18 - de heilige daad
eenmaal binnen
in haar zachte spleet
gevoelde Adam
de heerlijkheid daarvan
zijn oerstam
begon te gloeien
en niet verhinderen kon
dat de slang der begeerte
bezit van hem nam
en deze doorsidderde
hem geheel en al
van top tot teen
door zijn ruggengraat
als een driftig beest
heftig heen en weer
te willen gaan
en niet meer te kunnen stoppen
al had hij dat duizend maal zo gewild
hij was zichzelf niet meer
en Eva klampte
zich aan hem vast
in de lust
in het ritme
der schepping
mee te gaan
en beiden
vreemde kreten
van wellust
tot euforie
tot volkomen
hysterie
begonnen te slaken
die op de grens daarvan
wel op doodsangst
begonnen te lijken
als wilden ze elkander vermoorden
zo heftig was het allemaal
en de eerdere rust
in het bos
volkomen verstoorde
en ook de dieren
angstig begonnen te worden
of dat wel goed zou gaan
|