Moreno-Ocampo heeft absoluut juist gehandeld door de rechters van het International Strafhof (ICC) te verzoeken arrestatiebevelen uit te vaardigen tegen Omar al-Bashir en de zijnen.
Sinds enige jaren onderzoekt het ICC, op verzoek van de VN Veiligheidsraad en naar aanleiding van eerder onderzoek door UNHCHR, de systematische geweldplegingen in Darfur. Dat onderzoek heeft geleid tot een preliminair dossier waaruit kennelijk een zgn. prima facie vermoeden blijkt van een door Al-Bashir en anderen georganiseerde samenzwering met als doel het plegen van genocide en andere misdaden tegen de menselijkheid. Ernstiger misdadenn kent de wereld niet, en het verdient de aanbeveling daar even bij stil te staan. Nogmaals, zwaardere vergrijpen zijn er niet.
Moreno-Ocampo, die een ambtseed heeft afgelegd toen hij werd ingesteld als Chief Prosecutor, heeft geen andere keus dan de verdachten in zijn onderzoek aanklagen. Dat is tenslotte het doel van strafrechtelijk onderzoek. Daarenboven is zijn onderzoek structureel tegengewerkt. Toen lagere functionarissen werden aangeklaagd en arrestatiebevelen werden uitgevaardigd werden zij niet uitgeleverd, maar bevorderd. Een andere verdachte in deze zaak, Ahmed Haroun, werd, na zijn tenlastelegging nota bene, benoemd tot Minister voor Humanitaire Zaken.
Dit misdadige regime moet een halt worden toegeroepen. In tegenstelling tot hetgeen hierboven in het artikel wordt vermeld is het geen novum dat een zittend president wordt aangeklaagd - dat overkwam ook Slobodan Milosevic en Charles Taylor. In de landen waar zij voorheen met de scepter zwaaiden is veel vooruitgang geboekt sinds hun afzetting, arrestatie en uitlevering aan de ter zake bevoegde gerechtelijke instanties. En bovendien is het recht gediend.
Velen zullen echter vrezen dat Al-Bashir en zijn misdadige handlangers naar aanleiding van deze tenlastelegging de situatie verder zullen verergeren. Dat risico moet evenwel genomen worden. En de Veiligheidsraad wacht een moeilijke opgave. Zij heeft de bevoegdheid om in het belang van de internationale veiligheid het strafproces telkens met een jaar op te schorten. Seponeren kan alleen het Hof, maar als Al-Bashir bijvoorbeeld een einde maakt aan de wankele vrede in Zuid Soedan (nog een oorlog op zijn grondgebied die honderdduizenden slachtoffers geëist heeft en nog veel langer woedde dan het conflict in Darfur) zou het kunnen dat de Veiligheidsraad geen keuze heeft en in het belang van de burgerbevolking aldaar één en ander op een laag pitje zet.
Uiteindelijk echter zullen Al-Bashir en zijn medeverdachten terecht moeten staan en verantwoording moeten afleggen voor het plegen van de meest ernstige misdaden die de wereld kent. Zo niet, dan blijkt de internationale verontwaardiging in zake Darfur, en het ICC zelf, een wassen neus.
|