Het mist in het alfabet de letters w, q en y
maar heeft omdat de uitspraak fonetisch met het schrift overeenkomt volgende supplementaire letters : ĉ, ĝ, ĥ, ĵ.
er zijn slechts 16 grammaticale regels
een beperkte woordenschat die uitgebreid kan worden door gebruik van voorzetsels en
achterzetsels, prefiksoj kaj sufiksoj..
In de uitspraak valt de klemtoon altijd op de voorlaatste lettergreep.
Voor nederlandstaligen zijn de moeilijkste zaken :
- het gebruik van de -n (accusatief)vorm
- het feit dat werkwoorden altijd ofwel transitief of niet-transitief zijn
- de kompleet vrije woordschikking
Op Esperantocongressen e.d. manifestaties hoort men wel accenten ie. al naargelang de spreker kan je zijn moedertaal wel raden. Het mooiste Esperanto klinkt als een mengsel van Kroatisch en Italiaans (De vroegere voorzitter van UEA Sinjoro Lapenna zijn uitspraak is haast legendarisch).
__________________
Tempo toleras
sed vero aperas
|