![]() |
Een kwart van de bestuurders van ondernemingen zijn vrouwen.
1 Bijlage(n)
Ook in België blijken de raden van bestuur van ondernemingen nu gemiddeld voor een kwart uit vrouwen te bestaan :
http://www.tijd.be/ondernemen/algeme...76483-7763.art België volgt de Europese trend, en staat nu op de ranglijst nog slechts twee plaatsjes verwijderd van Frankrijk : http://www.lemonde.fr/emploi/article...8_1698637.html Bijlage 102960 Niettemin blijft er nog een hele weg af te leggen, vooral als het gaat om het voorzitterschap en de doorslaggevende mandaten in de raden van bestuur, en bovendien blijken de raden in een nog te groot aantal ondernemingen mannenbastions. Maar we zijn op de goede weg.... |
Citaat:
|
En attendant Bardot.
|
Citaat:
|
Citaat:
Maar alles op zijn tijd, mijnheer. Voorlopig loont het volgens mij zeker nog de moeite om minstens enkele eeuwen beschaving na te streven. |
Citaat:
Er moesten juist meer vrouwen aan de top van bedrijven staan. Voor mijn part kan de grote baas van de NMBS ook een vrouw zijn. |
Citaat:
|
Citaat:
Citaat:
Waarom zou men naar de afgrond gaan omdat er meer vrouwen baas worden van bedrijven en overheidsinstellingen? |
Citaat:
-reservespeler: "Nee" ![]() Tot zover de discussie. |
Ik heb destijds op een bedrijf gewerkt, dat de eigenaar al +/- 20 jaar uitbaatte.
Op zeker moment vestigt er zich een concurrent in onze buurt en op tijd van 2 jaar was onze omzet gehalveerd en dreigde sluiting. De dochter van onzen baas heeft toen haar kantoorjob opgegeven, om bij ons de puntjes op de i te komen zetten en na exact 1 jaar zaten we terug in de winstcijfers, met zelfs duurdere prijzen dan onze concurrent. Na 4 jaar heeft die concurrent de boeken dichtgedaan en onder leiding van de dochter is ons bedrijf ondertussen uitgegroeid tot een kwaliteitsnaam in de provincie en omstreken. Zeg dus niet te gauw, 't is weer een vrouw, want in dit geval heeft ze zeker haar mannetje gestaan. |
Citaat:
Voor wat het waard is kan ik uit eigen ervaring getuigen, mijnheer, dat er sinds een aantal jaren veel veranderd is : voorheen mocht je als vrouw in een voor het overige mannelijke raad van bestuur weliswaar zo nu en dan ter afwisseling eens iets zeggen, maar in de regel werd van je verwacht dat je daarna als de knopen werden doorgehakt, je – liefst aantrekkelijk opgetut – smoeltje hield en volgzaam meestemde met de meerderheid, wilde je niet als een garce of een kutwijf gezien worden. Stilaan is evenwel gebleken dat de vrouwen in de raad van bestuur niet zelden veel meer dossierkennis bezitten (mannen hebben kennelijk meestal “geen tijd” om de dossiers grondig te bestuderen), en bovendien veel rationeler strategisch denken en veel vasthoudender zijn qua standpunten en visies. Voorheen keek men daar zowaar nog van op, maar inmiddels wekt dat nog nauwelijks verbazing. Let wel, er is (nog) geen enkele reden tot juichen : we halen voor wat het gemiddeld aantal vrouwen in de raden van bestuur betreft amper één vierde, wijl 50% helemaal niet onlogisch zou zijn. En een groot deel van de vooringenomenheden zijn (weliswaar meestal wat verbloemd) gebleven : daar waar mannen als intelligent en bekwaam gezien worden tot het tegendeel is bewezen, is het voor vrouwen nog steeds andersom. En zelfs als uiteindelijk niet meer aan je doorzicht, je inzet, en je bekwaamheid wordt getwijfeld moet men als vrouw constant op de hoede blijven om niets te zeggen of te doen dat kennelijk meteen als “soft” wordt aanzien. Zo is het bijvoorbeeld zeer aan te raden om nooit over je kinderen te praten, nooit moeheid, ongesteldheid, ziekte of emotie te laten blijken, steeds stoïcijns afstandelijk te blijven bij de onschuldige maar kennelijk onvermijdelijke seksistische allusies en illusies, en vooral nooit blijk te geven van totale onwetendheid genre dom blond wicht als er tijdens een pauze gebruikelijkerwijs gepraat wordt over de weinige dingen die mannen echt aanspreken, zoals vooral de nieuwste modelletjes luxewagens. Waarom dacht u anders dat ik, zelfs al interesseert het onderwerp mij geen ene bal, een mondje kan meepraten over de Jaguar F-Pace, de Maserati Levante, of over de voor het eind van dit jaar voorziene nieuwe Audi Q5, zegge une bagnole de gonzesse, volgens een mannelijke collega.... Niettemin, mijnheer, dat alles gezegd zijnd vind ik niet dat vrouwen er in een raad van bestuur (overigens evenzeer in het algemeen) moeten naar streven om zich “mannelijk” te gedragen. Mannen en vrouwen hebben eigen aan hun aard weliswaar ietwat verschillende bestuurlijke kwaliteiten, maar die zijn zeer complementair en het is dus precies de diversiteit die een toegevoegde bestuurlijke kwaliteitswaarde teweegbrengt. |
Citaat:
Dan moet het inderdaad een nachtmerrie zijn als uw baas een vrouw is. Ik kan het ergens begrijpen. |
Citaat:
De zaakvoerdster waarvan sprake, kwam tevens enkele keren per week een kwartiertje of zo op de werkvloer polsen over de werkomstandigheden, zodat ze zich een beeld kon vormen over de praktische probleempjes die zich soms voordeden tijdens de produktie. Dan vroeg ze aan de werknemers om zelf bepaalde oplossingen voor te stellen en indien die realistisch bleken te zijn, zorgde zij voor de investeringen om dat te bewerkstelligen. Iedereen voelde zich dan ook gerespecteerd en het werk vlotte als nooit tevoren. Citaat:
Citaat:
Citaat:
Aangezien ik ook niets ken van sportwagens of voetbal, zeg ik steeds dat ik heel graag luister naar die ‘kennisvorm’ en daar zo meer van opsteek dan uit de ‘boekskes’. Dan voelen de haantjes zich ‘vereerd’ en behandelen ze me minder neerbuigend, hoewel ik van dat laatste nooit last heb gehad, gezien ik ze dan met andere gespreksonderwerpen veelal iets kan bijleren, waar ze zelf nog nooit van gehoord hebben, maar daar gaan we nu even niet over uitweiden. Citaat:
Neen, ik waardeer dan ook enorm de intuïtieve kant van vrouwen, die subtiel maar niettemin een dwingende toets kan hebben in bepaalde situaties, waar niet alles direct in zwart en wit in te kleuren is. Zo heb ik al enorm veel gehad aan het advies van m’n eigen vrouw, als ik haar een situatie uitlegde waar ik het eerste moment geen oplossing voor zag. Soms keek ik haar dan aan alsof ze met haar antwoord van een andere planeet kwam, maar eens de onderliggende boodschap me duidelijk werd en die raad dan op m’n eigen terrein toepaste, wérkte het en weg was het probleem. Dien er wel bij te voegen dat dit principe wederzijds toepasbaar is, dus wanneer zij op het werk met bepaalde problemen of situaties geconfronteerd wordt, bekijkt ze ook of ze mijn advies terzake kan toepassen, wat zich dikwijls ook in ’n oplossing manifesteert. It takes two to tango, eh, al is dat uiteraard een kwestie van wederzijdse ontvankelijkheid. Conclusie; vrouwelijke talenten zijn, zoals u hierboven schrijft complementair en zijn imo dan ook onmisbaar op de meeste werkplaatsen en/of kantoren, alleen wordt dat voor diverse redenen niet altijd zo gezien/aangevoeld door het mannelijk gedeelte van dit ondermaanse. Het zij zo en zo lang u zich daarvan bewust blijft hoeft u zich niets aan te trekken, gezien het in hun culturele aard zit en niet aan uw persoonlijkheid ligt. |
Ik ben er zeker van dat mannen die geen vrouw als baas willen zich gekwetst voelen in hun mannelijkheid.
Wat maakt het uit of de baas een man of een vrouw is? Niks. |
Op zich maken die cijfers over het aantel weinig uit. Wat ze echt moeten onderzoeken is de belemmeringen die vrouwen ondervinden bij hun carrièreplanning. Eens die in kaart zijn gebracht kan de overheid overgaan tot acties inzake gelijk(waardige) kansen.
Een verplichte 50/50 verdeling is heus niet altijd optimaal voor de onderneming. |
|
Citaat:
http://www.guberna.be/sites/default/...%20bestuur.pdf en meer algemeen naar de diverse besluiten en wetsaanpassingen (voor België) inzake genderdiversiteit in de raden van bestuur van bepaalde ondernemingen, waarbij overigens dient gezegd dat de bepalingen niet zelden nauwelijks of zelfs niet bindend zijn, en de uitvoering ervan in de tijd erg rekbaar is. Het onderwerp verdient ongetwijfeld een aparte discussiedraad, maar dat belet mij niet om hier reeds duidelijk aan te geven dat ik absoluut geen voorstandster ben van een bij wet opgelegd quotum inzake genderdiversiteit. Voor mij is het enig gunstig streven en principe dat elk lid van een raad van bestuur van een onderneming in de meest mogelijke mate bekwaam, ervaren en gemotiveerd moet zijn, ongeacht het geslacht. Het is als vrouw zo al moeilijk genoeg om zich in een raad van bestuur constant onweerlegbaar te bewijzen en aldus als volstrekt volwaardig en evenwaardig aanvaard en gezien te worden. U kunt zich ongetwijfeld inbeelden hoe immens de bijkomende handicap zou zijn als de indruk of het vermoeden zou bestaan dat je bestuurslid bent geworden louter omdat de wet nu eenmaal een genderquotum oplegt..... Overigens, in zekere zin heeft een vergelijkbaar plaatje altijd al bestaan, en wie een beetje ervaring ter zake heeft kent ze wel : de (gelukkig als maar zeldzamer) heren en soms zelfs dames die uitsluitend lid van de raad van bestuur zijn geworden wegens “zoon van” of “dochter van”, of wegens in de politiek afgeschreven maar als dank voor bewezen diensten in de bedrijfswereld gedropt, of een zeldzame keer wegens om de ene of andere irrelevante reden populair bij de aandeelhouders. Die in de regel volkomen onbekwame leden van de raad worden vanzelfsprekend door niemand ernstig genomen en zij weten in de regel trouwens nauwelijks waarover het gaat, hetgeen voor henzelf geen probleem is want ze zijn er louter voor de glorie en (vooral) voor de poen. Ik vind dat bij wet opgelegde (gender-)quota dergelijke voor een onderneming ongunstige toestanden dreigen te bestendigen of zelfs uit te breiden. |
Citaat:
Ik heb het vermoeden dat uw en andere reactie’s in deze draad mij weer een heel klein beetje minder dom hebben gemaakt. |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 01:03. |
Forumsoftware: vBulletin®
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.
Content copyright ©2002 - 2020, Politics.be