PDA

View Full Version : Louis Gueuning : redevoering.


PAJOT
9 mei 2005, 12:28
In gedachte herlees ik zijn redevoeringen. Maar ik hoef ze niet te herlezen : in zijn redevoeringen, verder reikend dan zijn redevoeringen, steekt zulke eerbied voor de waarheid, zoveel zelfrespect - geen minderwaardig grapje, geen schijn van vulgariteit, noch in gedachte, noch in stijl, geen handigheidje, geen leugen -, zoveel eerbied voor de mensen die hem aanhoren, zoveel eerbied voor dit volk, voor de waardigheid van dit volk. Ja, zoveel waardigheid dat in deze dagen van ellendige en lage welsprekendheid, bedrog, om-de-tuinleiderij, dubbel-tongerij, vulgariteit in uitdrukkingen en gedachten, iedereen - ook ik - getroffen wordt. Zo ontdek ik zijn leer die ik tracht te vatten in de kern. Eén gedachte, één gevoelen beheersen die leer volkomen :

een gevoelen : bedruktheid bij het zien van ons volk, dat eens zo groot was en nu ten prooi valt aan verdeeldheid, de moeder van elke ondergang : bedruktheid bij het zien van de vernedering van dit volk, afgedaald, teruggedrongen tot vazallenwerk, ontrouw aan zichzelf, ontrouw aan Europa, ploeterend in materialisme ...

een gedachte : dit volk terug waardigheid geven, d�*t wat die waardigheid rechtvaardigt : zijn eminente roeping van 'Europamaker'...

In gedachte doorblader ik zijn intiem dagboek : grenzeloos heimwee, een lange weeklacht, schrijnende spijt. Vooreerst : in een tijd zonder grootheid te leven, tussen middelmatigen die in kleinheid wentelen ; zichzelf hierdoor misvormd te zien, het mooie mensengelaat besmeurd, verbeest, afgestompt. En dan, schrijnende spijt van wie er niet in slaagt het eigen leven een zuivere stijl te geven, een en al adel, een lijn zonder enige kreuk.

En dan volg ik hem in zijn politieke opgang. Heel vaak met het uitspreken van een vaarwel. Vaarwel aan het flamingantisme van politikasters, vaarwel aan de Kamer : die knoeiboel, vaarwel aan zijn eigen 'Vlaamse Militie'. Op zeker ogenblik tijdens zijn opgang heeft hij zijn plaats gevonden; in zuivere lucht heeft hij zijn toevluchtsoord geschapen : de Dinaso Militanten Orde, toevlucht tegen de vulgariteit van de politieke actie van de partijen. Hij wil er een Orde van maken die zowel van religieuze als van militaire aard is, en tientallen keren verwijst hij naar wat hij bewondert en wat inderdaad bewonderenswaardig was : de stijlvolle, harde jezuïetenorde. De stijl : het woord komt in zijn mond terug als een motief. Hét motief. Als ik mij afvraag wat hij wezenlijk heeft beschouwd als zijn werk, als het wezenlijke van zijn werk, dan is er geen twijfel mogelijk : de Militantenorde. Orde !

Wat onthouden dient te worden is de brandende kommer om zijn werk - dus heel zijn leven ! -die stijl, dat aristocratische merk te geven van de grote Ordes van het verleden en - ik voeg het er aan toe - van de toekomst. Wat waarlijk telt, is dat hij in de kern de huidige tijd heeft veroordeeld. Hij ontdekte Europa's kwaal : misprijzen van de mens, misprijzen van de menselijke waardigheid. Nooit was er meer dan heden ten dage sprake van menselijke waardigheid en nooit werd zij zo sterk vergooid, vernederd, misvormd, verknecht en verpletterd. Dat neerhalen, dat vernederen, verknechten, verdrukken van de mens, dat uiteenrukken van de persoon, aanschouwt hij in de eerste plaats bij het volk der Nederlanden, bij zijn volk. En voor dat volk moet hij zorgen, dat volk moet hij terug waardigheid en fierheid schenken, door het aan zichzelf terug te schenken, aan zijn roeping. Aan dat volk dient terug de grote stijl gegeven die het bezat tijdens enkele grote momenten in zijn geschiedenis. Maar dat zal niet worden gedaan, kan niet worden gedaan, kan niet meer worden gedaan in een klimaat waarin de mens steeds maar verder onttakeld wordt door exclusieve kommer om welvaart, schrik voor inspanning, offer, risico, gevaar, ziekte, ouderdom, dood.

Maar Europa en ons volk worden herbouwd :

* door weigering - "Ja begint bij : neen ! - van dit alles omdat het altijd de mens vernietigt ;

* door aanvaarding met de hele ziel van het echtste leven : de cultus van de hoogste waarden :
- in het opofferen van het laagste in zichzelf aan het hoogste, van al wat lager is dan de mens, geld, bedrog, geknoei, middeltjes om er te geraken, het in alles najagen van het gemakkelijke ;
- in de soevereine heerschappij van de geest boven de hartstochten en de lage kanten van het wezen.

Onomwonden afwijzen, weigeren, dat is menselijke waardigheid. Het is echter duidelijk dat slechts enkele deugden de menselijke waardighei uitmaken. Dat afwijzen en die deugden moeten wij uitdragen. Zij moeten worden uitgedragen door mensenharten. Uitdragen met heldhaftigheid en soms als een kruis. En dat met Joris van Severen, na Joris van Severen en in volle zielsgemeenschap met hem. Doch dat weigeren en die deugde uitdragen kan enkel een mensenklasse. Ik zeg met opzet een klasse, ook al klinkt dat woord hard in de oren van een maatschappij die klassenloos wil zijn. "Een maatschappij gaat ten gronde als aan haar hoofd de geest van priesterschap en ridderschap verdwijnt." Ja, telkens wanneer Europa uitstraalde was het doordat een klasse mensen zich toewijdde, "terugtrok" en heldhaftig op de puinen van een wereld de trouw liet uitschijnen aan de hoogste deugden, de offerzin en het edele afwijzen.

PAJOT
9 mei 2005, 12:30
Uit de redevoering : de stijl kenmerkt de man (25 mei 1965). Vind dit een mooie tekst.

ossaert
9 mei 2005, 22:13
Jij hebt een abonnement op Delta, niet?

Volksstormer
10 mei 2005, 13:26
Een prachtige tekst! :thumbsup: