Jonas De muynck
16 maart 2004, 23:06
TeKoS verdreef aan het begin van de jaren ’80 “Dietsland Europa” van het voorplan, en wierp zich op als de dominante denktank binnen Rechts-radicale Vlaams-nationalistische kringen. Op die manier begon de Nouvelle Droite aan een gestage opmars en dan vooral bij de jongere generaties en kaders van het Vlaams Blok. TeKoS werd een spreekbuis voor tal van intellectuelen die de Nouvelle Droite een eigen “Vlaams” gezicht wilden geven.
De basiselementen van de Nouvelle Droite bleven echter dezelfde, namelijk het ondergraven van het egalitarisme en het universalisme en het aanwijzen van het verlichtingsdenken als de voornaamste oorzaak van het culturele “verval”. Het palingenethische ultranationalisme dat zo kenmerkend was geweest voor het vooroorlogse fascisme, kreeg evenwel (getrouw aan de Nouvelle Droite) nu een Europese invulling. Er werd immers gesteld, dat er enkel een einde aan dit verval kon komen via de instauratie van een “Indo-Europees samenlevingsmodel”. Dit samenlevingsmodel kunnen we vergelijken met wat Julius Evola als de “traditionele samenleving” had omschreven, namelijk een samenleving met een strakke sociale hiërarchie waarbij de “inherente ongelijkheid” tussen de mensen centraal staat. Culturen worden eveneens omschreven als intrinsiek onverenigbaar. Daarom moet tussen de verschillende samenlevingen toch een scheiding blijven bestaan die enkel doorbroken mag worden in naam van het behoud van een onderling evenwicht door de “Rijksgedachte”. Vlaanderen wordt volgens deze visie geen federale deelstaat of onafhankelijke staat, maar maakt gewoon deel uit van het “Heel-Europese Rijk”.
Dit is de concrete ideologie, maar uiteraard wordt deze geheel getrouw aan het franse voorbeeld, uitgedragen via het concept van de “metapolitieke strijd”. TeKoS wil dus de bestaande maatschappij visie ondergraven en vervangen door een maatschappijvisie die de ongelijkheid tussen mensen beklemtoont. Nadat de dominante maatschappijvisie in de culturele bovenbouw is gewijzigd, ligt de politieke macht binnen handbereik. Vanaf haar ontstaan heeft TeKoS deze ideeën uitgedragen en groeide ze uit tot het belangrijkste ideologische richtsnoer voor Nieuw-Rechts in Vlaanderen. Haar grootste invloed oefende TeKoS uit op de eerste generaties jongeren die gevormd werden door de Nationalistische Studentenvereniging (NSV). Vele van die jongeren verdienden vervolgens hun politieke sporen binnen het Vlaams Blok. Zo schreef de latere voorzitter van het Vlaams Blok zijn thesis aan de VUB over het concept “metapolitieke strijd” binnen de Nouvelle-Droite.
Nieuw-Rechts en de electorale opkomst van het blok in perspectief
De invloed van Nieuw-rechts bleef echter niet beperkt tot deze jongere generatie. Haar invloed liet zich ook gevoelen binnen de meer traditionele kringen. Zo besteedde: “Dietsland Europa”, onder invloed van een nieuwe generatie jonge redacteurs meer aandacht aan de Nouvelle Doite dan voorheen. Alain de Benoist was zelfs gastspreker op het zilveren jubileum van Dietsland-Europa. Citaten van de Benoist waren ook niet vreemd aan een ideologisch manifest van Were Di uit 1985. Er werd zelfs een speciaal themanummer uitgegeven dat handelde over de hier reeds besproken Julius Evola. Het was echter vooral opvallend hoe het Nieuw-Rechtse gedachtegoed zich binnen het Vlaams Blok nestelde.
De impact van deze ideologische oriëntering kan niet losgekoppeld worden van de electorale doorbraak van het blok. Vlaanderen was daarmee zeker geen precedent in Europa, ook andere landen werden geconfronteerd met dit fenomeen. Het Vlaams Blok was aan het begin van de jaren ’90 immers niet langer slechts de partij van een aantal misnoegde Vlaamsnationalisten. Een nieuwe jonge generatie doordrongen van het Nieuw-Rechtse gedachtegoed, diende zich immers aan. Als grote voorbeeld voor deze jonge garde gold Jean-Marie Le Pens Front National in Frankrijk. Ze stonden een versmelting van Vlaamsnationalisme en Nieuw-Rechts radicalisme voor. Ouderdomsdeken en leidinggevende figuur Karel Dillen stimuleerde dit proces tot groot ongenoegen van sommige militanten die furieus opstapten en een nieuwe formatie vormden namelijk het “Nationalistisch Verbond”. Het was dit opstappen van een aantal traditionele Vlaamsnationalisten, dat de weg vrijmaakte voor de Nieuw-Rechtse jongere garde. Halfweg de jaren ’80 hadden Filip Dewinter (oud-NSV-preses) en Frank Vanhecke al de “Vlaams Blok Jongeren” opgericht. Het waren de VBJ die als allereerste op hun congres in 1987 het migrantenstandpunt verwoorden. De groep rond Dewinter en Vanhecke kreeg bovendien de steun van een oude getrouwe als Roeland Raes en wist op deze manier haar stempel te drukken op de ideologische onderbouw van het Vlaams Blok. Deze overgangsfase bereikte haar hoogtepunt met de machtsoverdracht van Karel Dillen ten bate van Vanhecke in 1995.
Deze nieuwe oriëntering die de nadruk legde op het “migrantenvraagstuk” bewerkstelligde de electorale doorbraak die zich vanaf het einde van de jaren ’80 en het begin van de jaren’90 aftekende.
Zo haalde het blok aanvankelijk amper 3% van de stemmen tijdens de parlements- en provincieraadsverkiezingen van 1987 en groeide dit aantal uit tot maar liefst 10,3 % in 1991. Het Blok ging in één klap van 2 naar 12 zetels waarvan er 5 gingen naar de jongere Nieuw-Rechtse generatie. In de parlementsverkiezingen van 1995 groeide het aantal vertegenwoordigers in de 4 wetgevende vergaderingen samen tot 31. Het grote breekijzer voor de verwezenlijking van dit rechts-radicale succes lag in het xenofobe anti-migrantenstandpunt,. Dit zat echter ingebed en was innig verweven met de oudere anti-Belgische Vlaams-nationalistische traditie. De helft van deze zitjes gingen opnieuw naar een groep jonge nieuwkomers. De hang naar een Rechts-radicale revolutie was het levendigste onder deze jongere verkozenen.
Naar de publieke opinie toe kwamen deze Nieuw-Rechtse wortels niet tot uiting. Het blok stelde zich op als een volwaardige populistische partij die er prat op ging als 'de stem van het volk' te fungeren. In wezen verwerpt het Vlaams Blok echter vanuit haar Nieuw-rechtse opstelling de liberale parlementaire democratie. En tracht ze via een soort metapolitieke Kulturkampf de legitimiteit ervan in vraag te stellen. Daarbij wordt een beroep gedaan op de ideologische steun van TeKoS en Dietsland Europa om de principes van liberalisme, egalitarisme en solidariteit te ondermijnen en uit te hollen.
Graag uw commentaar op deze uiteenzetting?
De basiselementen van de Nouvelle Droite bleven echter dezelfde, namelijk het ondergraven van het egalitarisme en het universalisme en het aanwijzen van het verlichtingsdenken als de voornaamste oorzaak van het culturele “verval”. Het palingenethische ultranationalisme dat zo kenmerkend was geweest voor het vooroorlogse fascisme, kreeg evenwel (getrouw aan de Nouvelle Droite) nu een Europese invulling. Er werd immers gesteld, dat er enkel een einde aan dit verval kon komen via de instauratie van een “Indo-Europees samenlevingsmodel”. Dit samenlevingsmodel kunnen we vergelijken met wat Julius Evola als de “traditionele samenleving” had omschreven, namelijk een samenleving met een strakke sociale hiërarchie waarbij de “inherente ongelijkheid” tussen de mensen centraal staat. Culturen worden eveneens omschreven als intrinsiek onverenigbaar. Daarom moet tussen de verschillende samenlevingen toch een scheiding blijven bestaan die enkel doorbroken mag worden in naam van het behoud van een onderling evenwicht door de “Rijksgedachte”. Vlaanderen wordt volgens deze visie geen federale deelstaat of onafhankelijke staat, maar maakt gewoon deel uit van het “Heel-Europese Rijk”.
Dit is de concrete ideologie, maar uiteraard wordt deze geheel getrouw aan het franse voorbeeld, uitgedragen via het concept van de “metapolitieke strijd”. TeKoS wil dus de bestaande maatschappij visie ondergraven en vervangen door een maatschappijvisie die de ongelijkheid tussen mensen beklemtoont. Nadat de dominante maatschappijvisie in de culturele bovenbouw is gewijzigd, ligt de politieke macht binnen handbereik. Vanaf haar ontstaan heeft TeKoS deze ideeën uitgedragen en groeide ze uit tot het belangrijkste ideologische richtsnoer voor Nieuw-Rechts in Vlaanderen. Haar grootste invloed oefende TeKoS uit op de eerste generaties jongeren die gevormd werden door de Nationalistische Studentenvereniging (NSV). Vele van die jongeren verdienden vervolgens hun politieke sporen binnen het Vlaams Blok. Zo schreef de latere voorzitter van het Vlaams Blok zijn thesis aan de VUB over het concept “metapolitieke strijd” binnen de Nouvelle-Droite.
Nieuw-Rechts en de electorale opkomst van het blok in perspectief
De invloed van Nieuw-rechts bleef echter niet beperkt tot deze jongere generatie. Haar invloed liet zich ook gevoelen binnen de meer traditionele kringen. Zo besteedde: “Dietsland Europa”, onder invloed van een nieuwe generatie jonge redacteurs meer aandacht aan de Nouvelle Doite dan voorheen. Alain de Benoist was zelfs gastspreker op het zilveren jubileum van Dietsland-Europa. Citaten van de Benoist waren ook niet vreemd aan een ideologisch manifest van Were Di uit 1985. Er werd zelfs een speciaal themanummer uitgegeven dat handelde over de hier reeds besproken Julius Evola. Het was echter vooral opvallend hoe het Nieuw-Rechtse gedachtegoed zich binnen het Vlaams Blok nestelde.
De impact van deze ideologische oriëntering kan niet losgekoppeld worden van de electorale doorbraak van het blok. Vlaanderen was daarmee zeker geen precedent in Europa, ook andere landen werden geconfronteerd met dit fenomeen. Het Vlaams Blok was aan het begin van de jaren ’90 immers niet langer slechts de partij van een aantal misnoegde Vlaamsnationalisten. Een nieuwe jonge generatie doordrongen van het Nieuw-Rechtse gedachtegoed, diende zich immers aan. Als grote voorbeeld voor deze jonge garde gold Jean-Marie Le Pens Front National in Frankrijk. Ze stonden een versmelting van Vlaamsnationalisme en Nieuw-Rechts radicalisme voor. Ouderdomsdeken en leidinggevende figuur Karel Dillen stimuleerde dit proces tot groot ongenoegen van sommige militanten die furieus opstapten en een nieuwe formatie vormden namelijk het “Nationalistisch Verbond”. Het was dit opstappen van een aantal traditionele Vlaamsnationalisten, dat de weg vrijmaakte voor de Nieuw-Rechtse jongere garde. Halfweg de jaren ’80 hadden Filip Dewinter (oud-NSV-preses) en Frank Vanhecke al de “Vlaams Blok Jongeren” opgericht. Het waren de VBJ die als allereerste op hun congres in 1987 het migrantenstandpunt verwoorden. De groep rond Dewinter en Vanhecke kreeg bovendien de steun van een oude getrouwe als Roeland Raes en wist op deze manier haar stempel te drukken op de ideologische onderbouw van het Vlaams Blok. Deze overgangsfase bereikte haar hoogtepunt met de machtsoverdracht van Karel Dillen ten bate van Vanhecke in 1995.
Deze nieuwe oriëntering die de nadruk legde op het “migrantenvraagstuk” bewerkstelligde de electorale doorbraak die zich vanaf het einde van de jaren ’80 en het begin van de jaren’90 aftekende.
Zo haalde het blok aanvankelijk amper 3% van de stemmen tijdens de parlements- en provincieraadsverkiezingen van 1987 en groeide dit aantal uit tot maar liefst 10,3 % in 1991. Het Blok ging in één klap van 2 naar 12 zetels waarvan er 5 gingen naar de jongere Nieuw-Rechtse generatie. In de parlementsverkiezingen van 1995 groeide het aantal vertegenwoordigers in de 4 wetgevende vergaderingen samen tot 31. Het grote breekijzer voor de verwezenlijking van dit rechts-radicale succes lag in het xenofobe anti-migrantenstandpunt,. Dit zat echter ingebed en was innig verweven met de oudere anti-Belgische Vlaams-nationalistische traditie. De helft van deze zitjes gingen opnieuw naar een groep jonge nieuwkomers. De hang naar een Rechts-radicale revolutie was het levendigste onder deze jongere verkozenen.
Naar de publieke opinie toe kwamen deze Nieuw-Rechtse wortels niet tot uiting. Het blok stelde zich op als een volwaardige populistische partij die er prat op ging als 'de stem van het volk' te fungeren. In wezen verwerpt het Vlaams Blok echter vanuit haar Nieuw-rechtse opstelling de liberale parlementaire democratie. En tracht ze via een soort metapolitieke Kulturkampf de legitimiteit ervan in vraag te stellen. Daarbij wordt een beroep gedaan op de ideologische steun van TeKoS en Dietsland Europa om de principes van liberalisme, egalitarisme en solidariteit te ondermijnen en uit te hollen.
Graag uw commentaar op deze uiteenzetting?