[size=5]Joris van Severen als fascist[/size]
De ideologische evolutie van Joris van Severen (1894-1940). Een hermeneutische benadering. Jaarboek 3. -- Luc Pauwels -- Studie- en Coördinatiecentrum Joris van Severen -- Ieper -- 1999 -- blz. 241-247
Het aantal werken waarin Joris van Severen een fascist genoemd wordt, is wel even groot als degene waarin hij als aanhanger van Maurras wordt bestempeld. In sommige krijgt hij de twee kwalificaties mee, wat volgens Defoort een tegenstrijdigheid is. Het is onmogelijk hier in een pagina of twee Van Severen met het fascisme te confronteren, zoals we daarnet met de AF hebben gedaan, omdat de inhoud van het begrip fascisme - en de agrenzinf ervan zo mogelijk nog méér - een onder historici uitermate omstreden zaak is.
Men kan geen wetenschappelijke studie in de hand nemen die nog maar in de buurt van het fascisme komt, of men stuit vanaf het begin op restricties als : "il faut se rendre �* l'évidence, il n'existe aucune définition universellement admise du phénomène fasciste, aucun consensus, si minime soit-il, sur son domaine d'extension, sur ses origines idéologiques ou sur les modalités d'action qui le caractérisent." Dit gegeven leidt tot de vaststelling dat "de oververzadiging van theoretische constructies ondertussen duidelijk de nood aan empirisch gefundeerd onderzoek (heeft) aangetoond."
Vanuit de opinie dat het begrip fascisme wetenschappelijke rigueur mist en semantisch overladen is, kan men de theoretische fascisme-literatuur in zes categorieën verdelen, nl. auteurs die :
1. daarom het begrip als wetenschappelijk onbruikbaar verwerpen ;
2. sceptisch reageren of zich geïrriteerd tonen door de spraakverwarring ;
3. zich neerleggen bij het "algemeen gebruik" ;
4. het probleem ignoreren ;
5. de genoemde overladenheid aanvaarden ;
6. de flou artistique nog willen verhogen.
Het probleem van de afgrenzing van het fascisme doet Robert O. Paxton opmerken : "The borders are fuzzy. Do we include Stalin ?" We hebben al gewezen op de polemiek tussen Dieckhoff en Sternhell of het zionisme er bij hoort. De bestaande fascisme-literatuur kan men aan de hand van de gebruikte afgrenzingscriterium in vijf groepen verdelen, nl. degenen die menen dat het fascisme-begrip mag / moet omvatten :
1. Italië (ten tijde van Mussolini) ;
2. Duitsland (bekende wetenschappers als Renzo De Felice en Karl Dietrich Bracher haken hier al af) ;
3. Italië, Duitsland en andere landen, van Spanje en Portugal tot oneindig ;
4. alle conservatieven ;
5. alle niet-communisten.
In de tijd is de vraag van de afgrenzing even omstreden. Het is duidelijk dat Joris van Severen een fascist was of er geen was, naarmate het uitgangspunt dat men kiest. Keuze te over. Getrouw onze tot hiertoe gevolgde methode, willen we eerst nagaan wat de geschriften van Joris van Severen over dit onderwerp vertellen. Dit onderzoek levert niets op, omdat de eerste vermeldingen van "fascisme" en "Mussolini" volledig ambigu zijn.
Mussolini treffen we voor het eerst aan in
De West-Vlaming, waarin Van Severen in één adem Lenin, Mussolini en Mustafa Kemal Ataturk noemt als een soort "technische voorbeelden" (WV, 12.5.1928[size=1].[/size]). We hebben dit artikel hiervoor reeds besproken onder 2.7.1. Fascisme duikt voor 't eerst op in kolommen van
De West-Vlaming in januari 1927. Van Severen publiceert een vraaggesprek met een anonieme West-Vlaamse student-ingenieur die hij in Leuven ontmoet. We voegen aan de tekst "JvS" resp. "Student" toe om duidelijk te maken wie wat zegt :
JvS : Ik hoorde u daareven zeggen : 'de massa volgt altijd'. Moet ik daaruit afleiden dat gij van mening zijt dat de parlementair-democratische methode zoals zij nu wordt aangewend, het Vlaams-nationale vraagstuk niet kan oplossen en de welvaart van een volk niet kan verzekeren ?
Student : Zeker. Er moet een intellectueel fascisme ingericht worden in Vlaanderen.
JvS : Wat verstaat gij daardoor ?
Student : Het inrichten van ploegen van bekwame, verstandige, ontwikkelde mannen. Mannen van algemene ontwikkeling en vakmannen, (technici), verbonden door een klare doctrine, en die de strijd leiden volgens een onwrikbare lijn, anders komen wij er nooit.
JvS : Ja, ook mijn mening is dat het inrichten van die ploegen het dringendste werk is. Ik denk trouwens dat de staat van morgen moet en zal geleid worden door ingenieurs en technici" (WV, 9.1.1927).
Eén week later lezen we uit de pen van Joris van Severen : "De drie artikelen die ik tijdens de maand december in dit blad liet verschijnen hebben bij enkele lezers de indruk verwekt dat de Vlaamse staatsorde die daar als doel werd opgesteld, de fascistische staatsorde was" (WV, 16.1.1927). Hij ontkent dit formeel en verwijst naar
Rerum Novarum en het christelijk solidarisme ... Wat moeten we met deze dubbelzinnigheid ?
Dezelfde ambiguïteit herhaalt zich na de stichting van het Verdinaso. In zijn nieuwjaarsboodschap schrijft Joris van Severen : "De geniale Leider van het Italiaansche volk : Benito Mussolini heeft met Nieuwjaar in 'Popolo d'Italia' een artikel geschreven waarin hij o.m. zegt dat het jaar 1934 een beslissende etappe zal zijn in de omvorming van de wereld in 'Fascistischen' zin. Dit wil zeggen dat in de Nederlanden, in het Dietsche land, 1934 voor het Dietsche Nationaalsolidarisme, en voor het Verdinaso een 'beslissende etappe' moet beteekenen. Want in Dietschland is alleen het Verdinaso, de drager van wat Benito Mussolini de 'Fascistische revolutie' noemt. Al de andere zoogenaamde 'Fascistische' Bewegingen en organisaties in de Nederlanden zijn ten slotte niets anders dan reactionnaire, Fransch-imperialistische Bewegingen, zooals de zoogenaamde Belgisch-fascistische Beweging ; of de laatste wanhoopspogingen van het Liberalisme zooals de zoogenaamde fascistische of nationaalsocialistische Bewegingen in Rijksnederland" (HD, 6.1.1934).
Drie maanden later vertelt Van Severen op de eerste landdag van de Dinaso-studenten over zijn vroegere toespraken op de Groot-Nederlandse studentencongressin in 1924 en 1926 : "Ge zult leeren, dat ik sinds tien jaaren dezelfde strategie aanwijs. Ge zult zien dat ik trouw gebleven ben. Ge zult er bovendien uit leeren dat wij geen navolgers zijn van Mussolini noch van Hitler" (HD, 31.3.1934). Op een vaandeloverhandiging bij de DM in Tielt benadrukt Van Severen dat de Dinaso-gedachte "NIET DE GEDACHTE VAN HET DUITSCHE NATIONAALSOCIALISME IS, NOCH VAN DE GEDACHTE VAN HET ITALIAANSE FASCISME" en
Hier Dinaso! Heeft hier hoofdletters voor over (HD, 7.7.1934).
De fascistische nieuwjaarsboodschap is wel een geïsoleerd geval. Naarmate de jaren verstrijken, worden de distantiëringen van het fascisme talrijker en nadrukkelijker. De vrees van Wies Moens dat het Verdinaso na de nieuwe marsrichting "fascistisch" zou worden, werd niet bewaarheid. Fascistisch was de beweging toen
hij er mee leiding aan gaf, met als "hoogtepunt" de nieuwjaarsboodschap van 1934.
Enkele schaarse auteurs gebruiken een meerpolig model om bewegingen aan de (extreme) rechterzijde te classeren. Zo de Amerikaanse historicus Stanley G. Payne en de Nederlandse archivaris J. Vriens. Payne hanteert een "typological description of fascism" en geeft dan voor een groot aantal landen een opdeling volgens zijn "three faces of authoritarian nationalism", nl. in "Conservative Right", "Radical Right" en "Fascists". Voor België geeft dit volgend beeld :
Dit is zijn inzicht in 1980. Vijftien jaar later, in
A History of Fascism 1914-1945, is het overzicht voor België door Payne alsvolgt gewijzigd :
Omdat voor deze verandering niet de minste motivatie wordt gegeven hebben wij ons rechtstreeks tot Prof. Payne gewend, per E-post. We wisselden volgende boodschappen uit :
8.2.1998. From : L. Pauwels T : S. G. Payne
Dear Sir,
(...) Would you be so kind to answer me the following question : in your book Fascism. Comparison and Definition, p. 16, you classify the Verdinaso among the Radical Right. In your History of Fascism, 1914-1945 however, on p. 15 both in the first and the second impression, the Verdinaso is shown among the fascist movements. Could you describe the reason(s) why you changed your opinion ?
9.2.1998. From : S. G. Payne To : L. Pauwels
Dear Mr Pauwels,
With the minor movements, one usually has to rely on milited secondary sources. My later reading on Verdinaso raised doubts that it shared the full fascist commitment to both revolution and violence, particularly. There may have been other things, but that's all that I remember at this time.
13.2.1998. From : L. Pauwels To : S. G. Payne
Dear Sir,
(...) It is very good documented now that Joris van Severen moved from an admirer of the Russian revolution first and the Italian fascism later on, to a kind of Spartan-style conservatism. At the end of the thirties he came closer and closer to the establishment and openly supported the king's policy in a spirit of patriotic loyalty. On May 10, 1940, hearing the broadcast news of the Germans invading Belgium, he cried out "The gangsters!" as his girlfriend noticed in her diary. He never accepted German and / or Italian money. In German secret service reports he is qualified as an enemy of the Third Reich. The Verdinaso at least in the first years of its existence showed a martial style but never had recourse to violence.
As a whole I would classify Joris van Severen and the Verdinaso as part of the "conservative revolution" (Armin Mohler). Vriens assign the Verdinaso to the "rigth and radical right". In your classification table I feel the most accurate would be to differentiate between a "fascist" EARLY VERDINASO and a "radical right" LATE VERDINASO.
13.2.1998 From : S. G. Payne To : L. Pauwels
Dear Mr Pauwels,
It is very interesting to learn that these materials have become available. Your analysis sounds extremely cogent and convincing.
Binnen de beperkingen van de tabel van Payne is het duidelijk dat het Verdinaso een radicalere positie innam dan het VNV, maar dat de eigenlijke fascistische organisatie in België de
Légion nationale was.
De classificatie van J. Vriens is ook driepolig, maar gaat van een andere indeling uit dan die van Payne, nl. "nationaal-socialistische", "fascistische" en "rechts en rechtsradicale" groeperingen. Het Verdinaso wordt door Vriens in de laatste categorie ondergebracht. Zijn grafisch schema geeft een beeld van de ingewikkelde relaties, fusies, scheuringen enz. tussen zesendertig verschillende groepen in de periode 1922-1941.
We kunnen besluiten dat Joris van Severen tussen 1927 en 1934 een dubbelzinnige sympathie voor het fascisme aan de dag legde, die piekte in zijn openlijke identificatie met het fascisme van Mussolini op 6.1.1934, om onmiddellijk daarna over te gaan tot expliciete distantiëring. Als verklaringsmodel voor de ideologische evolutie van Joris van Severen is het fascisme niet bruikbaar ; het is te beperkt aan bod gekomen en dan nog in ambigue omstandigheden. Het verhoogt eerder het probleem dan dat het een verklaring geeft.
Kijken we toch even naar andere bronnen dan gedrukte verklaringen. De
stijl van het Verdinaso en vooral van de DM was minder een kopie van het fascisme, dan wel rechtstreeks van het leger, compleet met luitenants, kapiteins en kolonels en de "militianen" ingedeeld in pelotons, compagnies enz. Vanaf einde 1934 werd deze vormgeving stelselmatig afgebouwd, "geholpen" door de wet op de privé-milities. De structuren en graden veranderden, de kepies, koppelriemen en laarzen verdwenen volledig. In het raam van de orde-gedachte, die op het einde van de jaren '30 Van Severens organisatiemodel was geworden, zou hij ook "het idee gehad hebben zijn militantenorganisatie om te vormen naar het voorbeeld van een Britse organisatie 'polite service'. De leden (...) zouden "politiek geschoolde, voorbeeldige mannen zijn die een pak zouden dragen dat uit niets van de overige afstak, tenzij door de sobere kleuren en snit".
In losse gesprekken met sommige medewerkers betreurde hij dat het Verdinaso bepaalde vormen had behouden die een foute indruk wekken. De vlag, met dát kenteken in een cirkel, doet sommige mensen aan een hakenkruisvlag denken. Het uniform beschouwt hij als voorbijgestreefd. Af en toe denkt hij aan "de mogelijkheid om de militanten een soort blauw werkpak te geven, een
overall. (...) Met hún houding, en hún stijl, en alles nog soberder, minder 'fascistisch', zouden wij verder geraken !". Rachel Baes noteerde in haar dagboek volgende confidentie van Joris van Severen : "Ce qui compte, c'est d'atteindre le but ... même s'il fallait changer le nom du Mouvement cela n'a pas d'importance ... même ma personne n'a pas d'importance. Il faut ressouder ces Provinces, c'est tout. Le
but, le but, le but ..." In Nederland, waar hij op zinspeelde, had het Verdinaso zich in 1939 omgedoopt tot
Verbond der Nederlanders. Te laat. De teerlingen waren geworpen.