Antoon |
27 maart 2015 11:39 |
De mokerslag van Bart De Wever
Geweldig stukje in express.be, oorspronkelijk gepubliceerd op De Bron.
Citaat:
De mokerslag van Bart De Wever

Screenshot Terzake
Zondag 22 maart triomfeerden enkele kranten: BDW ‘neemt een bocht’, BDW ‘slaat mea culpa’. Aanleiding: een vervormde perceptie tijdens de boekvoorstelling van Bilal Benyaich. Maandag sloeg BDW terug. En hoe.
Zondag verslikte ik me haast toen ik het tv-nieuws zag: Bart De Wever die plots meedeed aan de constante zelfbeschuldiging van de Bange Blanke Man, die door zijn racisme aan de basis zou liggen van het fenomeen van de Syriëstrijder. De websites van politiek correcte kranten triomfeerden en dat trok zich door op maandag. De Morgen: ‘Dit lijkt wel een bocht van een partij die niet zelden de bange wij-versus-zijhouding minstens suggereert (…) Liesbeth Homans noemde racisme “een relatief begrip”. Met zijn commentaren veegt De Wever dat idee duidelijk van tafel’. De Standaard: ‘De Wever geeft nu toch toe dat racisme en discriminatie voortvloeien uit een falend integratiebeleid, en dat er een link is met radicalisme’. Jozef De Witte van het Gelijke Kansen Centrum werd geciteerd: ‘Ik geef hem volledig gelijk. Maar ik vind het wel opvallend dat de kritiek van hém komt, terwijl zijn partij toch al elf jaar in de Vlaamse regering zit’. Wouter Van Bellingen van het Minderhedenforum ‘Ik ben aangenaam verrast (…) Nu is het dringend tijd voor actie …’. Het Nieuwsblad: ‘De quote van Bart De Wever haalde alle journaals, maar wat zijn de volgende vijf zinnen?’ Liesbeth Van Impe, als altijd alert, zegde nog: ‘Voor hetzelfde geld bedoelt hij helemaal iets anders’.
Van Impe had het goed gezien, want wat bleek? De aanwezige pers bij de presentatie van het boek(je) van Bilal Benyaich had blijkbaar gehoord wat hij wilde horen. Om te beginnen had de auteur van Radicalisme. Extremisme. Terrorisme – waar het toch om ging – duidelijk gemaakt: ‘Discriminatie en achterstelling zijn niet dé oorzaak. Velen zijn hoogopgeleid en kansrijk (…). Wel is het salafisme, een fascistoïde versie [van de islam], de gemeenschappelijke factor’ (geciteerd in DM p. 3). Tijdens de persconferentie had de Rotterdamse PvdA-burgemeester Ahmed Aboutaleb bovendien gesteld, onder bijval van De Wever en Benyaich: ‘Om de twee weken ga ik een wijk in om te debatteren en jongeren ervan te overtuigen dat zij geen slachtoffers zijn, maar net een deel van het medicijn in handen hebben’ (geciteerd in DS p. 3).
De selectieve verstaanders

Terzake: Bart de Wever over het migratiebeleid en racisme 23/03/15
Maandagavond sloeg BDW dan terug op Terzake. Keihard, zij het ingehouden – hij liet vele mogelijke argumenten onbenut, uiteraard ook wegens tijdsgebrek. Hij begon met te stellen dat zowel Jozef De Witte als Wouter Van Bellingen zeer selectieve verstaanders waren. Hij had inderdaad uitgehaald naar een falend migratiebeleid, maar dat sloeg volgens hem op veertig jaar opengrenzenbeleid, het smijten met de nationaliteit, het massaal regulariseren ook van criminelen. Van die ‘erfzonde’ (die terug gaat op de regeringen Verhofstadt) was men vertrokken en daarna had men nog heel lang gewacht met een inburgeringsbeleid – hij stak de pluim daarvoor op de hoed van de N-VA, maar feitelijk was het Marino Keulen van VLD die vanaf 2004 als eerste zijn nek uitstak met taallessen, maatschappelijke oriëntatie, oriëntatie op de arbeidsmarkt enzovoort. Vanaf 2009 werd dat werk overgenomen door Geert Bourgeois.
Men herinnert zich dat zowel Keulen als Bourgeois daarvoor vaak kritiek hebben gekregen, vooral vanuit Franstalige hoek, maar ook van sommige Nederlandstaligen, omdat hun aanmoediging om Nederlands te leren een verkapte vorm van ‘racisme’ zou zijn – bij Bourgeois werd hem natuurlijk ‘zwart’ flamingantisme verweten. De Wever maakte dit punt zelf niet, maar constateerde dat tegen dat de inburgering op gang kwam, de zaken al sterk uit de hand liepen. Met als gevolg dat een groot deel migranten vandaag niet aan het werk zijn. Hij liet ook na – zijn kritiek was snoeihard maar bleef braaf en beleefd – erop te wijzen wat iedereen weet maar alle opiniemakers in dit debat verzwijgen: dat veel van die mensen in een ‘zwart circuit’ schnabbelen en zich daar goed bij voelen, terwijl ze vaak van een uitkering genieten. De olifant in de kamer mag niet gezien worden. Natuurlijk zitten er velen ook in een trieste situatie, maar men mag zich terecht afvragen of iemand die uit een armtierig bergdorp naar hier komt en op het OCMW belandt materieel niet beter af is dan de familie die hij achtergelaten heeft. Als hij dan geen douche heeft, staan de armoedespecialisten voor zijn deur om dit onrecht aan te klagen. Ze vergeten dat die man in zijn thuisland misschien amper wist wat een douche was, en dat wij dat eigenlijk ook maar goed twee generaties weten.
De Wever wees met de vermanende vinger wel naar de stelselmatige import van kansarmoede in het algemeen (waarna sociologen verrast zijn dat de kansarmoede toeneemt, maar dat zegde hij niet). Daardoor installeerde er zich ook een apartheid, met heel weinig gemengde huwelijken. Al deze miskleunen tientallen jaren aan een stuk zorgden dan – terecht of onterecht – voor negatieve percepties over allochtonen bij de autochtone bevolking, waardoor er racisme ontstaat en er zich een cultuur van wantrouwen installeert. Aldus De Wever. Dat uit zich volgens hem vooral in de houding tot Noord-Afrikanen, in het bijzonder tot Marokkanen, in het bijzonder tot Berbers. De Witte en Van Bellingen zetten vervolgens de zaken op hun kop – meende hij – en maken van het gevolg van de verkeerde aanpak, de oorzaak van de problemen. Het gevolg is dat zij een verkeerde diagnose stellen, met een verkeerd medicijn als resultaat: repressie van ‘racisten’.
Criminogene culturen
De interviewster Annelies Bex was gedestabiliseerd en deed alles eraan om De Wevers betoog af te remmen. Zij wilde weten of hij Liesbeth Homans steunde als deze zegde dat racisme relatief was, in de ogen van de politiek correcte pers een doodzonde. ‘Tuurlijk,’ antwoordde De Wever. ‘Racisme bestaat, en dat is betreurenswaardig, maar we zijn sinds 9/11 niet aan een vrolijker wereld begonnen er heerst een nog groter wantrouwen dan al op basis van de apartheid bestond’. Hij verwees naar columns van linksen in Borgerhout, die zich erover beklagen dat ook zij nauwelijks contact kunnen maken met sommige gesloten allochtone gemeenschappen. De enige remedie bestond erin – zo meende hij – de negatieve ervaringen te vervangen door positieve. Daarbij wees hij erop dat de stad Antwerpen met achttien procent allochtone werknemers een modelfunctie vervult. Racisme wordt echter, volgens hem, veel te gemakkelijk ingeroepen als een excuus voor persoonlijk falen – hij heeft nog nooit een Aziaat horen klagen dat hij het slachtoffer was van racisme. Hij zag Aziaten ook niet beduidend opduiken in de cijfers van de criminaliteit.
Annelies Bex reageerde verbaasd: ‘U linkt racisme aan criminaliteit?’ Als de VRT indertijd het Rapport van San ernstig genomen had (2001) in plaats van mee te huilen met de wolven in het bos, dan had zij kunnen weten dat er inderdaad een verband is tussen etnie en jeugdcriminaliteit. Gwendolyn Rutten (Open VLD) zegde in een latere commentaar (Reyers Laat 24/03) dat men vanuit reële problemen niet in groepsdenken mag vervallen, maar ook zij vergeet dat het Rapport van San door haar partijgenoot Mark Verwilghen als minister van justitie was besteld. Uit dat rapport bleek overduidelijk, net als uit eerder onderzoek in Nederland, dat er wel degelijk criminogene culturen bestaan, dat wil zeggen: culturen die criminaliteit eerder aanmoedigen dan ontmoedigen. Dat werd in 2005 op hallucinante wijze impliciet bevestigd door een antwoord van Laurette Onkelinx over onze gevangenispopulatie: één op zes bleek Marokkaans te zijn, en daar waren etnische Marokkanen met een Belgisch paspoort niet eens bij gerekend. Ik analyseer dit verder in Marion van San wordt in ere hersteld.
Rutten weigerde overigens mee te gaan in het politiek correcte discours dat zich nu op De Wever stort. Zij bevestigde dat je dingen duidelijk moet kunnen benoemen, en dat iedereen daarbij mag vertrekken van zijn eigen ideologie. Maar zij gaf ook toe dat er heel wat dingen aan de hand zijn die mensen bang maken *– vooral dan het terrorisme van IS. Maar van daaruit mag men hier niet tot discriminatie besluiten. Wat De Wever ook nooit beweerd had. Net zoals hij evengoed beklemtoond had waar Rutten zich sterk op maakte, dat je bij alle mensen op een positieve manier moet kijken welke kansen in hen zitten. Maar hij had ook de verdediging op zich genomen van mensen die bang zijn, waar Rutten hem ook al gelijk in gaf.
‘Het is ook geen reclame,’ had De Wever gesteld, ‘dat mensen de tv aanzetten, daar onthoofdingen zien en dan horen dat er mensen hier zijn die daarmee sympathiseren en zelfs naar ginder vertrekken om mee te vechten. Afwijzing komt ergens vandaan’. Hij had zich weer beroepen op Abutaleb die stelt dat er ook een houding moet zijn van een goede opleiding te voltooien en werk te zoeken. De Wever: ‘Maatschappelijk zijn we daar niet in geslaagd. Ik ben geen racist, dus ik ga ervan uit dat er in elke gemeenschap talent is. En dan zie ik dat dit voor sommige migrantengroepen heel goed gaat, en voor andere ronduit slecht. Kijk wie in onze gevangenissen zit.’
Daar tegenover stelde De Wever dat we aan ‘insluiting’ moeten werken, maar daar is de linkerzijde vies van, meende hij, die redeneert liever in termen van ‘uitsluiting’. We moeten migranten verplichten de taal te leren, en we moeten hen durven zeggen wie wij zijn, wat een verlichte samenleving is, en ze daar ook naar toe leiden. Daarop kregen we in Terzake een filmpje te zien, eerst van Meyrem Almaci (Groen) en vervolgens van Tom Van Grieken (Vlaams Belang). De eerste stak de loftrompet van het beleid in Gent (waar Groen mee in de meerderheid zit); de tweede kraakte het migratiebeleid af waar N-VA mee verantwoordelijk voor zou zijn.
De Wever was kort. ‘De een buit het slachtofferschap uit; de andere de gevoelens van afwijzing en apartheid; allebei uit electoraal eigenbelang. Die twee strekkingen gaan nooit iets bijdragen tot dit verhaal. Gent heeft bijlange niet zoveel allochtone werknemers als Antwerpen. Het beleid dat wij voeren, mag gezien zijn. Vóór ons was er geen inburgeringsbeleid. De wachtlijsten voor cursussen Nederlands zijn weggewerkt; op onze Dag van de Inburgeraar in Antwerpen kom je nieuwkomers tegen die dankbaar zijn voor dat cadeau’.
De vader die niet meer praat maar slaat
Tegen dan werd Annelies Bex licht wanhopig, zij kwam weer aanzetten met praktijktests om racisten te ‘ontmaskeren’, een thema dat ’s anderendaags ook aangebracht werd door Kathleen Cools in Reyers Laat. De Wever: ‘Door te bestraffen duw je dingen onder water. Mensen zullen hun appartement niet meer publiek verhuurbaar stellen. Er is inderdaad discriminatie op de huurmarkt, ongetwijfeld, maar Woononderzoek van 2013 toont aan dat dit vooral geldt voor OCMW-cliënten. Dat zijn vaak mensen met migratieachtergrond. Dat hangt allemaal samen. Sociale mobiliteit creëren is nog altijd de beste oplossing’.
Hij vermeldde één belangrijke factor niet: veel kleine verhuurders, voor wie hun appartementje hun spaarpot is, hebben negatieve ervaringen opgedaan met sommige bevolkingsgroepen, die een andere wooncultuur hebben en een woning soms als een kleine puinhoop achterlaten. Of die uitgezet werden na maandenlang geen huur betaald te hebben, met alle bijkomende ellende voor de eigenaar. Dus worden die verhuurders – die aanvankelijk geen racisten waren – bang en voorzichtig. Dat is geen racisme, maar welbegrepen eigenbelang. Moeten die privépersonen gestraft worden voor het verkeerde beleid van de overheid?
Annelies Bex vroeg zich dan af of er niet meer geld moet gaan naar welzijn en onderwijs om voor die sociale mobiliteit te zorgen.
De Wever: ‘Meer geld is er niet. De prioriteiten moeten anders worden gelegd. Onze ambtenaren die tegen radicalisering werken, stellen in de gezinnen vaak vast dat het radicaliseringsjasje van jongeren vaak een cover is voor een massa problemen, met een afwezige vaderfiguur, of een vader die niet meer praat maar slechts slaat, en een moeder waar ook allerlei problemen mee zijn’.
Het probleem wordt inderdaad onderschat van allochtone vrouwen die naar hier gehaald zijn en daarna opgesloten werden in een te klein appartement, met teveel kinderen en als enig contact met de buitenwereld de schotel-tv. In Nederland stelde men bij die vrouwen een tekort vast aan vitamine D, omdat ze gewoon geen zonlicht krijgen. Dagenlang hangen ze depressief voor de satellietzender, de zonen hangen op straat rond (vaak ook ’s nachts), de oudere meisjes moeten het huishouden doen als ze van school komen, anders verwilderen de jongere broertjes en zusjes. En ze krijgen dan nog eens slaag van hun broers bovenop. Toch doen de meisjes het vaak opmerkelijk goed op school, terwijl de jongens die zogezegd gediscrimineerd werden door CLB – en in het beroepsonderwijs werden ‘gestopt’ **– niet eens dat diploma halen, maar wel verontwaardigd zijn als ze slechts in aanmerking komen voor de nederigste beroepen.
De Wever: ‘Het traditionele welzijnswerk heeft tot voor kort geen kijk gehad op een bepaald deel van onze stedelijke bevolking. Dat heeft te maken met het feit dat sommige gemeenschappen erg gesloten zijn en wantrouwig tegen de overheid’.
De klokkenluider werd ontslagen
Wat hij er weer niet bij zegde, maar natuurlijk goed weet, is dat welzijnswerkers die tot voor kort hun nek uitstaken en de problemen wel signaleerden, daarmee hun job riskeerden en het etiket Vlaams Blokker opgeplakt kregen. Wat Peter Calluy in Boom overkwam, een onvervalste antiracist van socialistische huize, die meewerkte aan Hand in Hand, en als straathoekwerker al in 2004 signaleerde dat ene Fouad Belkacem de lokale jeugdwerking gebruikte om salafistische haatboodschappen te verspreiden. Hij werd door de socialistische burgemeester ontslagen, nadat hij Kif Kif, Indymedia (nu De Wereld Morgen) en het Minderhedenforum over zich heen had gekregen. Hij schreef er jaren later een boek over, dat natuurlijk ook weer veel te weinig aandacht kreeg (Kroniek van een aangekondigd onheil - Radicale islam in Vlaanderen, 2012, ASP - Academic & Scientific Publishers).
De Wever bleef constructief. Hij wilde niet kritiek leveren op wat er fout was gelopen, en nog minder mea culpa slaan, maar aan oplossingen werken voor problemen die men niet bijtijds had zien aankomen. Dat belette niet dat hij de dag erop alweer de wind van voren kreeg van partijen en media die zich blijven wentelen in de slachtoffercultuur. Dat zal ik bespreken in een volgend stuk, De hooggeschoolde allochtoon doet het wél goed.
De auteur Eddy Daniels is eindredacteur bij De Bron.
Deze opinie verscheen eerst op De Bron
BRON
|
|