PDA

View Full Version : Liberales : de zin van de nationale dodenherdenking


Politics.be
18 mei 2012, 13:30
Vrijdag 4 mei om 20 uur was ik op de Dam in Amsterdam. Daar vindt elk jaar de Nationale Dodenherdenking plaats, waarbij we stilstaan bij alle Nederlandse burgers en militairen die zijn omgekomen in de Tweede Wereldoorlog. Ik was er met een goede vriend uit Engeland, voor wie het ook een bijzondere gelegenheid was, aangezien Engelsen Nederland mede hebben bevrijd en zijn vader zelf militair was. Het was een plechtig moment van twee minuten stilte, en ik dacht aan het ongekende leed van slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, van de Holocaust, al is dat lijden te groot om in een gedachte te vatten.

Toch voelde ik me niet helemaal op mijn gemak vanwege een discussie die de Herdenking overschaduwde en de beslissing die genomen was. Eigenlijk zou die avond Auke de Leeuw, een scholier van 15 jaar, een gedicht voorlezen over een oudoom die ‘koos voor een verkeerd leger’ en naar het Oostfront ging. ‘Foute keuze’ heet het. Auke praat de keuze niet goed, verheerlijkt zijn oudoom niet. Wel geeft het gedicht inzicht in de reden waarom de jonge man de verkeerde beslissing maakte en het leed dat dit voor de moeder veroorzaakte (de zoon kwam om; vier van haar andere kinderen zaten bij het verzet en hadden dus een bijzonder dappere keuze gemaakt). Het Comité 4 en 5 Mei vond het gedicht moedig. Op integere wijze doorbrak Auke een schaamtevol taboe. Zeer veel Nederlanders sloten zich daarbij aan. Maar volgens het Auschwitz Comité zou het voordragen ervan strijdig zijn ‘met iedere vorm van zindelijk denken en fatsoen’, en zij vonden het schofferend om ‘een nazaat van een oorlogsmisdadiger een platform te geven.’ Ze dreigden om niet te komen opdagen bij de Herdenking. En dus mocht Auke zijn gedicht niet voorlezen.

Ook was er controverse in Vorden (Gelderland), waar men tijdens de herdenking op de begraafplaats ook langs de graven van tien Duitse dienstplichtigen wilde lopen. De voorzitter van een actiegroep, Federatief Joods Nederland, noemde dit ‘misselijkmakend’. Zij voerden een rechtszaak om te voorkomen dat burgemeester en wethouders langs de graven mochten lopen. Deze zaak werd gewonnen, maar de vierhonderd aanwezigen liepen bijna allemaal wel langs de graven. Een andere kleine joodse groepering, TOF (Tradition is Our Future) liet boven de herdenking een reclamevliegtuigje rondvliegen met de tekst ‘Vorden is fout!’ “Als de geschiedschrijving van de laatste decennia ons iets over de Tweede Wereldoorlog heeft geleerd, dan is het wel dat de tweedeling tussen goed en fout veel te simplistisch is,” schrijft historicus, en zelf kind van Joodse overlevenden, Ewoud Sanders in NRC Handelsblad (7 mei). Sommigen trapten bijvoorbeeld in propaganda: de nazi’s wilden inwoners van bezette gebieden laten geloven dat ze ‘Europa zouden beschermen tegen het communisme’ door met hen mee te doen. Ook werd men in Duitsland zelf als dienstplichtige naar het front gestuurd. Uiteindelijk bevonden die mensen zich aan dezelfde kant van degenen die Auschwitz hebben bedacht. Maar voor de morele schuld die iemand op zich geladen heeft, maakt het wel enig verschil of hij een fervente nazi was of iemand die verplicht in het leger moest.

De voornaamste reden dat ik dit niet zwart-wit kan zien, is evenwel dat ik denk aan kinderen. Zij kunnen nog geen goede of foute keuze maken: zij kunnen er niets aan doen in welk land of bij welke familie ze geboren worden. Een vijfjarig kind dat in Londen geboren is en z’n vader verliest in de oorlog, is een slachtoffer – maar een vijfjarig kind dat in Berlijn geboren is en bij wie hetzelfde gebeurt, is dat ook. Je kunt daar misschien aan denken, als je langs zo’n graf in Vorden loopt. Dat is in elk geval zinvoller dan met een vliegtuigje een smakeloze tekst te laten rondcirkelen en de vijandschap van ’40-’45 nieuw leven in te blazen.

Ben ik nu een moreel relativist? Praat ik nu het nazisme goed? Totaal niet. Ik ben zo ongeveer alles wat de nazi’s graag in een kamp hadden willen stoppen: liberaal, feminist, progressief, anglofiel. Maar misschien daarom kan ik niet blind zijn voor individueel leed. Kan ik niet zo goed zwart-wit denken. Daarbij komt dat we verhalen als die van Auke niet moeten smoren omdat we er lering uit kunnen trekken, door te herdenken. De mensheid is niet verdeeld in beesten en helden, maar mensen maakten en maken ernstige fouten. Op basis waarvan (en hoe) zorgen wij dat wij de goede keuzes maken? Het ressentiment van onze tijd – angst en haat tegen immigranten, anti-intellectualisme en simplisme, haat van radicale gelovigen tegen de liberale vrijheden, nieuw racisme – daar tegenin gaan is de echte les wanneer we het herdenken van het verleden koppelen aan het heden. Niet inhakken op een scholier die een gedicht schrijft.

Bovendien, zo schrijft Ewoud Sanders in NRC Handelsblad, zijn het kleine splinterorganisaties die momenteel bepalen wat er wel en niet op de herdenking mag gebeuren, en wie er wel en niet gehoord mag worden. Dat vindt hij als joodse Nederlander een slechte zaak. Zo bestaat Federatief Joods Nederland slechts uit een advocaat en zijn familie, maar doet het voorkomen alsof zij de belangen van de hele joodse gemeenschap behartigt. ‘Nederland telt niet één Joodse gemeenschap, het gaat om een zeer verdeelde groep van zo’n 52.000 mensen. Leden van kleine groepjes eisen buitensporig veel macht op,’ schrijft Sanders. Dat wekt wrevel op.

Bij mijn ideale herdenking kunnen nu, bijna 70 jaar later, alle nabestaanden van betrokkenen het leed en de waanzin van de oorlog gezamenlijk herdenken. Joodse en niet-Joodse Nederlanders, Duitsers, Engelsen, kinderen van verzetsmensen en van foute families, alle anderen. Zonder ooit het nazisme goed te praten – maar ook zonder taboes op verhalen (of gedichten). De nazaten van de verkeerde kant laten zien dat zij het lijden dat hun voorouders hebben aangericht óók verschrikkelijk vinden, dat zij de vroegere opvattingen, keuzes en daden afkeuren, en dat zij dit nooit willen herhalen. Maar de andere partij laat zien dat zij het lijden van onschuldigen aan de andere kant, bijvoorbeeld van kinderen, óók erkent, en het de huidige generatie niet langer kwalijk neemt. Pas dan kun je samen verder. Nu we gezamenlijk aan een globaliserende wereld bouwen, is het daar tijd voor.

Isabelle Buhre

Links
mailto:[email protected]

Bron: politics.be (http://www.politics.be/persmededelingen/32594/)

Txiki
18 mei 2012, 13:44
:clapping: