Voka : Kernuitstap mag niet verdrinken in gemiddeldes
 

Continuïteit van elektriciteitsvoorziening moet primerenVolgens een studie in opdracht van Greenpeace vormt de sluiting van de oudste Belgische kerncentrales geen probleem voor de elektriciteitsvoorziening. Ze spreekt daarmee een studie van de CREG tegen. “Het lijkt erop dat die studie te zeer vertrekt vanuit de mogelijke elektriciteitsproductie op jaarbasis”, zegt Jo Libeer, gedelegeerd bestuurder van Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen. “Via de gemiddelde jaarproductie kan men niet aantonen dat er op elk moment voldoende elektriciteit is om in onze behoefte te voorzien. Ook in een beek van gemiddeld een halve meter kan je immers verdrinken.” Voka stelt daarom dat de continuïteit van elektriciteitsvoorziening moet primeren.


“We zijn van oordeel dat het nodig is om zowel in te zetten op hernieuwbare, als op meer traditionele energiebronnen”, zegt Jo Libeer. “Bij bijvoorbeeld zonne- of windenergie is de energieproductie niet altijd even groot, denk maar aan bewolkte en windstille dagen. Ook op zulke momenten moet er voldoende elektriciteit beschikbaar zijn. Daarom is voldoende klassieke productiecapaciteit noodzakelijk. Op jaarbasis kan het er dus op lijken dat we al in onze elektriciteitsbehoefte kunnen voorzien met de gascentrales die sinds begin 2000 gebouwd zijn en de reeds geïnstalleerde en geplande hernieuwbare bronnen. Maar dat klopt niet: we zullen op dag- of uurbasis wel met problemen kampen.”

Volgens Voka zijn bijkomende investeringen in productiecapaciteit dan ook dringend nodig. Libeer: “De CREG bevestigde echter onlangs nog dat we met een achterstand kampen op dat vlak en dat we onvoldoende capaciteit hebben om de eventuele sluiting van de oudste kerncentrales in 2015 op te vangen. Het risico op tekorten wordt volgens hen daarom onverantwoord hoog. Een versnelling van de aanslepende vergunningenprocedures is daarom noodzakelijk. Dat is trouwens een euvel waar haast elk investeringsproject in Vlaanderen mee kampt. Daarom ijveren we als netwerk van ondernemingen al jaren voor efficiëntere vergunnings- en beslissingprocedures.”

“In het debat rond hoe we in de toekomst in onze energiebehoefte zullen voorzien, willen we vooral oproepen tot realisme. Het gaat niet om het vastpinnen van de timing van de kernuitstap. Die problematiek vraagt een én-én-verhaal waarin we onze elektriciteitsproductie verhogen op een manier die op elk moment in onze behoeften voorziet, waarin hernieuwbare en traditionele bronnen elkaar aanvullen, en waarin we energie-efficiënter worden”, besluit Libeer.


Bron: politics.be