunt zal uiteindelijk resulteren in dat alles je ontnomen zal worden. Het gericht zijn op het onvoorwaardelijk schenken en delen van je rijkdommen, zal je uiteindelijk alles geven wat je nodig hebt.

De echo van het leven

Een man en zijn zoon lopen in de bergen. Plotseling struikelt de jongen en - omdat hij een scherpe pijn voelt roept hij: ‘Au!’ Verrast hoort hij een stem vanuit de bergen roepen: ‘Au!’ Nieuwsgierig roept hij: ‘Wie ben jij?’, maar het enige antwoord dat hij terugkrijgt is: ‘Wie ben jij?’ Hij wordt kwaad en roept: ‘Jij bent een lafaard!’, waarop de stem antwoordt: ‘Jij bent een lafaard!’ Daarop kijkt de jongen naar zijn vader en vraagt: ‘Papa, wat gebeurt hier?’ ‘De man antwoordt: ‘Zoon, let op!’ en roept vervolgens: ‘Ik bewonder jou!’ De stem antwoordt: ‘Ik bewonder jou!’ De vader roept: ‘Jij bent prachtig!’ en de stem antwoordt: ‘Jij bent prachtig!’ Daarop legt de vader uit: ‘De mensen noemen dit een 'ECHO', maar in feite is dit het 'LEVEN'! Het leven geeft je altijd terug wat jij geeft. Het leven is een spiegel van jouw handelingen. Als je meer liefde wilt, geef dan meer liefde! Wil je meer vriendelijkheid, geef dan meer vriendelijkheid! Wil je dat mensen geduldig, begripvol en respectvol met je omgaan, geef dan geduld, begrip en respect! Deze natuurwet gaat op voor elk aspect van ons leven omdat wat je geeft gespiegeld wordt in wat je terugkrijgt van het leven.’

(auteur onbekend)


The Power of the Flower.

Terug naar de hippies en Provo’s van de jaren ’60. Veel jongeren van deze generatie werden toen gegrepen door een bewustzijnverruimende impuls, die ingeleid werd door schrijvers, musici en kunstenaars uit de VS aan het eind van de jaren ’50. Deze generatie werd de Beat Generation genoemd. Mensen als Jack Kerouac, William Burrouhgs, Allen Ginsberg en vele anderen begonnen zich te interesseren voor de oosterse levensbeschouwingen. In Duitsland had Herman Hesse zich daar voor al op het oosten gericht en zijn meesterlijke boeken geschreven.

De Beatnicks lazen literatuur en lieten zich inspireren om hun eigen boeken en poëzie te schrijven. In eerste instantie was het een nogal losbandig zooitje, getuige hetgeen zij in hun boeken beschrijven over wilde feesten. Om het evenwicht te vinden is het blijkbaar soms nodig om het oude te doorbreken door je volledig over te geven aan de tegenpool die nieuw is. Onze overgereguleerde westerse samenleving vraagt om een totale doorbreking van de verstarring die haar eigen dood aan het worden is. Wanneer we er niet uit eigen beweging voor kiezen om een nieuwe levensimpuls in ons toe te laten, zal de evolutie ons een handje helpen door de spiegelende gevolgen in de vorm van rampen.

Het gebruik van vele soorten bewustzijnsverruimende middelen hielp de jaren ’60-generatie om zich te openen voor ongekende ervaringen. Zolang dit een tijdelijk karakter had was het slechts een middel om tot een andere werkelijkheidsbeleving te komen. Zodra het gebruik een doel op zich werd sloeg de verstarring en verslaving toe. Daar haakten de aan macht verslaafden weer gretig op in, door voor een enorme stroom aan steeds gevaarlijker en verslavende middelen te zorgen. Dit paste in hun spel van het krijgen van nog meer macht en nog meer geld. Wat dit aangaat is het toch erg opvallend dat sinds de VS het Afghaanse volk heeft ‘bevrijd’ van de door de Amerikanen zelf geschapen terroristische Taliban, de opiumverbouw jaar na jaar recordoogsten geeft. Waar gaat al dat witte goud naar toe en vooral waar gaan de opbrengsten naar toe? Worden daar misschien de oorlogen mee gefinancierd om nog meer zwart goud te kunnen bemachtigen? Wie het weet mag het zeggen. Misschien een geval van omgekeerde witwasserij?

Feit blijft dat de jaren ’60-generatie een statement heeft willen maken door onze aandacht te vragen voor het gebrek van een overleefd systeem, dat zichzelf in stand wil houden door oorlog, geweld, het scheppen van honger en veel onrecht. Zij protesteerden daartegen, waarbij zij alle middelen gebruikten die ze hadden. Zij toonden een enorme creativiteit, zich uitend op vele kunstzinnige manieren. De muziek van toen is wel het meest aansprekende voorbeeld. De Love-Ins en Sit-Ins waren manieren om duidelijk te maken dat oorlogen geen betere wereld scheppen. John Lennon en Yoko Ono hadden hun eigen ludieke actie door een week in bed te blijven in het Hilton Hotel in Amsterdam en van daaruit de wereldpers te woord te staan. “MAKE LOVE, NOT WAR’ was hun credo. In San Fransisco staken de hippies bloemen in de knoopsgaten van politieagenten, ten teken dat ze vooral geen kwaad in de zin hadden en dat de natuur er is om van te houden.

Bij het standbeeld Het Lieverdje op het Spui in Amsterdam deelden de Provo’s krenten uit aan politieagenten ten teken van verzoening en zij werden soms ongenadig neer geknuppeld. Op de Dam in Amsterdam werden de Damslapers een keer door een stel uit eigen beweging handelende mariniers bij het monument aldaar weggeslagen. In dit soort confrontaties ontmoetten oude conserverende krachten de krachten van vernieuwing. Wie de film Gandhi gezien heeft weet hoe het in India toeging ten tijde van het vreedzame verzet tegen de Engelse overheersing.

De vele communes uit die tijd waren zoekend naar een vernieuwende manier van gemeenschapsvorming. Op basis van een bewuste keuze kozen individuen er voor om samen met anderen veel van hun leven te delen. Daar zijn later weer verschillende vormen van leefwerkgemeenschappen, zorgboerderijen en woongroepen uit ontstaan. Deze ontwikkeling heeft als basis het besef dat wij mensen elkaar nodig hebben, dat wij elkaar veel te bieden hebben. Dat de kwaliteiten van de één ten goede kunnen komen aan anderen en dat in feite ieder mens kwaliteiten heeft die ten goede kunnen komen aan anderen. Deze vorm van afhankelijkheid is gebaseerd op inzicht en de vrije wil om dienstbaar te willen zijn.

Verzet van en door het oude.

De huidige ontwikkelingen in de wereld lijken er op te wijzen dat er een aanloop plaats vindt naar een overweldigend verzet van de oude conserverende krachten tegen het nieuwe. Het is dus anders dan wat de media ons voorspiegelen. De mensen die het nieuwe denken willen vormgeven in nieuwe sociaal-maatschappelijke structuren zijn niet in verzet. Zij gaan juist mee met de stroom van de evolutie. Het zijn de aanhangers van het oude systeem, de machtsverslaafden die het verzet plegen. Als Christus nu opnieuw in een aards lichaam zou verschijnen, iets wat Hij nu heus niet zal doen, dan zou hij door de christenen zelf veroordeeld en geëxecuteerd worden.

De machtsverslaafden mogen graag de zaken omdraaien, de leugen als waarheid presenteren, de waarheid tot leugen maken, oorlog benoemen als een vredesactiviteit, onvrij makende afhankelijkheid tot vrijheid benoemen, onveiligheid tot veiligheid bombarderen, vernietiging als vooruitgang zien, waanzin als geestelijk gezond beschouwen en weldenkende, welvoelende en welwillende mensen als gek bestempelen.

Daarmee laten die oude conserverende krachten zien dat zij telkens een tegenbeeld scheppen van wat de vernieuwende krachten beogen. Wat beogen die vernieuwende krachten dan? In mijn beleving beogen zij het toegroeien naar een individueel bewust ervaarbare eenheid van de mens met zijn sociale en natuurlijke omgeving. De Homo Universalis, de Universele Mens. Het ontwikkelen van onze eigen individualiteit is het noodzakelijke begin van deze ontwikkeling, want individualiteit betekent immers ‘dat wat niet gedeeld kan worden’. Om de eenheid van alles te ervaren zullen we eerst onszelf als een eenheid moeten ervaren. Laten we ons dus niet meer laten misleiden door de verdeeldheid zaaiende krachten van het oude, van de machtsverslaafden. Nu de Raad van State als belangenvertegenwoordiger van de machtsverslaafden besloten heeft dat het niet nodig is om een nieuw referendum te houden over de ‘herziene’ Europese Grondwet, is het van groot belang ons ook daardoor niet uit het veld van ons eigen leven te laten slaan. Laten we de macht over ons eigen leven ter hand nemen en ons verenigen..


GEWELD EINDIGT WAAR LIEFDE BEGINT

“ Men ziet de menselijke samenleving zoals die is en meent dat men tegenwoordig een ideale situatie in de samenleving tot stand zou kunnen brengen. Een absurde gedachte; want de menselijke samenleving is voorbestemd om te komen tot een voortdurend omvormen, een proces van zijn en worden. Wij maken de fout dat wij vaste, stabiele verhoudingen instellen. Dan komt de ziel uit het voorgeboortelijke en brengt de wil met zich mee om de dingen in beweging te hebben. Maar zij treft alles als vaststaand aan. Daar ontstaat dan iets; de opgroeiende generatie moet een generatie van rebellen worden, omdat zij iets nieuws in de wereld wil brengen. De hemelkrachten revolteren, de krachten van wording en vorming. Omdat zij niet werkzaam kunnen worden, worden zij boosaardig. De mensen brengen de tendens mee om inspiratie tot ontwikkeling te brengen, maar het sociale veld waar zij zich willen ontwikkelen is star en materialistisch.

Kan de mens zich niet manifesteren, dan veranderen de ikken. Er ontstaan wilde dierlijke neigingen. Geest die niet opgenomen is, verandert in vergoten bloed. Waar de mens het geestelijke niet kan opnemen, verandert het in wilde emoties die tot bloedvergieten voeren. De mens wordt uit zijn spoor geworpen, doordat zijn geestelijke en wilsprocessen zich niet kunnen manifesteren. Dat leeft zich dan uit in één of andere vorm van negatie van het bestaande. Ruwheid van het gevoelsleven, gewelddadigheid, politieke terreur, misdadige terreur, militaire terreur is het gevolg.”

Bovenstaande tekst is van Rudolf Steiner en werd gesproken op 16 juni 1919
In Licht en Liefde

Geschreven door Arend Zeevat

Naschrift: Degenen die geïnteresseerd zijn in het artikel van Nick Sandberg en van Kent Daniel Bentkowski kunnen een bericht sturen naar: [email protected]