Los bericht bekijken
Oud 11 maart 2017, 09:09   #1
GandalftheGrey
Provinciaal Gedeputeerde
 
GandalftheGrey's schermafbeelding
 
Geregistreerd: 26 december 2013
Berichten: 817
Standaard 'Onze islamitische bewegingen blijven steken in discussies over benamingen'

'Onze islamitische bewegingen blijven steken in discussies over benamingen'
Brahim Laytouss
Imam in Gent en onderzoeker aan de Universiteit Antwerpen
09/03/17 om 09:35 - Bijgewerkt om 15:56

Imam Brahim Laytouss schreef een essay voor de bundel Dreigingsniveau 4, die vorig jaar verscheen. 'Anderen met de vinger wijzen en al het werk overlaten aan de overheid en de politiediensten, is te gemakkelijk.'

Blik in eigen hart: reflecties van een moslim over terreur en radicalisering

Brahim Laytouss bekijkt de islam van binnenuit op een rationele manier en licht toe waarom IS noch islamitisch noch een staat mag worden genoemd. Zijn visie op een islamitische beleving is kritisch*constructief. Geen enkel probleem of discussiepunt gaat hij uit de weg.
Hoewel de terreurdreiging in ons land al maanden schommelde tussen niveau 3 en 4, konden de aanslagen op de luchthaven van Zaventem en het metrostation Maalbeek op 22 maart 2016 helaas niet worden voorkomen. De veiligheidsdiensten hadden de weken en maanden voordien nochtans veel tijd, energie en werk gestopt in de opsporing en ontmanteling van terreurcellen. Half januari had de Staatsveiligheid nog op het nippertje een aanslag in Verviers kunnen verijdelen. En op 18 maart kon Salah Abdeslam, een van de daders van de aanslagen in Parijs en op dat moment de meest gezochte terrorist in Europa, na een maandenlange klopjacht eindelijk worden gearresteerd. België leek weer opgelucht te kunnen ademen. Tot de laffe en meedogenloze aanslagen op 22 maart, die het leven kostten aan 32 onschuldige mensen. Mensen zoals u en ik. Laten we dat vooral niet vergeten. Choquerend en hartverscheurend voor iedereen in dit land, zowel moslims als niet-moslims. Ik besefte meteen dat het langverwachte kwaad van de terreur ook in België een gezicht had gekregen.

Misbruikte naam

Noch islamitisch, noch staat

Via wijdverspreide haatcampagnes op het internet en de sociale media heeft de IS - of Daesh in het Arabisch - al meermaals gedreigd vastberaden en hard te zullen toeslaan op verschillende publieke plaatsen in Europa. Maar het instrumentele geweld dat door de IS gepleegd wordt, is vooral van strategische aard: het dient niet alleen om zo veel mogelijk angst te zaaien, maar ook om jongeren uit Europa als jihadstrijders te rekruteren onder het motto 'het doel heiligt de middelen'. De geradicaliseerde jongeren die door de IS ideologisch worden geïndoctrineerd, neigen daarentegen eerder naar expressief geweld; ze plegen aanslagen uit boosheid en vijandigheid tegenover hun eigen omgeving.

DELEN
'Onze islamitische bewegingen blijven steken in discussies over benamingen'
Vanzelfsprekend veroordeelt de islam elke vorm van agressie en geweld tegen onschuldige mensen, wat het achterliggende motief ook is. Toch is het nuttig om de echte beweegredenen en de werkwijze van de terroristen te doorgronden. Onlangs nog riep de inmiddels overleden woordvoerder van de IS, Abdullah Muhammad Al-Adnani, zijn aanhangers via sociale me dia op om tijdens de ramadan het Westen in het hart te treffen. Hij droeg de zogeheten 'helden van Europa' op om aanslagen te plegen en daarbij liefst zo veel mogelijk burgers te doden, 'omdat in de landen van de kruisvaarders bloed geen immuniteit heeft'. Volgens Al-Adnani is de zo genaamde onschuld van burgers een mythe: 'Hun vliegtuigen, die ons aanvallen, maken ook geen onder scheid tussen een gewapende man en een andere man die zich niet kan verdedigen.'

Het is opmerkelijk dat de IS sinds 2003 maar liefst zes keer een naamswijziging heeft doorgevoerd. Het illustreert hoe verward en onstabiel het terreurnetwerk eigenlijk is. Ze weten blijkbaar nog steeds niet wie ze zijn en waarvoor ze staan, en blijven van gedaante wisselen, een typisch ken merk van een moordsekte en dwalende extremistische groepering. Uit eindelijk valt de naamkeuze op de Islamitische Staat. Maar de IS is noch islamitisch, noch een staat, zoals de Ame rikaanse president Barack Obama het mooi verwoordde toen hij in 2014 zijn strijdplan tegen de terreurorganisatie presenteerde.

DELEN
Het is opmerkelijk dat de IS sinds 2003 maar liefst zes keer een naamswijziging heeft doorgevoerd. Het illustreert hoe verward en onstabiel het terreurnetwerk eigenlijk is.
De IS droomt ook van een 'kalifaat', waar miljoenen moslims onder hun bewind leven. Maar de massale stroom vluchtelingen die door de IS bezette gebieden ontvluchtten, meer dan een miljoen Irakezen en meer dan vier miljoen Syriërs, verraadt de afschuw van de doorsneemoslim voor het IS-kalifaat. Het feit dat duizenden moslims bij hun vlucht naar Europa nog liever verdrinken in de Middellandse Zee - tot nu toe staat de teller al op meer dan achtduizend - dan te moeten leven onder de meedogenloze en moordzuchtige barbarij van de IS, spreekt boekdelen.

De benaming Islamitische Staat moet dus radicaal worden afgewezen. In islamitische landen wordt de IS trouwens vaak aangeduid als Daesh. Terecht, want de aanspraak op de islam - zelfs met kleine letter - en het begrip 'staat' mogen we de terreurorganisatie niet gunnen. Het gebruik van het predicaat 'islamitisch' is een grove misleiding: de IS misbruikt de islam, een religie met meer dan anderhalf miljard aanhangers wereldwijd, om zijn eigen ideologie te wettigen. Terwijl de islamitische voorschriften de wandaden van deze terreurbeweging ontegensprekelijk blootleggen en veroordelen. Ook de profeet Mohammed waarschuwde al voor dwalende groeperingen: 'De zogenaamde losgescheurde groepen (de khawarij) verlaten de islam en treden uit het geloof zoals een pijl uit zijn koker. Zij lezen de Koran, die hooguit tot hun kelen reikt, maar ver weg van zijn echte betekenis staat.'

Terreurbewegingen zoals de IS proberen hun gruweldaden steeds te legitimeren met selectieve en onvolledige teksten, maar zij zullen er nooit in slagen hun ideologie, motief en daden te onderbouwen vanuit fundamentele islamitische principes, wat zij ons ook proberen wijs te maken. Door hun wandaden simpelweg te toetsen aan de fundamentele islamitische principes kunnen we hun vermeende dogma's en de ideologische legitimatie van hun terroristische activiteiten onderuithalen.

Vaak gebruiken de terroristen het argument dat ze eigenlijk handelen uit wraak, dat ze het opnemen voor de zwakken in de islamitische wereld, dat ze het doen voor de bejaarden, vrouwen en kinderen die onder andere in Irak en Syrië blindelings worden afgeslacht. Maar wie zijn dan de slachtoffers in Zaventem en Brussel, in Parijs en Nice, in Bagdad en Kaboel, en op al die andere plaatsen in de wereld waar de IS aanslagen pleegt? Zijn er bij die slachtoffers dan ook geen bejaarden, vrouwen en kinderen? En worden ook zij niet koelbloedig afgemaakt? Zijn dat dan daden waarmee God wordt geprezen? Een moord vergelden door zelf een andere moord te plegen, ook al zijn de slachtoffers onschuldig? En wat dan met de honderden verzen die het leven van de mens - ja, ik zeg duidelijk: de mens, en niet enkel de moslim - eerbiedigen en onschendbaar verklaren?

DELEN
Wat dan met de honderden verzen die het leven van de mens - ja, ik zeg duidelijk: de mens, en niet enkel de moslim - eerbiedigen en onschendbaar verklaren?
De jihad en het verbod om te doden

Terroristen verwijzen ook vaak naar de jihad. Binnen de islamitische traditie wordt het concept 'jihad' echter zeer ruim opgevat. Letterlijk betekent het: veel moeite doen en zich inspannen om een doel te bereiken. En in vaktermen wordt het verder onderverdeeld in minstens vier soorten:

1 Jihad an-Nafas: de spirituele jihad tegen het ego of het verwaande zelf,

2 Jihad ash-Shaytan: het verzet tegen het kwade of de Satan,

3 Jihad al-Munafiqeen: het doorprikken van hypocrisie,

4 Jihad al-Kuffar: het indijken van ongeloof door de verspreiding van kennis en geloof.

Daarnaast is er nog de 'gewapende jihad' waartoe de gekozen staatsleider slechts onder zeer strikte voorwaarden kan oproepen: de gewapende jihad mag enkel defensief en tegen onrecht worden gevoerd. Volgens de islamgeleerde Ibn al-Qayyim (1292-1350) kunnen ten slotte ook meer dan dertien 'gradaties' van jihad worden onderscheiden. Zo is er onder andere jihad in daden, in woorden of argumenten, jihad door geld te schenken, door inzet voor sociale rechtvaardigheid, door verzet, strijd, afwijzing enzovoort.

Laat er geen misverstand over bestaan: de islam verbiedt moslims expliciet mensen onwettig te doden. Zo staat in de Koran bijvoorbeeld te lezen: 'Dat jullie niemand mogen doden - wat God verboden heeft - behalve volgens het recht' (Koran 6:151). En: 'Wie iemand doodt, anders dan voor doodslag of wegens verderf zaaien op aarde, is alsof hij de mensheid gezamenlijk heeft gedood, en wie iemand laat leven, is alsof hij de hele mensheid gezamenlijk heeft laten leven' (Koran 5:32). De profeet Mohammed stelde ook dat wie zelfmoord pleegt, de toegang tot het paradijs zal worden ontzegd, ongeacht de manier waarop hij zelfmoord pleegde. Het is dus helemaal niet zo dat de islam of de jihad moord legitimeert. En hoewel bepaalde moslimjuristen het concept jihad vooral interpreteren als gewapende strijd in een oorlogssituatie, zij het onder strikte voorwaarden, hebben zij nooit beweerd dat ongeloof aan de basis ligt of de oorzaak is van oorlogsvoering tussen moslims en niet-moslims. De 'gewapende strijd' is zelfs historisch in Mekka begonnen om onrecht en onderdrukking te bestrijden, om op te komen voor een betere en rechtvaardigere samenleving. Ook vandaag is het beste antwoord tegen élke vorm van gewelddadig radicalisme meer vrijheid, rechtvaardigheid, gelijkheid, onderwijs en op- voeding.

De tien islamitische regels van oorlogvoering

De volgende passage uit de Koran herinnert er nogmaals aan hoe de jihad (gewapende strijd) in de begintijd van de islam werd geïntroduceerd als een toestemming voor zelfverdediging of als een soort defensieve oorlogvoering tegen onrecht.

Aan hen die bestreden worden, is [de strijd] toegestaan omdat hun onrecht is aangedaan; God heeft de macht hen te helpen die zonder recht uit hun woningen verdreven zijn, alleen maar omdat zij zeggen: 'Onze Heer is God' - en als God de mensen elkaar niet had laten weerhouden, dan waren kluizenaarsverblijven, kerken, synagogen en moskeeën waarin Gods naam vaak genoemd wordt zeker verwoest. Maar God zal hen die Hem helpen zeker helpen; God is krachtig en machtig.

(Koran 22:39-40)

Bovendien gelden zelfs in de gewapende strijd tegen onrecht tien strikte regels van oorlogvoering:

1. Dood geen vrouwen.

2. Dood geen kinderen.

3. Dood geen bejaarden.

4. Dood geen zieken.

5. Hak geen bomen om of verbrand ze niet, vooral als het fruitdragende bomen zijn. Ook de oogst mag niet worden vernield.

6. Verniel geen onbewoonde plaatsen.

7. Dood geen dieren behalve voor voedsel.

8. Verbrand geen bijen en drijf ze niet uiteen.

9. Steel niets van de zaken die in beslag genomen werden gedurende de strijd.

10. En handel niet laf.

(Al-Muwatta, Volume 21, Hadith 10)

Geperverteerde ideologie

De 'logica' van de moslimterroristen en hun sympathisanten ontgaat mij volledig. Het beroep dat zij doen op Koranverzen of andere heilige teksten, die zij erg selectief aanhalen, houdt totaal geen steek als je hun gruwel daden tegen het licht van de islamitische leer houdt. Waarom zou God vele profeten sturen als voorbeeldfiguren voor de om gang met mensen? Als de problemen toch allemaal opgelost kunnen worden door lukraak te moor den? Nee, het gebruik van geweld en blinde terreur is een totaal verwrongen en ongefundeerde interpretatie van de jihad, die geen enkele aansluiting kan vinden bij de doelstellingen van de islamitische leer.

Terreurnetwerken zoals de IS vinden hun legitimatie niet in de islamitische leer, noch in de Koran als het woord van God, noch in de Soenna als de navolging van de profeet. Zelfs met 'verbloemde' ideologie en propagandafilmpjes in Hollywoodstijl zullen ze bij ware gelovigen op geen enkele steun of begrip kunnen rekenen. Terreurnetwerken spreken God zelfs tegen. Ze zeggen: 'God, u bent fout, want deze schepselen, deze mensen hier op aarde die u hebt geschapen, verdienen het niet om te leven en moeten worden gedood.' Bij ware gelovigen maken de terroristen geen schijn van kans. Daarom proberen ze hun terreurconcept vooral te verkopen aan kwetsbare en twijfelende jongeren. In de Koran lezen we trouwens de volgende aansporing:

'O, jullie die geloven! Wees standvastig voor God als getuigen van de rechtvaardigheid. En laat de afkeer van bepaalde mensen jullie er niet toe brengen niet rechtvaardig te zijn. Wees rechtvaardig, dat is dichter bij godvrezendheid. En vrees God. God is welingelicht over wat jullie doen.' (Koran 5:8)
Terreur, niet alleen in Brussel maar overal ter wereld, waar onschuldige mensen dezer dagen het slachtoffer van worden voor geopolitieke doeleinden, kan nooit worden goedgepraat en zal nooit de zegen of de goedkeuring krijgen van een religie en zijn aanhangers. Graag herinner ik hier ook aan de door Al-Bukhari overgeleverde waarschuwing van de profeet Mohammed over bloedvergieten: 'Een (gelovige) mens behoudt heel wat credibiliteit in zijn religie zolang hij of zij geen bloed op zijn of haar geweten heeft.'

Problematisch is wel dat vele terreurbewegingen zich telkens proberen te associëren met de islam en doelbewust teksten selecteren om hun ideologie te 'verfraaien', zodat het moorden als het ware islamitisch wordt gewettigd onder het mom van een gewapende jihad. Duizenden mensen zullen het nog met hun leven moeten bekopen als we het ideologisch gevoede geweld niet gezamenlijk in de kiem smoren en het extremistische gedachtegoed niet volledig droogleggen door preventie en aangepaste programma's.

De enige reden waarom terroristen burgers aanvallen, is overigens omdat zij het zwakste doelwit zijn in onze open maar kwetsbare samenleving. Dagelijks bewegen burgers zich vrij van en naar hun werk, op straat, met de metro, in de luchthaven. Terreurbewegingen viseren burgers net vanwege hun burgerschap; niet vanwege hun ras, kleur, afkomst of religie, maar wel omdat zij het gemakkelijkst getroffen kunnen worden. Een bewijs temeer dat de terreurideologie slechts één doel voor ogen heeft, namelijk een bloeddorstige drang om te moorden en chaos en wanorde te scheppen, zo veel mogelijk chaos en wanorde om de openbare veiligheid en de maatschappelijke orde te verstoren.

[...]

Nood aan een Europees islamitisch referentiekader

Tijdens de afgelopen vier decennia heeft zich in Europa, België en Vlaanderen in het bijzonder een islam ontwikkeld die zich tot op heden transformeert, niet enkel op sociaal-maatschappelijk vlak maar ook op religieus en organisatorisch vlak, mede door nationale en internationale gebeurtenissen. Hierbij kunnen we denken aan de uitkomst van de Arabische Lente van 2011. Hoewel die in enkele landen leidde tot de val van totalitaire regimes, was er niet echt een alternatief voorzien om het ontstane machtsvacuüm te vullen, met als gevolg politieke instabiliteit, burgeroorlogen en de opmars van fundamentalistische terreurnetwerken. In de hele regio is wanorde, chaos en oorlog de ideale broeihaard geworden voor de cultivering van gewelddadig extremisme.

De islam in Europa

De introductie van de islam in Europa of zeg maar de ontmoeting van de Europeanen met de islam gebeurde via vijf hoofdwegen: (1) arbeidsmigratie, (2) gezinsmigratie, (3) studentenmigratie, (4) asielmigratie en (5) be- ke ringen. Deze vijf factoren hebben elk bijgedragen tot de aanwezigheid van de islam in Europa; ze kunnen en mogen niet worden herleid tot één factor, de asielmigratie.

De toenemende vraag van de zeventien miljoen Europese moslims over allerlei islamitische kwesties vergroot de nood aan contextualisering en duiding van de heilige teksten. Komt daarbovenop dat de samenleving met de dag diverser en complexer wordt. Ook binnen de moslimgemeenschappen. Academische studies en terreinonderzoeken over de evolutie van de islam in Europa zijn zowel in België als in Nederland schaars en dateren vaak van twintig tot dertig jaar geleden. Ze zijn dus niet erg betrouwbaar om de huidige complexe situatie van de islam en moslims in Europa goed in te schatten. Het volstaat om te weten dat bijvoorbeeld een stad zoals Gent meer dan 150 nationaliteiten telt, waaronder ook bijna alle 57 islamitische nationaliteiten vertegenwoordigd zijn.

Focussen op islamitische antwoorden van buitenaf, op de landen van herkomst en op de eigen etnische groep behoort tot het verleden; de nieuwe werkelijkheid is er een waarin verschillende nationaliteiten en levensbeschouwingen elkaar dagelijks ontmoeten. We hebben nood aan een modern en Europees islamitisch referentiekader. Maar dat ontbreekt vooralsnog.

We merken vandaag dat bij vele islamitische bewegingen in België de godsdienstbeleving niet louter religieus is, maar meer ideologisch geladen en gepolitiseerd wordt. Religieuze leiders en imams krijgen ook te maken met een nieuwe generatie gelovigen en een toenemende digitalisering van de communicatie. De vrije toegang tot islamitische basisbronnen op het internet heeft er mede toe geleid dat de traditionele religieuze autoriteiten worden ondermijnd.

Ook merken we dat steeds meer groeperingen zelf de Koran ter hand nemen en een eigen vertaling en interpretatie kiezen om een bepaald gedachtegoed te staven. Geen enkele theologische of taalkundige spelregel wordt daarbij gerespecteerd. De technologie en de nieuwe sociale media hebben de godsdienstbeleving van vele moslims de laatste jaren beïnvloed; de lokale imam is vervangen door het internet en de virtuele wereld. Vele jongeren, zowel jongens als meisjes, die op zoek zijn naar hun identiteit, dwalen in hun zoektocht, missen een helder referentiekader en vinden geen evenwicht. Ook vele begeleiders van jongeren met een crimineel verleden worden te weinig omkaderd en missen een professionele opleiding.

Uitdagingen voor de Belgische Moslimexecutieve

Onder huidig voorzitter Salah Echallaoui vaart de Executieve van de Moslims in België (emb) eindelijk een nieuwe koers. De emb heeft dit jaar in gezien dat het anders moet, dat niet alleen de gesprekken met de overheden belangrijk zijn maar ook de dialoog met de diverse moslimgemeenschappen aan de basis, willen we komen tot een institutionele islam in Bel gië. Begin 2016 kreeg de emb alvast een nieuwe vierdelige structuur, met een administratieve commissie, een theologische commissie, een com municatiecommissie en een arbitragecommissie. Het grootste knelpunt blijft echter hoe we een passend antwoord kunnen bieden op de uitdagingen waarmee Belgische moslims worden geconfronteerd. En we moeten verder werk maken van een sterke, horizontale band met de basis, zowel binnen als buiten de moskee.

Het uitblijven van een duidelijk islamitisch referentiekader leidt ertoe dat de geloofspraktijk wordt overgelaten aan het individu, met als gevolg een negatieve individualisering van de religie. Bij vele moslimjongeren versterkt dat nog het isolationisme en exclusivisme waaruit een bekrompen denk- en wereldbeeld voortvloeit. Als je Koranverzen lukraak bij elkaar googelt en een persoonlijk, selectief interpretatiekader kiest, creëer je een aparte 'parallelmaatschappij' naast en buiten de bestaande maatschappij.

DELEN
Insinueren dat de islamitische identiteit losstaat van of niet mag worden gekoppeld aan Europa is een ontkenning van de miljoenen moslims in Europa.
Religiositeit, inclusief die van moslims, ondergaat vandaag in Europa een golf van individualisering, secularisering en vernieuwing. Maar vele islamitische organisaties in Vlaanderen laten na een gezamenlijke aanpak te kiezen en gericht te werken op het terrein. Ze hebben ook angst om de stap te zetten naar vernieuwing. Sterker nog, ze zijn er zelfs tegen. Ze willen gewoonweg niet vernieuwen of hervormen. Retoriek speelt daarin een belangrijke rol. Zoals het Platform van Vlaamse imams het formuleert: we zijn allergisch aan het gebruik van de term 'Europese islam'. Dit zegt al genoeg over de tegenstrijdige toekomstvisies die binnen de moslimwereld leven, en wijst evenzeer op een gebrek aan inzicht in de schakels tussen de lokale, regionale, nationale en Europese structuren. Inzicht dat de moslims in Europa nodig hebben om de golf van terreur mee te doen stoppen.

Insinueren dat de islamitische identiteit losstaat van of niet mag worden gekoppeld aan Europa is daarenboven een ontkenning van de miljoenen moslims in Europa. Het draagt bij tot de identiteitscrisis die vele moslimjongeren vandaag doormaken: men maakt ze wijs dat ze misschien wel Vlaamse moslims zijn, of dat ze zich misschien wel moslims in Europa mogen noemen, maar dat ze in geen geval Europese moslims mogen zijn. Het versterkt alleen maar het exclusivisme en duwt de jongeren verder in een sociaal isolement. Ze krijgen het verkeerde signaal dat ze hun omgeving weliswaar kunnen islamiseren, maar dat ze de islam zeker niet mogen europeaniseren. Hadden de moslimgeleerden zulke strikt monolithische visie gehuldigd, dan zou de islam enkel een godsdienst voor Arabië zijn geweest en zou hij nooit de typerende openheid, dynamiek en interactie met andere volkeren, culturen en continenten hebben gekend.

De Europese islam wil zich net bewust ontkoppelen van de traditionele islam op het vlak van denken, jurisprudentie, cultuur en gewoonten, en wil zich niet beperkten tot een louter geografische aanwezigheid van moslims in Europa. De voortdurende verwijzing naar het fictieve model van de ideale oemma (mondiale moslimgemeenschap) en naar de beginjaren van de islam in Arabië om het predicaat 'Europees' van de islam weg te duwen, is niet enkel bedrog maar ook islamitisch onverantwoord. Het niet willen accepteren van het concept Europese islam ontkent niet alleen de realiteit in Europa en de diversiteit binnen de islam, maar getuigt ook van historische onwetendheid over de meer dan achthonderd jaar durende bloeiperiode van de islam in Andalusië, die heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van de wetenschap en de renaissance in Europa.

Imams en gebrek aan religieus leiderschap

De laatste jaren doen de media bij debatten over de islam vaak een beroep op religieuze leiders of imams om hun visie op maatschappelijke problemen te geven of bepaalde islamitische standpunten toe te lichten. Vaak blijkt dat er ook onder de religieuze leiders een verscheidenheid aan visies bestaat over hoe maatschappelijke kwesties moeten worden begrepen en aangepakt. Op zich is daar niets mis mee, zolang de kernboodschap over samenleven, respect en dialoog de rode draad blijft. Een imam kan in de islam verschillende functies vervullen: van voorganger in het gebed of hoofd van een moskee tot hoofd van een rechtsschool of geestelijk leider van de geloofsgemeenschap.

In de praktijk kunnen we in Europa en België vijf soorten imams onderscheiden: (1) de hoofdimam of Schriftgeleerde (Aliem), (2) de imam die het vrijdaggebed leidt en de preek houdt (Khatib), (3) de imam die de vijf dagelijkse gebeden voorgaat (Ratib), (4) de vrijwillige imam die onbezoldigd is en zijn religieuze functie niet fulltime uitoefent, en (5) de imam die voor vier tot vijf jaar - of zelfs voor één maand zoals tijdens de ramadan - wordt uitgezonden vanuit Turkije, Marokko, Egypte, Saudi-Arabië of Qatar.

Het spreekt voor zich dat de opleiding die een imam heeft genoten, bepalend is voor zijn gezag, discours en invloed. Een imam die gevangen zit in zijn vak en de lokale taal niet machtig is, zal vooral bij jongeren weinig invloed hebben. Daarom hebben wij enkele maanden geleden ook een Europese Organisatie voor Theologen, Imams en Predikers (eotip) opgericht. Momenteel groepeert de organisatie meer dan tachtig imams uit verschillende Europese landen.

DELEN
Een imam die gevangen zit in zijn vak en de lokale taal niet machtig is, zal vooral bij jongeren weinig invloed hebben.
De toename van het aantal moskeeën in België - momenteel zijn er ongeveer 380 moskeeën in het hele land - en het ontbreken van een degelijke imamopleiding leiden ertoe dat steeds meer moskeeën het ofwel zonder imam moeten stellen, ofwel op zoek gaan naar personen die de functie van de imam kunnen overnemen. Het probleem is dat die personen niet altijd de nodige opleiding hebben genoten en/of niet officieel erkend zijn. Bovendien bestaat het gevaar dat zulke 'vervangimams' vrij spel krijgen om een eigen ideologische koers te varen, waardoor de gelovigen en de jongeren - afhankelijk van de imam in kwestie - een gekleurd discours zullen uitdragen en de religie zullen misbruiken om de leemte op te vullen waarmee ze te kampen hebben.

Verder moet men zich realiseren dat in België de erkenning van een moskee nauw samenhangt met en zelfs afhankelijk is van het goed functioneren van de imam. Een moskee kan pas in aanmerking komen voor erkenning als de verantwoordelijke imam gekend is voor zijn matigende houding, over de nodige vakkennis beschikt en dus voldoende competent wordt bevonden, en bereid is zich in te schrijven in onze maatschappij. Dat laatste betekent dat hij de taal moet leren en bijdraagt tot de opbouw van een vreedzame samenleving.

Tegenwoordig worden vele moskeeën ook gemanaged als een soort bedrijf: de gelovigen worden 'cliënten' van de moskee, de imam een soort bedrijfsleider die ervoor zorgt dat er winst wordt geboekt. Hoe meer leden een moskee telt, hoe meer lidgelden kunnen worden ingezameld. En hoe groter het publiek, hoe gemakkelijker het ook wordt om stemmen te ronselen in verschillende verkiezingscampagnes. Met als gevolg dat er vooral wordt geïnvesteerd in de aankoop en renovatie van gebouwen, terwijl veel kinderen op het vlak van scholing en opvoeding aan hun lot worden overgelaten. Jongeren krijgen ook amper gehoor - hun eisen worden niet ingewilligd - en worden zelfs de toegang tot de moskee als ontmoetingsruimte ontzegd.

Balans en alternatieven

In de strijd tegen radicalisering schieten zowel de lokale en bovenlokale overheden als de moslimgemeenschap en de islamitische organisaties tekort. Lokale en bovenlokale overheden hebben een verantwoordelijkheid door het beleid dat ze voeren op het vlak van onderwijs, veiligheid, opvolging, participatie en integratie. Op federaal, regionaal en lokaal vlak werden er al tientallen maatregelen getroffen, maar het kan nog steeds beter. Een doorgedreven multidisciplinaire aanpak is een must om radicaliseringtendensen, zowel religieus als politiek, in te dijken. Op de rol van de overheden ga ik hier niet verder in.

Versnippering, schijndebatten en ontkenning

Ook de moslimgemeenschap en de islamitische organisaties dragen echter verantwoordelijkheid in de strijd tegen radicalisering. Het lukt blijkbaar niet om de vele traditionele islamitische instellingen in dit land naar een hoger niveau te tillen. Om aan zelfdiagnose te doen, de kwaliteit van binnenuit te verbeteren, en werk te maken van een gezonde en diepgaande hervorming. Niet dat ik alles op één hoopje wil gooien. Duizenden welwillende moslims blijven dagelijks investeren in een hoopvolle toekomst en kiezen voor een vreedzame samenleving, in al haar diversiteit.

Ik besef maar al te goed hoe belangrijk het is om het stille en harde werk van vele moslimorganisaties en van de burgergemeenschap te erkennen. Maar dat sommige islamitische organisaties in België blijven steken in schijndebatten en terminologische discussies zegt genoeg over de malaise en het gebrek aan visie en goede wil binnen de islamitische instellingen. De huidige versnippering van het islamitische landschap is nefast om adequate antwoorden te bieden op de uitdagingen van de moderne wereld. Tien jaar geleden kon die fragmentatie misschien nog 'werken', maar in een steeds complexere wereld is dat niet langer het geval. Stilstaan bij het al dan niet functioneren van onze (gezaghebbende) islamitische instellingen doe ik met de beste intenties voor de moslimgemeenschap. Maar met idara, de Islamic Development and Research Academy, prediken we nu al maanden in de woestijn. We merken geen enkele verbetering. En dat ondanks herhaaldelijke oproepen vanuit de moslim gemeenschap zelf om snel werk te maken van sensibilisering en van aangepaste programma's voor de jongeren en de toekomstige generaties. Willen we echt slagen, dan moeten we ook de moed hebben om diegenen te ontmaskeren die stokken in de wielen blijven steken.

DELEN
Willen we echt slagen, dan moeten we ook de moed hebben om diegenen te ontmaskeren die stokken in de wielen blijven steken.
Onze islamitische instellingen blijven steken in discussies over termen, benamingen en begrippen. Ze voeren een schijndebat over de vraag of we niet beter kiezen voor een 'democratische islam' of een 'rationele islam' in plaats van een 'Europese islam'. Het ontbreekt de islamitische instellingen aan visie, daadkracht en goede wil. Hoe langer we treuzelen om grondige hervormingen door te voeren, hoe meer vrij spel terreurnetwerken en extremistische groeperingen krijgen om jongeren te overtuigen en voor zich te winnen.

Laten we het werk doen dat we al jaren geleden hadden moeten doen, op het terrein. Laten we een meerwaarde betekenen in onze maatschappij en drama's voorkomen in plaats van te redetwisten over welke 'naam' de gematigde versie van de islam in België moet krijgen. Niet de benaming telt, wel het doel. Ontkenning van de realiteit zal het genezingsproces alleen maar vertragen. En zo schieten we de grote doelen voorbij.

Helaas blijven velen het slecht functioneren van moskeeën en islamitische instellingen met stelligheid ontkennen. Of ze bagatelliseren het probleem. Dat bleek nog maar eens uit enkele reacties die ik via de sociale media kreeg nadat ik de laffe terreuraanslagen van 22 maart had veroordeeld. Zo liet iemand me weten: 'Dank u wel om de geopolitieke context als oorzaak van de aanslagen niet te vermelden.' Iemand anders zei spottend: 'Het is tijd om te rouwen, niet om te hameren op de Europese islam, want dat zou de intellectuele objectiviteit aantasten.' Toen dacht ik: hoe is het toch mogelijk dat we steeds weer zoeken naar externe factoren en niet stilstaan bij de werking van onze islamitische instellingen?

Zelfreflectie na 42 jaar erkenning islam in België

We moeten ons de pertinente vraag durven te stellen wat er zich precies afspeelt, wat er scheelt met moslimjongeren die vanuit een crimineel milieu plots hun heil zoeken in het 'geloof' en de overstap maken van banditisme naar jihadisme. We hebben zonder twijfel nog veel werk voor de boeg. Een theologisch tegendiscours voeren op het terrein kan al veel betekenen. Maar dat alleen volstaat niet. Onze islamitische instellingen moeten zich ook inzetten om de haatideologie zonder enige toegeving uit te roeien. En ze moeten werk maken van een islam die stromingen, scholen en ideologieën overstijgt.

Een van de pijlers van het islamitische denken is zichzelf bekritiseren en leren uit de fouten van het verleden. De verhalen van de profeten en de vroegere volkeren vormen niet voor niets een zesde van de Koran - ze beslaan meer dan duizend verzen! Dagelijks lezen moslims de Koran, maar het is nog maar de vraag of we er voldoende lering uit trekken. En of we het nu graag horen of niet: laten we onszelf niet wijsmaken dat alles van buitenaf gepland en beraamd wordt, en dat de islamitische instellingen en geleerden vrijuit gaan. Anderen met de vinger wijzen en al het werk overlaten aan de overheid en de politiediensten, is te gemakkelijk.

'Onze islamitische bewegingen blijven steken in discussies over benamingen'
© /

Nogmaals, dat we niet de hele moslimgemeenschap over dezelfde kam mogen scheren is de evidentie zelve. Toch kan niet genoeg worden herhaald dat veel pijnpunten in de loop der jaren niet werden aangepakt, dat taboes onbespreekbaar bleven, en dat telkens argumenten werden gezocht om zichzelf vrij te pleiten. We maken onszelf niet te schande als we de moed hebben om de balans op te maken van 42 jaar erkenning van de islam in België en af te toetsen waar het goed gaat, en waar niet. We moeten ons durven af te vragen of de moskeeën en de moslimorganisaties erin slagen hun beoogde doelstellingen te realiseren. En of hun structuur en organisatie in België daarvoor wel geschikt zijn. Hoeveel moslims bereiken ze? En hoe goed scoren ze op het vlak van maatschappelijke relevantie?

We missen niet alleen structuur en organisatie, maar ook en vooral een gedegen islamitisch pedagogisch project voor de toekomstige moslimgeneraties in Europa. Er is een grote nood aan aangepaste leerplannen en eigentijdse thema's in preken en werkboeken. Die pedagogische vernieuwing is cruciaal om moslimjongeren te helpen bij de vorming van hun identiteit en de beleving van hun religiositeit.

Het religieuze establishment, zowel in Europa als in de islamitische wereld, heeft nog een hele weg af te leggen. In België missen de islamitische organisaties jaar na jaar daadkracht en aansluiting met de moslimgemeenschap, zowel communicatief als organisatorisch. Daartegenover stellen we vast dat de terreurnetwerken wel nauw samenwerken en het ideo logische vacuüm opvullen met hun extremistische gedachtegoed. Ik vraag me af hoelang we nog moeten wachten op de bereidheid van onze islamitische instellingen om de weg van de vernieuwing en de hervorming in te slaan.

http://www.knack.be/nieuws/belgie/on...ad-824105.html
__________________
“If you tell the truth, you don't have to remember anything.”
GandalftheGrey is offline   Met citaat antwoorden