quercus |
28 juli 2012 08:55 |
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Jan van den Berghe
(Bericht 6245163)
Dat beweert u, maar dat blijkt niet uit de Schrift. Door Zijn Wet heeft God het Joodse volk een leidraad gegeven die niet zomaar naar keuze kon worden herschreven. Dat laatste hebben de Joden na verloop van tijd wel gedaan, vandaar hun ontrouw. Niet alleen aan Jezus die dan de Wet in zijn volheid kwam brengen, maar ook aan de eerste openbaring.
|
Dat blijkt wel degelijk uit de Schrift. Ik ga opnieuw niet vervallen in ellenlange uiteenzettingen. Ik geef u slechts één voorbeeld (dat ik trouwens reeds eerder gegfeven heb, maar ik heb de indruk dat u gewoon stekeblind bent voor zaken die u niet behagen). De Mitzvah omtrent het niet consumeren van bloed. In Deuteronomium 12:21 Wanneer de plaats die de Here uw God, verkiezen zal om daar zijn naam te vestigen, te ver voor u is, dan zult gij van de runderen en van het kleinvee, die de Here u gegeven heeft, slachten zoals ik u geboden heb, en in al uw woonplaatsen daarvan eten zoveel gij wilt. Wat ik gemarkeerd heb verwijst duidelijk naar een andere bron waarin richtlijnen worden gegeven hoe dieren horen geslacht te worden. Ik daag u uit om mij te zeggen waar u dat in de Geschreven Torah kunt vinden.
Hetzelfde kan gezegd worden van nog ettelijke andere aangelegenheden die te maken hebben met concrete Mitzvoth. Zoals Leviticus 7:26, Exodus 12:2 en 22:16, Deut. 6:8-9 en 11:18. Een al even duidelijke verwijzing naar de praktijk van een Orale Torah wordt gegeven in Nehemia 8:9 Zij lazen namelijk uit het boek, uit de wet Gods, duidelijk voor en gaven uitlegging, zodat men het voorgelezene begreep. En dat, mijn beste gebeurde in de zesde eeuw vóór Christus!
Nu daag ik u ook uit voor iets anders. Heeft Christus ergens gezegd dat de de Wet (de 613 Mitzvoth) overboord mag gegooid worden? Neen! Nergens vindt u daaromtrent dergelijke uitspraak, in geen enkele van de vier evangeliën. Integendeel, Jezus heeft héél expliciet gezegd dat hij geen enkele van de wetten wilde afschaffen en dat de richtlijnen van de schriftgeleerden diende nageleefd te worden. Wie heeft dat van tafel vegen van de Mozaïsche Wet beslist? Paulus, en niemand anders. Dat was dus n�* de dood van Christus. Anders gezegd, er is toen radicaal ingegaan tegen de richtlijnen van Christus. Het Pauliaanse Christendom was dus ontrouw aan hetgeen Jezus gewild heeft. Het Christendom is doodeenvoudig een vervalsing van de oorspronkelijke opzet.
|