Politics.be Registreren kan je hier.
Problemen met registreren of reageren op de berichten?
Een verloren wachtwoord?
Gelieve een mail te zenden naar [email protected] met vermelding van je gebruikersnaam.

Ga terug   Politics.be > Diverse > Over koetjes en kalfjes...
Registreer FAQForumreglement Ledenlijst

Over koetjes en kalfjes... Op verzoek van de gebruikers van dit forum: een hoekje waarin je over vanalles en nog wat kan praten... De boog moet namelijk niet altijd gespannen staan hé.

Antwoord
 
Discussietools
Oud 29 juni 2005, 17:13   #1
puud
Parlementslid
 
Geregistreerd: 2 april 2005
Berichten: 1.545
Standaard Karol Wojtyla en de woestijnheiligen

De zaligverklaring van Johannes-Paulus XIII is in gang gezet en weldra zal zijn heiligverklaring volgen. Om heilig verklaard te worden moet men oa een 'heilig' leven leiden. We kennen allemaal - min of meer - zijn leven. Dat blijkt uiterst monotoom te zijn in vergelijking met enkele andere heiligen.
Hieronder volgen enkele voorbeelden van heiligen uit de beginperiode van de kerk. Daarnaast zijn er nog heiligen uit de middeleeuwen en niet te vergeten de heilige vrouwen. Indien interesse laat het dan weten.

Met dank aan Corbin Wiersbitsky (1812 - 1886)

In d 'oude tijd hield men voor heilig Die vliegen en sprinkhanen at
En met zijn heilige achterdelen
In een nest van mieren zat

Omdat Jezus het noodzakelijk achtte veertig dagen in de woestijn te verblijven - waarom hij dat nuttig vond, weet vandaag nog altijd niemand - vonden ook de fanatici dat ze woestijnwaarts moesten trekken, om daar hun lichaam door streng vasten en allerlei folteringen te kastijden.

H. Tielehaus
Eén van deze idioten, genaamd Tielelaus, wrong zich tussen een wagenwiel en bracht in deze behaaglijke houding tien jaar door. Daarna, om zijn eigen volharding te belonen, sloot hij zich in een enge kooi op. Een zonderlinge vogel.

H. Simeon
Simeon, de zoon van een Egyptische herder, at alleen op zondag. Hij had zijn lijf met een touw zo dicht ingesnoerd, dat er overal zweren uitbraken die zo verschrikkelijk stonken dat niemand het in zijn nabijheid kon uithouden. Deze Simeon was een bijzonder vindingrijke kerel. Hij maakte zich altijd zorgen dat hij zich niet genoeg martelde, en tenslotte vond hij iets totaal nieuws uit. Tenminste, door vorige heiligen was de methode nog niet aangewend, maar aanbidders van de grote moeder der goden, Cybele, in Syrië hadden het hem voorgedaan en daar had hij waarschijnlijk zijn inspiratie gehaald. Simeon nam namelijk plaats boven op een zuil en bleef er jarenlang op staan. De' eerste zuil die hij gebruikte was maar drie meter hoog. Maar hoe hoger zijn waanzin steeg, hoe hoger ook zijn zuil werd. Toen zijn zotheid de hoogste graad bereikt had, stond hij dertig meter hoog te prijken. En zó hoog bleef hij gedurende dertig jaar staan. Hoe hij het voor elkaar kreeg om niet van zijn zuil te donderen als de slaap hem te pakken kreeg, is moeilijk te begrijpen. Ik neem aan dat hij er zich aan gewend had rechtstaande te slapen - zoals de andere ezels. Een van zijn meest verfijnde genoegens was tijdens het gebed tot zijn voeten te bukken. Hij moet met zekerheid een veel leniger ruggengraat gehad hebben dan welke koninklijke kamerheer ook. Een ooggetuige verzekert dat hij twaalfhonderd dergelijke buigingen geteld had, en dat de heilige daarna nog veel langer met zijn vrome gymnastiek doorgegaan was. Simeon bracht het tenslotte zover dat hij veertig dagen hongeren kon. Toen er niet genoeg kracht meer in zijn uitgemergelde lichaam aanwezig was om te blijven staan, liet hij boven op zijn zuil een paal zetten en zich daar in staande houding aan vastbinden.

Over geslachtsdrift.
Het spreekt vanzelf dat de geslachtsdrift in de allerhoogste mate onchristelijk geacht werd en kordaat bestreden moest worden. Maar de strijd tegen de allermachtigste van alle driften was geen peulschilletje en de grote middelen moesten aangesproken worden.
De heilige Hieronymus (330-422) verhaalt zeer koel dat deze strijd tegen de natuur regelmatig jongens en meisjes hersenontstekingen en krankzinnigheid bezorgde. De arme onnozelaars die hun lichaam kastijdden om de duivel der ontucht uit hun bloed te jagen, wisten niet dat ze hierdoor de kwaal verergerden.
Want de duivel - die niet van gisteren is en overal de hand in het spel heeft - toverde hen tijdens hun verbeten gevechten de meest wellustige beelden voor de geest.
Slimmerds bestreken om de strijd lichter te maken de oproerige leden met scheerlingsap. De flinkste kerels maakten aan de zaak een kort en definitief einde door de wortel van het kwaad uit te roeien. Maar op die manier houdt alles op, ook de verlokking, en als de verdienste in de overwinning ligt - ook de verdienste. Er is niets meer te overwinnen als de vijand gesneuveld is.

H. Origines e.a.
De kerkvader Origines, alhoewel hij niet de faam van een snul had, paste deze drastische ingreep toe op zichzelf. Zijn daad was niet origineel. De heilige priesters van Cybele hadden zich reeds vrij algemeen op deze wijze toegetakeld. Afgetakeld is waarschijnlijk een precieser woord. Leontinus, een priester te Antiochië, Jacobus, een Syrische monnik en steeds meer anderen, priesters en leken, volgden dit voorbeeld. Het kwam zover dat tegen de castreerwoede wetten uitgevaardigd moesten worden, want het gevaar was acuut dat anders bij gebrek aan zaadballen of roeden geen nieuwe christenen meer vervaardigd zouden kunnen worden. Dit soort geloofsijver bestaat vandaag gelukkig niet meer. De geestelijken zouden dit deel van hun anatomie niet graag willen missen en ik kan hen geen ongelijk geven.

H. Pachömius
Er was een heilige, genaamd Pachömius (292-346, feestdag 14 mei), die eerst Egyptisch soldaat geweest was. In die hoedanigheid was de smaak van de verboden vrucht hem wellicht niet onbekend, zodat de kwelling voor hem nog erger was. Omdat hij dacht dat hij die ondraaglijke gloed daar beter zou kunnen verstikken, trok hij zich terug in de woestijn, ver van de wereld waar zoveel tweebenige brandstof rondzwerft. Maar ook d�*�*r had hij het zo moeilijk dat hij herhaaldelijk overwoog door de dood een einde te maken aan zijn vleselijke kwellingen. Eéns legde hij zich, op zoek naar de dood, naakt in een hol dat door hyena's bewoond werd. Deze dieren besnuffelden hem wel, maar lieten hem onopgevreten liggen. Waarschijnlijk roken ze dat hij een heilige was. Na een paar dagen voegde een fris Ethiopisch meisje zich bij hem. Ze had geen draad aan haar fraaie glanzende lijf. Ze nestelde zich op zijn schoot en kronkelde zich zó wulps dat er helaas gebeurde wat bij een minder heilig man ook gebeurd zou zijn. Maar toen die afgrijselijke ogenblikken voorbij waren en de ontuchtige vloeistof zijn klieren verlaten had, vielen de schellen van zijn ogen en hij begreep wie hem deze smerige kool gestoofd had. Als beloning gaf hij het mooie meisje een geweldige muilpeer. En ja hoor, zijn vermoeden was juist : het meisje was de duivel in eigen persoon. Want de hand van Pachomius stonk een heel jaar zo verschrikkelijk naar solfer, dat hij onmachtig werd als hij ze te dicht bij zijn neus bracht. In hoge mate vergramd omdat de duivel hem zo verschalkt had, dwaalde hij rond in de woestijn. Hij vond een adder of kleine brilslang en deponeerde ze in zijn verwoedheid als een bloedzuiger op het lid dat Origenes liever afsneed. De slang proefde eens, wat niet onaangenaam was, maar bijten deed ze niet. Ze lustte hem blijkbaar niet, evenmin als de hyena's.

H.Ammo
Ammo las zijn bruid de brieven van Paulus aan de Corinthiërs voor. De bruid vergat de gekoesterde lusten, geraakte in geestverrukking, en mét Ammo ijlde ze naar de woestijn en betrok daar met hem een ellendige hut. En daar leefde ze met hem, kuis als een hen die met een hond samenwoont.

H. Salamanius
Salamanius uit Kapersana, een dorp aan de Euphraat, had zich laten opsluiten in een huis zonder deuren noch vensters. Eénmaal per jaar werd er een gat in de muur geslagen. Op die manier kwam de heilige aan eten. Daarna werd de boel weer dichtgemetseld. De heilige sprak daarbij geen woord, zelfs geen gebenedijd. De inwoners van zijn geboorteplaats vonden dat zij meer recht hadden op deze bloem des hemels, en ze ontvoerden de zot. Maar ze hadden hem pas een paar dagen in hun midden, of hij werd opnieuw gestolen door mensen van een naburig dorp. Al dit gehaspel was niet in staat om de heilige één woord te ontlokken.

H. Antonius
Antonius verkoos de naakte aarde boven een naakte vrouw om op te slapen. Zijn voorkeur ging daarbij uit naar kille vochtige greppels. Hij kreeg vanzelfsprekend reumatiek. Bij iedere niet-heilige zou dat ook het geval geweest zijn. Maar voor hem kwam de pijn voort uit een vuistgevecht met de baarlijke. Aantrekkelijke vrouwen die wulps in zijn dromen opdoken, waren de ergste duivels, omdat zij hem het felst in verzoeking brachten. Dergelijke 'verzoeking van de heilige Antonius' ziet men dikwijls afgebeeld. Ik neem aan dat ook godvruchtige schilders met genoegen wellustige dames neerborstelden .
Alle kerkelijke schrijvers zijn het erover eens dat de dieren uit de woestijn hem gehoorzaamden als honden. Ze hielden innig van hem en verdrongen zich vol adoratie rond zijn hol. Maar ze wachtten om hem hun genegenheid te betuigen, tot hij klaar was met bidden. Dan namen ze zijn zegen In ontvangst, en trokken met vrome gedachten op roof uit.
Toen hij de heilige Paulus, uit Egyptisch Thebe, ter aarde bestelde - de man was honderddertien jaar gewordon hielpen twee godvruchtige leeuwen hem het graf delven. Toen ze klaar waren zegende hij hen en ze vertrokken met verruimd geweten, kwispelend met hun staart. Ad majorem Dei gloriam.

H. Macarius
Ook St. Macarius genoot het vertrouwen van de wilde dieren. Ook hij had het moeilijk met ontuchtige verschijningen, maar hij bedwong zijn volluptueuze neigingen door met zijn blote billen in een mierennest te gaan zitten. Wat natuurlijk ook jeukte, maar dié jeuk was niet zondig. Eens kwam een hyena bij zijn deur en klopte met gepaste bescheidenheid aan. De heilige deed open en de hyena, een zeer gelovig wijfje, legde haar blindgeboren jong aan zijn voeten. Ze legde er een lamsvel naast, als honorarium voor de kuur. Ze smeekte : 'Genees mijn jong, anders zal het overal tegenaan lopen.' De heilige keek haar streng aan. ‘Gij hebt dat gestolen, onverlate, ik mag dat niet aannemen !' snauwde hij, en de brave hyena was zo ontsteld dat ze tranen stortte. De heilige kreeg er een krop VanI in zijn keel en met vriendelijke ontroering sprak hij het berouwvolle dier toe: 'Als ge me plechtig belooft geen lam meer te stelen, dan wil ik het wel aanvaarden en voor genezing zorgen.' De hyena beloofde plechtig, en de heilige volbracht het mirakel, zoals overeengekomen. Hij stapte opnieuw in zijn cel en de hyena draafde tevreden de wildernis in. Ze stal van toen af geen lammeren meer.
Alleen schapen.

H. Hilarion
Het eerste wonder dat de heilige Hilarion op zijn aktief bracht was misschien niet zó wonderbaar als het op het eerste gezicht lijkt. Een jonge vrouw werd voortdurend door haar man uitgescholden, omdat ze geen kinderen baarde. Ten einde raad wendde ze zich tot de heilige, die toen 22 jaar was. Hij aanhoorde haar, zonderde zich met haar af en bad vurig met haar. En zie: negen maanden later werd ze de trotse moeder van een flinke zoon. Of de echtgenoot evenveel reden had om trots te zijn, wens ik hier in het midden te laten.[edit]
[size=1]Edit:[/size]
[size=1]After edit by puud on 29-06-2005 at 18:19
Reason:
--------------------------------

De zaligverklaring van Johannes-Paulus XIII is in gang gezet en weldra zal zijn heiligverklaring volgen. Om heilig verklaard te worden moet men oa een 'heilig' leven leiden. We kennen allemaal - min of meer - zijn leven. Dat blijkt uiterst monotoom te zijn in vergelijking met enkele andere heiligen.
Hieronder volgen enkele voorbeelden van heiligen uit de beginperiode van de kerk. Daarnaast zijn er nog heiligen uit de middeleeuwen en niet te vergeten de heilige vrouwen. Indien interesse laat het dan weten.

Met dank aan Corbin Wiersbitsky (1812 - 1886)

In d 'oude tijd hield men voor heilig Die vliegen en sprinkhanen at
En met zijn heilige achterdelen
In een nest van mieren zat

Omdat Jezus het noodzakelijk achtte veertig dagen in de woestijn te verblijven - waarom hij dat nuttig vond, weet vandaag nog altijd niemand - vonden ook de fanatici dat ze woestijnwaarts moesten trekken, om daar hun lichaam door streng vasten en allerlei folteringen te kastijden.

H. Tielehaus
Eén van deze idioten, genaamd Tielelaus, wrong zich tussen een wagenwiel en bracht in deze behaaglijke houding tien jaar door. Daarna, om zijn eigen volharding te belonen, sloot hij zich in een enge kooi op. Een zonderlinge vogel.

H. Simeon
Simeon, de zoon van een Egyptische herder, at alleen op zondag. Hij had zijn lijf met een touw zo dicht ingesnoerd, dat er overal zweren uitbraken die zo verschrikkelijk stonken dat niemand het in zijn nabijheid kon uithouden. Deze Simeon was een bijzonder vindingrijke kerel. Hij maakte zich altijd zorgen dat hij zich niet genoeg martelde, en tenslotte vond hij iets totaal nieuws uit. Tenminste, door vorige heiligen was de methode nog niet aangewend, maar aanbidders van de grote moeder der goden, Cybele, in Syrië hadden het hem voorgedaan en daar had hij waarschijnlijk zijn inspiratie gehaald. Simeon nam namelijk plaats boven op een zuil en bleef er jarenlang op staan. De' eerste zuil die hij gebruikte was maar drie meter hoog. Maar hoe hoger zijn waanzin steeg, hoe hoger ook zijn zuil werd. Toen zijn zotheid de hoogste graad bereikt had, stond hij dertig meter hoog te prijken. En zó hoog bleef hij gedurende dertig jaar staan. Hoe hij het voor elkaar kreeg om niet van zijn zuil te donderen als de slaap hem te pakken kreeg, is moeilijk te begrijpen. Ik neem aan dat hij er zich aan gewend had rechtstaande te slapen - zoals de andere ezels. Een van zijn meest verfijnde genoegens was tijdens het gebed tot zijn voeten te bukken. Hij moet met zekerheid een veel leniger ruggengraat gehad hebben dan welke koninklijke kamerheer ook. Een ooggetuige verzekert dat hij twaalfhonderd dergelijke buigingen geteld had, en dat de heilige daarna nog veel langer met zijn vrome gymnastiek doorgegaan was. Simeon bracht het tenslotte zover dat hij veertig dagen hongeren kon. Toen er niet genoeg kracht meer in zijn uitgemergelde lichaam aanwezig was om te blijven staan, liet hij boven op zijn zuil een paal zetten en zich daar in staande houding aan vastbinden.

Over geslachtsdrift.
Het spreekt vanzelf dat de geslachtsdrift in de allerhoogste mate onchristelijk geacht werd en kordaat bestreden moest worden. Maar de strijd tegen de allermachtigste van alle driften was geen peulschilletje en de grote middelen moesten aangesproken worden.
De heilige Hieronymus (330-422) verhaalt zeer koel dat deze strijd tegen de natuur regelmatig jongens en meisjes hersenontstekingen en krankzinnigheid bezorgde. De arme onnozelaars die hun lichaam kastijdden om de duivel der ontucht uit hun bloed te jagen, wisten niet dat ze hierdoor de kwaal verergerden.
Want de duivel - die niet van gisteren is en overal de hand in het spel heeft - toverde hen tijdens hun verbeten gevechten de meest wellustige beelden voor de geest.
Slimmerds bestreken om de strijd lichter te maken de oproerige leden met scheerlingsap. De flinkste kerels maakten aan de zaak een kort en definitief einde door de wortel van het kwaad uit te roeien. Maar op die manier houdt alles op, ook de verlokking, en als de verdienste in de overwinning ligt - ook de verdienste. Er is niets meer te overwinnen als de vijand gesneuveld is.

H. Origines e.a.
De kerkvader Origines, alhoewel hij niet de faam van een snul had, paste deze drastische ingreep toe op zichzelf. Zijn daad was niet origineel. De heilige priesters van Cybele hadden zich reeds vrij algemeen op deze wijze toegetakeld. Afgetakeld is waarschijnlijk een precieser woord. Leontinus, een priester te Antiochië, Jacobus, een Syrische monnik en steeds meer anderen, priesters en leken, volgden dit voorbeeld. Het kwam zover dat tegen de castreerwoede wetten uitgevaardigd moesten worden, want het gevaar was acuut dat anders bij gebrek aan zaadballen of roeden geen nieuwe christenen meer vervaardigd zouden kunnen worden. Dit soort geloofsijver bestaat vandaag gelukkig niet meer. De geestelijken zouden dit deel van hun anatomie niet graag willen missen en ik kan hen geen ongelijk geven.

H. Pachömius
Er was een heilige, genaamd Pachömius (292-346, feestdag 14 mei), die eerst Egyptisch soldaat geweest was. In die hoedanigheid was de smaak van de verboden vrucht hem wellicht niet onbekend, zodat de kwelling voor hem nog erger was. Omdat hij dacht dat hij die ondraaglijke gloed daar beter zou kunnen verstikken, trok hij zich terug in de woestijn, ver van de wereld waar zoveel tweebenige brandstof rondzwerft. Maar ook d�*�*r had hij het zo moeilijk dat hij herhaaldelijk overwoog door de dood een einde te maken aan zijn vleselijke kwellingen. Eéns legde hij zich, op zoek naar de dood, naakt in een hol dat door hyena's bewoond werd. Deze dieren besnuffelden hem wel, maar lieten hem onopgevreten liggen. Waarschijnlijk roken ze dat hij een heilige was. Na een paar dagen voegde een fris Ethiopisch meisje zich bij hem. Ze had geen draad aan haar fraaie glanzende lijf. Ze nestelde zich op zijn schoot en kronkelde zich zó wulps dat er helaas gebeurde wat bij een minder heilig man ook gebeurd zou zijn. Maar toen die afgrijselijke ogenblikken voorbij waren en de ontuchtige vloeistof zijn klieren verlaten had, vielen de schellen van zijn ogen en hij begreep wie hem deze smerige kool gestoofd had. Als beloning gaf hij het mooie meisje een geweldige muilpeer. En ja hoor, zijn vermoeden was juist : het meisje was de duivel in eigen persoon. Want de hand van Pachomius stonk een heel jaar zo verschrikkelijk naar solfer, dat hij onmachtig werd als hij ze te dicht bij zijn neus bracht. In hoge mate vergramd omdat de duivel hem zo verschalkt had, dwaalde hij rond in de woestijn. Hij vond een adder of kleine brilslang en deponeerde ze in zijn verwoedheid als een bloedzuiger op het lid dat Origenes liever afsneed. De slang proefde eens, wat niet onaangenaam was, maar bijten deed ze niet. Ze lustte hem blijkbaar niet, evenmin als de hyena's.

H.Ammo
Ammo las zijn bruid de brieven van Paulus aan de Corinthiërs voor. De bruid vergat de gekoesterde lusten, geraakte in geestverrukking, en mét Ammo ijlde ze naar de woestijn en betrok daar met hem een ellendige hut. En daar leefde ze met hem, kuis als een hen die met een hond samenwoont.

H. Salamanius
Salamanius uit Kapersana, een dorp aan de Euphraat, had zich laten opsluiten in een huis zonder deuren noch vensters. Eénmaal per jaar werd er een gat in de muur geslagen. Op die manier kwam de heilige aan eten. Daarna werd de boel weer dichtgemetseld. De heilige sprak daarbij geen woord, zelfs geen gebenedijd. De inwoners van zijn geboorteplaats vonden dat zij meer recht hadden op deze bloem des hemels, en ze ontvoerden de zot. Maar ze hadden hem pas een paar dagen in hun midden, of hij werd opnieuw gestolen door mensen van een naburig dorp. Al dit gehaspel was niet in staat om de heilige één woord te ontlokken.

H. Antonius
Antonius verkoos de naakte aarde boven een naakte vrouw om op te slapen. Zijn voorkeur ging daarbij uit naar kille vochtige greppels. Hij kreeg vanzelfsprekend reumatiek. Bij iedere niet-heilige zou dat ook het geval geweest zijn. Maar voor hem kwam de pijn voort uit een vuistgevecht met de baarlijke. Aantrekkelijke vrouwen die wulps in zijn dromen opdoken, waren de ergste duivels, omdat zij hem het felst in verzoeking brachten. Dergelijke 'verzoeking van de heilige Antonius' ziet men dikwijls afgebeeld. Ik neem aan dat ook godvruchtige schilders met genoegen wellustige dames neerborstelden .
Alle kerkelijke schrijvers zijn het erover eens dat de dieren uit de woestijn hem gehoorzaamden als honden. Ze hielden innig van hem en verdrongen zich vol adoratie rond zijn hol. Maar ze wachtten om hem hun genegenheid te betuigen, tot hij klaar was met bidden. Dan namen ze zijn zegen In ontvangst, en trokken met vrome gedachten op roof uit.
Toen hij de heilige Paulus, uit Egyptisch Thebe, ter aarde bestelde - de man was honderddertien jaar gewordon hielpen twee godvruchtige leeuwen hem het graf delven. Toen ze klaar waren zegende hij hen en ze vertrokken met verruimd geweten, kwispelend met hun staart. Ad majorem Dei gloriam.

H. Macarius
Ook St. Macarius genoot het vertrouwen van de wilde dieren. Ook hij had het moeilijk met ontuchtige verschijningen, maar hij bedwong zijn volluptueuze neigingen door met zijn blote billen in een mierennest te gaan zitten. Wat natuurlijk ook jeukte, maar dié jeuk was niet zondig. Eens kwam een hyena bij zijn deur en klopte met gepaste bescheidenheid aan. De heilige deed open en de hyena, een zeer gelovig wijfje, legde haar blindgeboren jong aan zijn voeten. Ze legde er een lamsvel naast, als honorarium voor de kuur. Ze smeekte : 'Genees mijn jong, anders zal het overal tegenaan lopen.' De heilige keek haar streng aan. ‘Gij hebt dat gestolen, onverlate, ik mag dat niet aannemen !' snauwde hij, en de brave hyena was zo ontsteld dat ze tranen stortte. De heilige kreeg er een krop VanI in zijn keel en met vriendelijke ontroering sprak hij het berouwvolle dier toe: 'Als ge me plechtig belooft geen lam meer te stelen, dan wil ik het wel aanvaarden en voor genezing zorgen.' De hyena beloofde plechtig, en de heilige volbracht het mirakel, zoals overeengekomen. Hij stapte opnieuw in zijn cel en de hyena draafde tevreden de wildernis in. Ze stal van toen af geen lammeren meer.
Alleen schapen.

H. Hilarion
Het eerste wonder dat de heilige Hilarion op zijn aktief bracht was misschien niet zó wonderbaar als het op het eerste gezicht lijkt. Een jonge vrouw werd voortdurend door haar man uitgescholden, omdat ze geen kinderen baarde. Ten einde raad wendde ze zich tot de heilige, die toen 22 jaar was. Hij aanhoorde haar, zonderde zich met haar af en bad vurig met haar. En zie: negen maanden later werd ze de trotse moeder van een flinke zoon. Of de echtgenoot evenveel reden had om trots te zijn, wens ik hier in het midden te laten.[/size]


[size=1]Before any edits, post was:
--------------------------------

De zaligverklaring van Johannes-Paulus XIII is in gang gezet en weldra zal zijn heiligverklaring volgen. Om heilig verklaard te worden moet men oa een 'heilig' leven leiden. We kennen allemaal - min of meer - zijn leven. Dat blijkt uiterst monotoom te zijn in vergelijking met enkele andere heiligen.
Hieronder volgen enkele voorbeelden van heiligen uit de beginperiode van de kerk. Daarnaast zijn er nog heiligen uit de middeleeuwen en niet te vergeten de heilige vrouwen. Indien interesse laat het dan weten.

Met dank aan Corbin Wiersbitsky (1812 - 1886)

In d 'oude tijd hield men voor heilig Die vliegen en sprinkhanen at
En met zijn heilige achterdelen
In een nest van mieren zat

Omdat Jezus het noodzakelijk achtte veertig dagen in de woestijn te verblijven - waarom hij dat nuttig vond, weet vandaag nog altijd niemand - vonden ook de fanatici dat ze woestijnwaarts moesten trekken, om daar hun lichaam door streng vasten en allerlei folteringen te kastijden.

H. Tielehaus
Eén van deze idioten, genaamd Tielelaus, wrong zich tussen een wagenwiel en bracht in deze behaaglijke houding tien jaar door. Daarna, om zijn eigen volharding te belonen, sloot hij zich in een enge kooi op. Een zonderlinge vogel.

H. Simeon
Simeon, de zoon van een Egyptische herder, at alleen op zondag. Hij had zijn lijf met een touw zo dicht ingesnoerd, dat er overal zweren uitbraken die zo verschrikkelijk stonken dat niemand het in zijn nabijheid kon uithouden. Deze Simeon was een bijzonder vindingrijke kerel. Hij maakte zich altijd zorgen dat hij zich niet genoeg martelde, en tenslotte vond hij iets totaal nieuws uit. Tenminste, door vorige heiligen was de methode nog niet aangewend, maar aanbidders van de grote moeder der goden, Cybele, in Syrië hadden het hem voorgedaan en daar had hij waarschijnlijk zijn inspiratie gehaald. Simeon nam namelijk plaats boven op een zuil en bleef er jarenlang op staan. De' eerste zuil die hij gebruikte was maar drie meter hoog. Maar hoe hoger zijn waanzin steeg, hoe hoger ook zijn zuil werd. Toen zijn zotheid de hoogste graad bereikt had, stond hij dertig meter hoog te prijken. En zó hoog bleef hij gedurende dertig jaar staan. Hoe hij het voor elkaar kreeg om niet van zijn zuil te donderen als de slaap hem te pakken kreeg, is moeilijk te begrijpen. Ik neem aan dat hij er zich aan gewend had rechtstaande te slapen - zoals de andere ezels. Een van zijn meest verfijnde genoegens was tijdens het gebed tot zijn voeten te bukken. Hij moet met zekerheid een veel leniger ruggengraat gehad hebben dan welke koninklijke kamerheer ook. Een ooggetuige verzekert dat hij twaalfhonderd dergelijke buigingen geteld had, en dat de heilige daarna nog veel langer met zijn vrome gymnastiek doorgegaan was. Simeon bracht het tenslotte zover dat hij veertig dagen hongeren kon. Toen er niet genoeg kracht meer in zijn uitgemergelde lichaam aanwezig was om te blijven staan, liet hij boven op zijn zuil een paal zetten en zich daar in staande houding aan vastbinden.

Over geslachtsdrift.
Het spreekt vanzelf dat de geslachtsdrift in de allerhoogste mate onchristelijk geacht werd en kordaat bestreden moest worden. Maar de strijd tegen de allermachtigste van alle driften was geen peulschilletje en de grote middelen moesten aangesproken worden.
De heilige Hieronymus (330-422) verhaalt zeer koel dat deze strijd tegen de natuur regelmatig jongens en meisjes hersenontstekingen en krankzinnigheid bezorgde. De arme onnozelaars die hun lichaam kastijdden om de duivel der ontucht uit hun bloed te jagen, wisten niet dat ze hierdoor de kwaal verergerden.
Want de duivel - die niet van gisteren is en overal de hand in het spel heeft - toverde hen tijdens hun verbeten gevechten de meest wellustige beelden voor de geest.
Slimmerds bestreken om de strijd lichter te maken de oproerige leden met scheerlingsap. De flinkste kerels maakten aan de zaak een kort en definitief einde door de wortel van het kwaad uit te roeien. Maar op die manier houdt alles op, ook de verlokking, en als de verdienste in de overwinning ligt - ook de verdienste. Er is niets meer te overwinnen als de vijand gesneuveld is.

H. Origines e.a.
De kerkvader Origines, alhoewel hij niet de faam van een snul had, paste deze drastische ingreep toe op zichzelf. Zijn daad was niet origineel. De heilige priesters van Cybele hadden zich reeds vrij algemeen op deze wijze toegetakeld. Afgetakeld is waarschijnlijk een precieser woord. Leontinus, een priester te Antiochië, Jacobus, een Syrische monnik en steeds meer anderen, priesters en leken, volgden dit voorbeeld. Het kwam zover dat tegen de castreerwoede wetten uitgevaardigd moesten worden, want het gevaar was acuut dat anders bij gebrek aan zaadballen of roeden geen nieuwe christenen meer vervaardigd zouden kunnen worden. Dit soort geloofsijver bestaat vandaag gelukkig niet meer. De geestelijken zouden dit deel van hun anatomie niet graag willen missen en ik kan hen geen ongelijk geven.

H. Pachömius
Er was een heilige, genaamd Pachömius (292-346, feestdag 14 mei), die eerst Egyptisch soldaat geweest was. In die hoedanigheid was de smaak van de verboden vrucht hem wellicht niet onbekend, zodat de kwelling voor hem nog erger was. Omdat hij dacht dat hij die ondraaglijke gloed daar beter zou kunnen verstikken, trok hij zich terug in de woestijn, ver van de wereld waar zoveel tweebenige brandstof rondzwerft. Maar ook d�*�*r had hij het zo moeilijk dat hij herhaaldelijk overwoog door de dood een einde te maken aan zijn vleselijke kwellingen. Eéns legde hij zich, op zoek naar de dood, naakt in een hol dat door hyena's bewoond werd. Deze dieren besnuffelden hem wel, maar lieten hem onopgevreten liggen. Waarschijnlijk roken ze dat hij een heilige was. Na een paar dagen voegde een fris Ethiopisch meisje zich bij hem. Ze had geen draad aan haar fraaie glanzende lijf. Ze nestelde zich op zijn schoot en kronkelde zich zó wulps dat er helaas gebeurde wat bij een minder heilig man ook gebeurd zou zijn. Maar toen die afgrijselijke ogenblikken voorbij waren en de ontuchtige vloeistof zijn klieren verlaten had, vielen de schellen van zijn ogen en hij begreep wie hem deze smerige kool gestoofd had. Als beloning gaf hij het mooie meisje een geweldige muilpeer. En ja hoor, zijn vermoeden was juist : het meisje was de duivel in eigen persoon. Want de hand van Pachomius stonk een heel jaar zo verschrikkelijk naar solfer, dat hij onmachtig werd als hij ze te dicht bij zijn neus bracht. In hoge mate vergramd omdat de duivel hem zo verschalkt had, dwaalde hij rond in de woestijn. Hij vond een adder of kleine brilslang en deponeerde ze in zijn verwoedheid als een bloedzuiger op het lid dat Origenes liever afsneed. De slang proefde eens, wat niet onaangenaam was, maar bijten deed ze niet. Ze lustte hem blijkbaar niet, evenmin als de hyena's.

H.Ammo
Ammo las zijn bruid de brieven van Paulus aan de Corinthiërs voor. De bruid vergat de gekoesterde lusten, geraakte in geestverrukking, en mét Ammo ijlde ze naar de woestijn en betrok daar met hem een ellendige hut. En daar leefde ze met hem, kuis als een hen die met een hond samenwoont.

H. Salamanius
Salamanius uit Kapersana, een dorp aan de Euphraat, had zich laten opsluiten in een huis zonder deuren noch vensters. Eénmaal per jaar werd er een gat in de muur geslagen. Op die manier kwam de heilige aan eten. Daarna werd de boel weer dichtgemetseld. De heilige sprak daarbij geen woord, zelfs geen gebenedijd. De inwoners van zijn geboorteplaats vonden dat zij meer recht hadden op deze bloem des hemels, en ze ontvoerden de zot. Maar ze hadden hem pas een paar dagen in hun midden, of hij werd opnieuw gestolen door mensen van een naburig dorp. Al dit gehaspel was niet in staat om de heilige één woord te ontlokken.

H. Antonius
Antonius verkoos de naakte aarde boven een naakte vrouw om op te slapen. Zijn voorkeur ging daarbij uit naar kille vochtige greppels. Hij kreeg vanzelfsprekend reumatiek. Bij iedere niet-heilige zou dat ook het geval geweest zijn. Maar voor hem kwam de pijn voort uit een vuistgevecht met de baarlijke. Aantrekkelijke vrouwen die wulps in zijn dromen opdoken, waren de ergste duivels, omdat zij hem het felst in verzoeking brachten. Dergelijke 'verzoeking van de heilige Antonius' ziet men dikwijls afgebeeld. Ik neem aan dat ook godvruchtige schilders met genoegen wel1ustige dames neerborstelden .
Alle kerkelijke schrijvers zijn het erover eens dat de dieren uit de woestijn hem gehoorzaamden als honden. Ze hielden innig van hem en verdrongen zich vol adoratie rond zijn hol. Maar ze wachtten om hem hun genegenheid te betuigen, tot hij klaar was met bidden. Dan namen ze zijn zegen In ontvangst, en trokken met vrome gedachten op roof uit.
Toen hij de heilige Paulus, uit Egyptisch Thebe, ter aarde bestelde - de man was honderddertien jaar gewordon hielpen twee godvruchtige leeuwen hem het graf delven. Toen ze klaar waren zegende hij hen en ze vertrokken met verruimd geweten, kwispelend met hun staart. Ad majorem Dei gloriam.

H. Macarius
Ook St. Macarius genoot het vertrouwen van de wilde dieren. Ook hij had het moeilijk met ontuchtige verschijningen, maar hij bedwong zijn volluptueuze neigingen door met zijn blote bi1len in een mierennest te gaan zitten. Wat natuurlijk ook jeukte, maar dié jeuk was niet zondig. Eens kwam een hyena bij zijnl deur en klopte met gepaste bescheidenheid aan. De heilige deed open en de hyena, een zeer gelovig wijfje, legde haar blindgeboren jong aan zijn voeten. Ze legde er een lamsvel naast, als honorarium voor de kuur. Ze smeekte : 'Genees mijn jong, anders zal het overal tegenaan lopen.' De heilige keek haar streng aan. ‘Gij hebt dat gestolen, onverlate, ik mag dat niet aannemen !' snauwde hij, en de brave hyena was zo ontsteld dat ze tranen stortte. De heilige kreeg er een krop VanI in zijn keel en met vriendelijke ontroering sprak hij het berouwvolle dier toe: 'Als ge me plechtig belooft geen lam meer te stelen, dan wil ik het wel aanvaarden en voor genezing zorgen.' De hyena beloofde plechtig, en de heilige volbracht het mirakel, zoals overeengekomen. Hij stapte opnieuw in zijn cel en de hyena draafde tevreden de wildernis in. Ze stal van toen af geen lammeren meer.
Alleen schapen.

H. Hilarion
Het eerste wonder dat de heilige Hilarion op zijn aktief bracht was misschien niet zó wonderbaar als het op het eerste gezicht lijkt. Een jonge vrouw werd voortdurend door haar man uitgescholden, omdat ze geen kinderen baarde. Ten einde raad wendde ze zich tot de heilige, die toen 22 jaar was. Hij aanhoorde haar, zonderde zich met haar af en bad vurig met haar. En zie: negen maanden later werd ze de trotse moeder van een flinke zoon. Of de echtgenoot evenveel reden had om trots te zijn, wens ik hier in het midden te laten.[/size]
[/edit]

Laatst gewijzigd door puud : 29 juni 2005 om 17:19.
puud is offline   Met citaat antwoorden
Antwoord



Regels voor berichten
Je mag niet nieuwe discussies starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag niet bijlagen versturen
Je mag niet jouw berichten bewerken

vB-code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit
Forumnavigatie


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 06:24.


Forumsoftware: vBulletin®
Copyright ©2000 - 2024, Jelsoft Enterprises Ltd.
Content copyright ©2002 - 2020, Politics.be