Politieke partijen die succesvol zijn, zowel bij verkiezingen als in opiniepeilingen, trekken allerlei mensen aan. Zowel idealisten als opportunisten. Een schrijnend voorbeeld daarvan was de Partij voor een Nieuwe Politiek in België van Paul Marchal, de vader van het meisje An Marchal dat werd vermoord door Marc Dutroux. De nieuwe partij trok mensen van alle slag aan en werd van in het begin geïnfiltreerd door mensen met dubieuze ideeën. In veel gevallen ging het om extreemrechtse figuren die op die manier hoopten een plaats te veroveren in een gemeenteraad of zelfs in het parlement. Uiteindelijk haalde de partij van Marchal in 1999 nauwelijks 0,3 procent en hield toen op te bestaan. Marchal hield de eer aan zichzelf en liet de partij ontbinden omdat hij aanvoelde dat heel wat opportunisten zijn groep wilden misbruiken.
Eenzelfde fenomeen zien we vandaag bij de N-VA. Die partij heeft niet alleen electoraal succes, maar haalt fenomenale cijfers in elke opiniepeiling. De N-VA zou vooral brokken maken bij het Vlaams Belang. Reden genoeg voor opportunistische politici om zich snel tot de N-VA te bekennen en via die weg een plaats in een regering of college af te dwingen. En die opportunisten komen in veel gevallen uit de hoek van het extreme Vlaams Belang. Denk aan Vlaams parlementslid Karim Van Overmeire, jarenlang een vertrouweling van Philip De Winter, die in 2010 de overstap maakte naar de N-VA en er met open armen ontvangen werd. De partij van De Wever beweert dat het elke nieuwkomer grondig screent op zijn of haar antecedenten, maar dat is in dit geval blijkbaar niet grondig gebeurd. Van Overmeire was lid van het NSV, Voorpost en andere extreemrechtse organisaties. Hij schreef mee aan het beruchte 70-punten programma dat hijzelf betitelde als ‘racistisch’. En hij deed al verschillende homofobe uitspraken. “Homodiscriminatie is een schijnprobleem dat misschien wel in kringen van zogenaamde intellectuelen, kunstenaars en artiesten leeft, maar niet in brede lagen van de samenleving,” aldus Van Overmeire.
Een ander VB-kopstuk die met open armen ontvangen werd door de NVA is Luc Sevenhans uit Brasschaat die gedurende twaalf jaar volksvertegenwoordiger was voor Vlaams Belang. Heel lang heeft zijn ‘ontluizingsperiode’ niet geduurd, want nauwelijks een jaar later zetelde hij als opvolger van Philippe Muyters in de senaat. Verder is er Bruno Stevenheydens uit Beveren die 25 jaar lid was voor het Vlaams Belang en in 2007 verkozen werd tot volksvertegenwoordiger voor die partij in Oost-Vlaanderen. In 2011 stapte hij over naar de N-VA en dit op vraag van Bart De Wever zelf. “Eind mei (2011) kreeg ik een telefoontje vanuit de top van de N-VA, zonder zelf gesolliciteerd te hebben. Bart De Wever die me vroeg of ik geïnteresseerd was om fractiesecretaris te worden in het Vlaams parlement. Onmiddellijk volgde een gesprek op het Vlaams parlement en ondertussen ben ik al 7 maanden aan de slag,” zo staat te lezen op zijn webblog .
Andere maar minder bekende VB-kopstukken die overstapten naar de N-VA zijn Dirk Jacobs uit Zemst, Steven Dupont uit Grimbergen, Robert Mondelaers uit Laakdal, Patrick Verlinden uit Schoten, Bruno Alen uit Zele, Viky De Ridder uit Brugge, Joris Van Dessel en Eddy Van den Bossche uit Nijlen, en dan heb ik het nog niet over de vele ontevredenen die het VB de rug toekeerden omwille van de interne autoritaire manier van werken, zoals de Gentse afdeling mocht ondervinden, waaronder Francis Van den Eynde en Kristina Colen. Op zich is deze implosie van het Vlaams Belang vanuit democratisch standpunt alleen maar toe te juichen. In die zin heeft het cordon sanitaire van Jos Geysels een cruciale rol gespeeld. Het is immers een prima zaak dat mensen een radicaal nationalistische, xenofobe en racistische partij de rug toekeren waarvan de feitelijke leider alleen nog in het nieuws komt door zijn dochter in een bikini met hoofddoek te laten poseren. Hoe laag kan je als mens vallen om zelfs het lichaam van je dochter als propagandamiddel in te zetten?
Maar er zit een keerzijde aan de medaille. Een partij zoals de N-VA die dergelijke sujetten binnenhaalt en met open armen ontvangt, neemt een grote verantwoordelijkheid. Want de vroegere aanhangers van het Vlaams Blok/Belang zijn geen onbesproken figuren en brengen niet alleen zichzelf, maar ook hun sympathisanten en vooral hun ideeën mee in hun nieuwe partij. Wie denkt dat al de voornoemde personen plots hun racistische discours en hun openlijke afkeer voor vreemdelingen hebben afgeworpen, vergist zich. De toestroom van gewezen leden van het Vlaams Belang tot de N-VA heeft – of de partijleiding dat nu wilt of niet – een impact op het gedachtengoed van die laatste partij. Hun aanwezigheid versterkt immers hun hang naar separatisme, hun extremisme en vooral hun vreemdelingenhaat die ze jaren hebben gedemonstreerd binnen de enige radicaal Vlaams-nationale partij in ons land.
Vandaag zijn hun stemmen te horen op de congressen, de lijstvormingsbijeenkomsten en de vergaderingen voor de komende gemeenteraadsverkiezingen. Wie denkt dat het extreemrechtse en racistische gedachtengoed in Vlaanderen door de opkomst van de N-VA verdwenen is, vergist zich. Het tegendeel is waar. Veel radicalen hebben een veilig onderkomen gevonden in een partij die zich probeert voor te doen als maagdelijk, onbesproken en gematigd. De kiezers hebben echter het recht om te weten wie achter die partij zit. Heel wat liberalen, socialisten en christen-democraten hebben bij de laatste verkiezingen gekozen voor de N-VA uit onvrede met het gevoerde beleid. Dat is hun recht. Maar het is de plicht van alle democraten om te wijzen wie die N-VA eigenlijk is en wie hun vertegenwoordigers zijn op lokaal, Vlaams en federaal vlak. We hebben de plicht om hen in te lichten over de ranzigheid die binnen de N-VA alleen maar toeneemt. We hebben de plicht om die kiezers te verwittigen dat er onder die N-VA-vlag regelrechte racisten, homofoben en vreemdelingenhaters rondlopen.
De auteur is Doctor in de Moraalwetenschappen
Dirk Verhofstadt
Dirk Verhofstadt
Links
mailto:
[email protected]
Bron:
politics.be