Micele |
21 oktober 2013 18:16 |
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Ratatosk
(Bericht 6849159)
Een strook richting Brussel naar Leuven, in de ochtend geen nut. 's Avonds ook niet echt omwille van het feit dat het verkeer minder geconcentreerd is door dat werknemers niet op hetzelfde uur stoppen.
Omgekeerd, Haasrode-brussel, 4 stroken en file file file. Haasrode richting Leuven gaat het van 3 stroken naar 2 stroken (file file file) om dan verder over te gaan naar 4 stroken. Bij de oprit Sterrebeek moet al het verkeer dat van de oprit komt en naar Brussel moet naar links en het verkeer dat van leuven komt en richting Diegem moet naar rechts, dit mag je nog eens herhalen bij de ring. verkeer dat rechtdoor moet, verkeer dat van links naar rechts moet en van rechts naar links (file file file).
Die spitsstrook is zever
|
Oh, "file file file" heb je dan vanuit de berm de # filedruk berekend ? ;-)
Het Vlaams Verkeerscentrum wel, tot 25 % minder voertuigverliesuren op de eerste spitsstrook richting Antwerpen, kun je dat "weerleggen" ?
Voor de E40/E314 voospellen ze op ervaring respectiev. 20/18 minuten tijdswinst tijdens die drukste uren.
Citaat:
‘De ervaring met de eerste spitsstrook leert dat het aantal voertuigverliesuren met een kwart is gedaald’, aldus Crevits.
Uit onderzoek van het Vlaams Verkeerscentrum bleek dat er extra capaciteit nodig is tussen Sterrebeek en Heverlee, maar dat die extra capaciteit pas zinvol is als er ook meer capaciteit komt op de E314. Daarom werden behalve de nieuwe spitsstrook op de E40 ook weefstroken aangelegd op de E314 tussen Heverlee en Wilsele. Die laatste snelweg kreeg over een afstand van 6,5 kilometer een structureel onderhoud.
De werken hebben in totaal 25 miljoen euro gekost en zorgden voor de grootste werf op de snelwegen dit jaar. Het Vlaams Verkeerscentrum verwacht door de aanpassingen mogelijke reistijdwinsten tot 20 minuten op de E40 en 18 minuten op de E314.
|
Ik denk dat je eerder een opfrissing nodig hebt:
#
Citaat:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Filedruk
De filedruk of filezwaarte wordt gebruikt als maat van drukte op het autosnelwegennet en uitgedrukt in kilometerminuten (kmmin). Alleen de (som van de) lengtes van files geeft onvoldoende inzicht in hoe druk het is.
Een file met een lengte van 2 kilometer lijkt bijvoorbeeld kort, maar het beeld wordt anders als die file er 2 uur staat. De filedruk van een file wordt berekend door de lengte te vermenigvuldigen met de tijdsduur. Eerdergenoemde file staat bijvoorbeeld voor 240 kmmin. Een file die eerst 5 minuten een lengte heeft van 3 kilometer en daarna nog 3 minuten 2 kilometer lang is, levert een filedruk van 5 × 3 + 3 × 2 = 21 kmmin.
|
En voor de voertuigverliesuren te kennen moet je het aantal gepasseerde voertuigen nog tellen tijdens het fileverkeer, heb je dat ook gedaan toen je file-file-file deed ? ;-)
Citaat:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Verkeerscapaciteit
De capaciteit van een autosnelweg hangt af van het aantal rijstroken per richting. Een vuistregel is dat een rijstrook een capaciteit heeft van ongeveer 2200 voertuigen per uur. Dat houdt in dat er ongeveer elke 1,63 seconden een voertuig passeert. Deze volgtijd is geen constante, en hangt af van het bestuurdersgedrag, weersomstandigheden, wegcondities, etc.
Bij regen vermindert de capaciteit bijvoorbeeld tussen 1% en 5%. De doorvoercapaciteit kan verder beperkt worden door de wegsituatie. Zo zal bijvoorbeeld een af- of toerit zorgen voor zijwaartse bewegingen, met capaciteitsreductie als gevolg. Tunnels en aquaducten zijn een ander voorbeeld, de capaciteit neemt hier af onder meer door het stijgen van de weg.
Om vrachtwagens en auto's bij elkaar op te tellen zijn 'personenauto-equivalenten' (PAE) ingevoerd. Zo telt een vrachtwagen als 1,5 - 2 PAE op autosnelwegen bij capaciteitssnelheden.[1]
Een afname van de wegcapaciteit van bijvoorbeeld 3% zorgt in de spits voor een reistijdtoename van ongeveer 30%.
Het wiskundig wachttijdmodel is immers: W = (Ts * B) / 2 * (1 - B) waarbij W = wachttijd, Ts = bedieningstijd voor één gebruiker, B = bezettingsgraad, dat is het gebruik gedeeld door de capaciteit. Als de capaciteit bijna geheel wordt gebruikt, is B bijna 1 en neemt W tot oneindig toe. Vandaar dat een geringe verschuiving in gebruik of in capaciteit voor zo'n groot gevolg qua wachttijd zorgt als -zoals in de spits- de bezettingsgraad bijna 1 is.
Probleem van hinder binnen een verkeerssysteem of tussen verkeerssoorten is niet alleen de vertraging, maar vooral het onvoorspelbare karakter van de vertraging. Planning door beheerders en gebruikers wordt daardoor moeilijker en er gaat tijd verloren omdat mensen op meer vertraging rekenen dan er gemiddeld optreedt. Maatregelen om de doorstroming te bevorderen (spitsstroken, vrije bus/tram-baan, verkeerslichtenbeïnvloeding) zijn dan ook allereerst gericht op vergroting van de voorspelbaarheid van de reisduur. Kortom, een capaciteit die minder snel afneemt door omstandigheden.
|
Vanaf een opengestelde spitsstrook (extra rijstrook) verhoogd de capaciteit gemiddeld met ca 2200 voertuigen per uur (droge weg).
|