Tot spijt van wie de provincies willen afschaffen: studies over het woon-werk-verkeer duiden erop dat Vlamingen/Walen/Belgen meer aan hun provincies gehecht zijn dan degenen die ze willen afschaffen lief is. Woon-en werkgemeenschappen vallen grotendeels samen met provinciegrenzen.
Waarom dan de 5 Vlaamse provincies die al eeuwen bestaan en waar een maatschappelijk draagvlak voor is als bovengemeentelijk nivo afschaffen, om ze dan vervolgens te vervangen door 26 stads- en streekgewesten waar eigenlijk geen vraag naar is en die door hun groter aantal net duurder zullen uitvallen?
*************************
http://www.standaard.be/cnt/dmf20171126_03209179
De Standaard | MAANDAG 27 NOVEMBER 2017 - BINNENLAND
Vlaming is meer gebonden aan provinciegrenzen dan hij denkt
Provinciegrenzen bepalen onze verplaatsingen
Contacten leggen we binnen eigen provincie
Overheid best voorzichtig met negeren grenzen
VAN ONZE REDACTEUR JEF POPPELMONDE
BRUSSEL - Provincies, dat zijn administratieve vehikels uit een ver verleden, die geen grote band meer hebben met de sociaaleconomische werkelijkheid. Stadsgewesten – centrumsteden en hun randgemeenten – zijn de ruimtes die ons leven bepalen en de bestuursniveaus van de toekomst. Met dat idee werden ook de professoren geografie Ann Verhetsel (UAntwerpen) en Isabelle Thomas (UC Louvain) dertig jaar geleden opgeleid. Nieuw onderzoek haalt die overtuiging hardhandig onderuit.
‘Sinds kort beschikken we over gedetailleerde gegevens over het verplaatsingsgedrag in België’, zegt Verhetsel. ‘Naar waar pendelen we elke dag? Naar waar verhuizen we doorheen ons leven? Met welke mensen bellen we hoofdzakelijk? Zet je dat alles uit op een kaart, dan krijg je een wirwar aan relaties tussen verschillende gebieden. Door de plaatsen met de meest intense relaties te verbinden, krijgen we zicht op de communities waarin wij Belgen ons bewegen.’
‘Volkomen betekenisloos’
Wat blijkt? Die gemeenschappen komen, zeker wat woon-werkverkeer betreft, in opvallend grote mate overeen met de grenzen van de provincies – een enkele voor de hand liggende uitzondering zoals de impact van Brussel daargelaten. Verhuizen doen we binnen kleinere gebieden, maar ook daarbij respecteren we in grote mate de provinciegrenzen. Die hebben, zo blijkt, nog altijd een uiterst bepalende invloed op het verplaatsings- en verhuisgedrag binnen België.
‘We vielen achterover toen we het zagen’, zegt Verhetsel. ‘Wij hadden verwacht dat de communities zich zouden concentreren rond grote en regionale steden. Rond Brugge en Oostende, bijvoorbeeld, die met hun aanbod aan werk, winkels en andere voorzieningen alles rondom zich zouden concentreren. Maar dat doen ze dus niet. De verschillende steden binnen één provincie hebben zoveel onderlinge relaties, dat ze binnen dezelfde community vallen.’
‘En dat alles terwijl provinciegrenzen uit een ver verleden stammen en er helemaal geen barrières zijn, zoals regels of taksen, die het oversteken ervan verhinderen of bemoeilijken’, zegt Verhetsel. ‘Ze zijn in dat opzicht volkomen betekenisloos.’
Een sluitende verklaring voor de vaststellingen biedt het onderzoek van Verhetsel en Thomas niet. ‘Maar het meest plausibel is dat oude politieke afbakeningen blijven doorleven in ons denken en bijgevolg ook in ons ruimtelijk gedrag. We leggen bij voorkeur contacten binnen onze eigen provincie. Een goede illustratie daarvan is het allesoverheersende ‘Limburggevoel’. Dat heeft met taal en dialect te maken, maar ook met ruimtelijke structuren: wegen en openbaar vervoer bevorderen verkeer binnen provinciegrenzen. En we stemmen ook nog altijd binnen provinciale kieskringen.’
Dure opsplitsing
Hoelang dat nog zo zal blijven, is onzeker. Onder bestuurswetenschappers, maar ook politici, bestaat de trend om niet langer met provinciegrenzen, maar met grenzen van stadsgewesten te werken. Die laatste winnen aan politieke invloed. De bevoegdheden van provincies worden volgend jaar afgeslankt, sommigen zien ze op termijn het liefst volledig verdwijnen.
‘De resultaten van dit onderzoek gooien de discussie over het aangewezen tussenniveau tussen gewesten en de gemeenten weer helemaal open’, zegt Verhetsel. ‘Staan de steden en hun randgemeenten wel écht het dichtst bij de leefwereld van de mensen? En is de dure opsplitsing van elf provincies naar nog heel wat meer entiteiten wel verantwoord? De overheid is maar beter voorzichtig met het naast zich neerleggen van historische grenzen en de intense relaties die daaruit gegroeid zijn.’