Jan van den Berghe |
28 november 2009 20:24 |
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door system
(Bericht 4465371)
Graaf de Thiennes ziet (een beetje te optimistisch weliswaar) maw de volledige 'verhollandsing' van het VKN geschieden op een 30 jaar tijd. Hij denkt dus dat binnen 30 jaar, dus rond 1845, iedereen in het VK Nederduitsch zal spreken. En hij heeft het volgens mij in deze niet specifiek over de 'ambtelijke taal'.
|
Natuurlijk wordt dat laatste daarmee bedoeld. Alleen al in die tijd zou het totaal onmogelijk geweest zijn een gehele natie tot een bepaalde taal over te laten hellen. U kijkt weer eens met hedendaagse ogen naar een situatie uit het verleden. We staan immers in een tijd waar er weer een lagere schoolnet uit de grond moet worden gestampt, nadat het onder Frans bewind zo goed als afgebouwd was of waarbij men getracht had het oude onderwijssysteem te vervangen door een Franstalige instelling (iets waarin men grotendeels mislukte).
Het objectief was ongetwijfeld dat "de gehele natie" de rijkstaal machtig zou worden, maar dit betekende niet dat de door de koning erkende minderheidstalen veracht zouden worden. Daar is in al de besluitvorming geen enkel teken van te vinden. Willem I bekrachtigde het Frans als regionale, ambtelijke taal in Wallonië (daar waar hij die in Brussel slechts tijdelijk erkende en waar de overgang naar het Nederlands voorzien was). In de Duitstalige gebieden, het groothertogdom Luxemburg, werd van oudsher het Duits verder gebruikt.
|