Micele |
4 januari 2013 19:03 |
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door schaduw
(Bericht 6483307)
De vrijmaking van de kabel was voorzien voor oktober 2012. Iemand enig idee hoe dat nu juist zit ? Ik zie niet veel beweging en wens internet via kabel bij een andere provider dan Telenet.
|
Best een late link van 2012 nemen (uw link is trouwens van juli 2011...) : dus het is wslk nog x-maanden in 2013 wachten op de uitspraak ten gronde en-of eventueel op de EU-goedkeuring voordat er iets gaat bewegen... en of er dan wat voordeel uit te halen valt is nog een andere vraag. Wie zou er tegen Telenet opboksen, Mobistar ? werken die niet samen met Telenet ? # :?
# 1
Citaat:
http://www.standaard.be/artikel/deta...MF20120904_148
Telenet: 'Regulering niet in voordeel consument'
dinsdag 04 september 2012,
...
De uitspraak kan grote gevolgen hebben. Vorig jaar beslisten de Belgische telecom- en mediaregulatoren dat de kabelnetwerken van Telenet, Voo en Numéricable moesten worden opengesteld voor de concurrentie. Maar Telenet tekende beroep aan.
De uitspraak is vooral goed nieuws voor een partij als Mobistar. Tot dusver moest het lijdzaam toezien hoe concurrenten tv, telefonie, internet en gsm-gebruik in één pakket konden aanbieden. Het tv-alternatief van Mobistar, via satelliet, is echter geen succes. Toegang tot de kabel zou het Mobistar-pakket een stuk aantrekkelijker kunnen maken.
De uitspraak in een gelijkaardige procedure door de Franstalige kabeldistributeurs valt op 9 oktober. Voor de zaak die door Telenet was aangespannen wordt de uitspraak ten gronde pas volgend jaar verwacht.
'Arrest komende dagen analyseren'
Telenet erkent in een communiqué de uitspraak van het Brusselse hof van beroep. 'Telenet zal de komende dagen het uitvoerige arrest verder analyseren', aldus het persbericht. Het bedrijf zegt echter eerst nog de uitspraak ten gronde af te wachten. Telenet waarschuwt ook dat het ontwerp van het referentieaanbod nog moet worden goedgekeurd door de regulatoren en de Europese Commissie voor er kan overgegaan worden tot een definitieve kabelregulering.
Het bedrijf stelt verder dat een regulering niet in het voordeel speelt van de consument: 'Terwijl de prijs voor kabeltelevisie momenteel zeer laag is, zal innovatie door kabelmaatschappijen mogelijk onder druk komen.'
'De huidige sterke concurrentie in België heeft er toe geleid dat de consument vandaag geniet van één van de laagste prijzen voor kabeltelevisie in Europa en gebruik kan maken van zeer vooruitstrevende diensten voor digitale TV', aldus Telenet. 'Bovendien is de prijs voor kabeltelevisie vandaag al gereguleerd door de FOD Economie.'
'De omroepmarkt is een zeer dynamische markt waarin momenteel meer dan zes operatoren actief zijn die TV-diensten aanbieden, naast het groeiende en gratis aanbod van TV via het internet,' besluit het bedrijf. 'Telenet zal er dan ook alles aan doen om deze gunstige concurrentiële situatie voor de consument te vrijwaren.'
|
# 2
Citaat:
http://www.tijd.be/opinie/analyse/De...39179-2336.art
11:17 - 06 september 2012
De weg naar meer concurrentie was en is lang en lastig.
Door Erik Dejonghe, professor nieuwe communicatietechnologieën
Nergens in Europa, en allicht nergens in de wereld, was het marktaandeel van kabeldistributie hoger dan in Vlaanderen. Het was zelfs zo hoog dat we moeilijk van ‘marktaandeel’ konden spreken. Eind 2004 was ongeveer 97 procent van de Vlaamse woningen aansluitbaar op een kabelnetwerk, en ongeveer 99 procent van die woningen was ook aangesloten. Een kabelabonnement was een superantenne op levenslange afbetaling. Nu is nog altijd 98 procent aansluitbaar, maar de abonnementsgraad is gedaald tot 88 procent. Antennekijkers vormen een bijna ideologisch gemotiveerde minderheid van 3 procent, die nog liever naar een leeg aquarium kijkt dan naar commerciële televisie. Satellietontvangst is enkel belangrijk buiten het bereik van de kabelnetten.
Met 88 procent is die abonnementsgraad nog zeer hoog. Van de belangrijke televisiegemeenschappen komen enkel Denemarken en Zwitserland in de buurt en Nederland volgt met ongeveer 80 procent. De Vlaming laat de kabel moeilijk los, en dat heeft zo zijn historische reden. De lintbebouwing lijkt wel voor kabeldistributie geschapen, en Vlaanderen voegde daar nog twee troeven aan toe. De start van de eigen commerciële omroep gebeurde in 1989 uitsluitend via de kabelnetwerken, en in de jaren 90 verenigden enkele Vlaamse kabelmaatschappijen zich in een frontale aanval op het telecommunicatiemonopolie van Belgacom.
Maar datzelfde Belgacom reageerde met een verbetenheid die ongezien was bij een gewezen overheidsimperium. Met het ADSL-aanbod pareerde het de Pandorabreedbandaanval van het jonge Telenet en in 2005 lanceerde het het digitale televisietijdperk. De gevolgen bleven niet uit. In 2001 behoorde België wereldwijd tot de top zes van de penetratie van breedband-internettoegang, en vandaag is Vlaanderen een van de enige regio’s ter wereld waar 90 procent van de huisgezinnen de keuze heeft uit twee interactieve aanbiedingen van zowel telefonie, internet als televisie. De daling van de abonnementsgraad op de kabelnetwerken naar 88 procent is dan ook volledig op rekening van Belgacom te schrijven.
Maar die titanenstrijd had ook nadelen. De alternatieve internetproviders, overal elders de klassieke prijsbrekers in breedbandaanbod, werden uit de markt geduwd, ondanks het heldhaftig verweer van de Dommels, de Toledo’s en de ander EDPNet’s. Tekenend was de schrijnende afgang van Scarlet, waar op de website nog altijd luidkeels gepropageerd werd hoe je Belgacom buiten kon kegelen, toen 100 procent van hun aandelen al in de handen van Bellens en Co waren beland. En de Belgische markt vertoonde een opmerkelijke asymmetrie. In Vlaanderen en Brussel gingen de kabel en Belgacom in de digitale clinch, in Wallonië bleven de kabelnetwerken tot 2008 hopeloos verdeeld en was Belgacom alleenheerser.
De regulatoren zagen overal in Europa een bredere competitie van gebundelde aanbiedingen ontstaan, en lanceerden een unieke uitdaging. Via regelgeving zouden zowel de doorverkoop van het kabelaanbod als het televisieaanbod van Belgacom voor alternatieve operatoren worden opengesteld. Zonder het expliciet te vermelden, werd daarbij vooral gemikt op de internationale mobiele operatoren, die zich in andere regio’s als uitdager van de ‘gevestigde reuzen’ hadden gemanifesteerd. Telenet reageerde furieus, want die openstelling kwam bijzonder ongepast. De digitaliseringsgraad van de abonnees was dichtbij het punt gekomen waar aan beperking of zelfs aan uitschakeling van het analoge aanbod moest worden gedacht, en een dergelijke kritische operatie doe je best zonder pottenkijkers.
Juridische wapens
De bundeling van diensten werd uitgebreid met mobiele aanbiedingen, en daarbij moest Mechelen commercieel gaan onderhandelen met de voornaamste kandidaat-genieters van de nieuwe regulatie. En dan was er nog de mogelijke doorverkoop van het analoge pakket door de aartsvijand aan het Noordstation. Alle juridische wapens werden in stelling gebracht om toch maar tijd te winnen. Een deel van die kanonnen werd gisteren tot zwijgen gebracht door de uitspraak dat Telenet moet doorgaan met de openstelling. En de consument weet ondertussen nog altijd niet wat hij eigenlijk van de ‘openstelling’ te verwachten heeft.
De basisverwachting is duidelijk: hoe meer concurrentie, hoe beter de aanbiedingen. Dat geldt vanzelfsprekend voor eenvoudige, onderling vergelijkbare diensten, maar voor gebundelde diensten moet de consument telkens iets toegeven om van de voordelen te genieten. Hij moet de afname van diensten bundelen, wat de binding versterkt en een eventuele overgang bemoeilijkt. En ondertussen heeft het internetgebruik die gebruikersmarkt sterk gesegmenteerd. De ‘digital natives’ zweren bij een allesomvattend breedbandaanbod, en gaan (of willen) hun diensten zelf organiseren via ‘Voice over IP’ en ‘Over the Top televisie’. De operatoren willen zij reduceren tot ‘domme transportpijpen’. De ‘digital immigrants’ willen wel bundelen, maar wensen toch controle te bewaren over de individuele diensten. En de ‘digital laggards’ hebben schrik dat zij verloren lopen in de complexiteit van de aanbiedingen. Dat dit allemaal ingevuld zou worden door het ‘Openbreken van de Kabel’ is onmogelijk, want een deel van die verwachtingen zijn onderling contradictorisch.
Toch lijkt er geen weg terug. Maar ondertussen beginnen zich nieuwe allianties af te tekenen. Telenet en Mobistar gaan hun samenwerking ‘uitdiepen’. De voornaamste ‘zenders’ denken luidop aan een gezamenlijk aanbod over het ‘vrije’ internet. Misschien heeft de dreiging al een deel van het werk gedaan. Dan zullen nog voor het jaareinde (en dus voor de uitspraak ten gronde) nieuwe samenwerkingsvormen worden aangekondigd, onder het motto ‘als openstelling toch moet, organiseer je die beter zelf’.
|
|