Visjnu |
2 oktober 2009 06:30 |
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door redwasp
(Bericht 4365287)
vrede,
net in het gewoel van deze wereld, met al zijn economische, ecologische, sociale, politieke en militaire crises, klinken deze woorden van jezus (vrede zij met hem) vreemd. wij hebben het gevoel dat we iets moeten doen om de problemen van die wereld mee op te lossen, maar jezus leert ons dat niet martha (die doende was, die de hele tijd dingen deed uit liefde voor de anderen) maar maria (die zich overgaf aan contemplatie) het beste deel gekozen had. roept jezus ons op om onze inspanning voor een betere wereld achter ons te laten en ons over te geven aan de zaligheid van het godzoeken? is de boodschap van deze profeet zo radikaal dat we ons niet alleen voor onszelf geen zorgen moeten maken, maar ook voor onze medemensen? worden wij geen onmensen wanneer we onze inspanningen voor een betere wereld inruilen voor een leven van contemplatie, of is dit juist onze vermenselijking?
vrede,
redwasp
|
Met deze interpretatie ga ik toch niet helemaal akkoord.
In de eerste plaats stel ik mij bij dit fragment de vraag waar Martha juist mee bezig is. Is hetgeen zij doet echt levensnoodzakelijk? Ik zie het werk van Martha als onderdeel van het verwelkomen (upedexato) van Jezus in de eerste strofe. Zij is met vanalles en nog wat bezig om Jezus als gast te eren. Maria is anderzijds echter niet zomaar tv aan het kijken, maar krijgt onderricht van Jezus. Zij eert Jezus ook, maar op een andere manier, als leraar. Het fragment gaat dan eerder over de vraag hoe men Jezus, of iemand in het algemeen, het best eert.
Net als GeertC zie ik dit fragement dan ook niet als een oproep tot een leven van contemplatie. Voor mij ligt de focus veel meer op het educatieve aspect, op het feit dat Maria haar kans grijpt op zelfontplooing. Het bezoek van Jezus was daarbij hoogstwaarschijnlijk een unieke gebeurtenis voor hen. Maria zit niet wat te bidden voor een kaarsje, maar is actief bezig met het onderricht krijgen van Jezus.
De woorden van Jezus doen mij bij deze interpratie helemaal niet zo vreemd aan. In mijn voorbeeld trachtte ik de passage te mappen naar het heden en de vraag of vrouwen in ontwikkelingslanden nu met de crisis beter thuis hun steentje bijdragen of toch naar school moeten gaan. Ik denk dat het fragment ons helpt om daarover beter na te denken.
|