Pandareus |
12 mei 2024 07:41 |
12 stuks meubilair in het Vlaams parlement
HLN geeft punten voor de 12 minst actieve parlementsleden uit deze legislatuur.
Er staan enkele interessante namen bij.
Citaat:
HET RAPPORT. “Ze zit er meestal voor spek en bonen bij. En als ze dan eens tussenkomt, slaat ze de bal compleet mis”: aan deze parlementsleden had u weinig tot niks
Een deel van de Vlaamse Parlementsleden zit erbij voor spek en bonen of komt zelfs amper naar vergaderingen. Anderen klampen zich al jaren vast aan hun stoel uit gewoonte of vanwege de status. En enkele nieuwkomers sloegen compleet de bal mis. Aan deze twaalf hebt u als kiezer weinig tot niets gehad.
Guy D’Haeseleer (Vlaams Belang): tournée générale in Ninove
Na meer dan een kwarteeuw in een parlement lijkt Guy D’Haeseleer volledig ingedommeld. Behalve een occasionele tussenkomst of schriftelijke vraag over sociaal wonen is de Vlaams Belanger compleet afwezig. Het contrast met Ninove kan niet groter zijn, want daar is hij een vaak geziene figuur op festiviteiten of in cafés, waar hij met zijn parlementaire wedde tournées générales geeft. Met zijn Forza Ninove hoopt hij in oktober dan ook een volstrekte meerderheid te halen, zodat hij het cordon sanitaire kan breken.
Jean-Jacques De Gucht (Open Vld): grote principes, weinig werk
De man van de grote principes, maar niet van het harde werk. Weinig of kort aanwezig in commissies. Stelt vooral vragen over godsdienstonderwijs – het lijkt wel een obsessie – en lege brooddozen en weet zo toch maximaal in de pers te komen zonder verder veel te doen. Positief is wel dat hij durft in te gaan tegen het standpunt van de meerderheid. Als hij wat harder zou werken, zou hij misschien impact kunnen hebben.
Els Ampe (onafhankelijk): kan niet stilzitten, behalve in parlement
Els Ampe kan niet stilzitten, behalve dan in het parlement. Ze ontbond haar duivels tijdens de pandemie door regelrecht in te gaan tegen de coronabeslissingen die mede door haar toenmalige partij Open Vld genomen werden en vertrok finaal bij de liberalen na een dispuut over het voorzitterschap van Tom Ongena. Daarna richtte ze haar eigen partij ‘Voor U’ op. Daar doet ze wat haar het best afgaat: stampei maken – vaak doorspekt met een stevige dosis populisme – en strijden tegen de particratie. Als parlementslid heeft ze de afgelopen vijf jaar amper initiatieven genomen. Naar eigen zeggen omdat Open Vld dat niet toestond, maar niet al haar collega’s lieten zich tegenhouden. Sinds ze als onafhankelijke zetelt, is ze wat actiever geworden, met initiatieven rond bijvoorbeeld het welzijn van dolfijnen, maar ze zit geen enkele minister op de huid.
Filip Dewinter (Vlaams Belang): uitbollen en provoceren
Parlementslid met de langste staat van dienst, dat nog wat uitbolt in het Vlaams Parlement. Weinig aanwezig en valt meestal ook niet meer op, behalve dan die paar keer dat hij als ouderdomsdeken Liesbeth Homans (N-VA) als parlementsvoorzitter mocht vervangen. Goed onderbouwd parlementair werk kan hem doorgaans gestolen worden, maar van provoceren – met tussenkomsten die druipen van de xeno- en islamofobie – is hij nog altijd niet vies. Ook aanschurken bij schimmige buitenlandse regimes vindt hij geen probleem. Toen ‘Humo’ onthulde dat hij zich in 2016 door de Chinezen liet betalen, waste Dewinter opnieuw zijn handen in onschuld en deed hij zichzelf voor als de grote naïeveling. En hoewel er toch altijd een geurtje van controverse rond Dewinter hangt, zet Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken hem niet aan de kant. Dit keer moet het VB-coryfee als lijstduwer verkozen raken. Dat lukt hem waarschijnlijk met de vingers in de neus. Waarna hij er wederom een mandaat aan kan breien.
Sihame El Kaouakibi (Onafhankelijk): van hoop tot paria
Geen politica die zó van haar voetstuk gevallen is als Sihame El Kaouakibi. Vijf jaar geleden wandelde ze het Vlaams Parlement binnen als de hoop van de Antwerpse liberalen. Vandaag verlaat ze de politiek als paria. Het begon nochtans beloftevol. El Kaouakibi durfde tegen de eigen meerderheid in te gaan en stemde mee met een voorstel van de oppositie om praktijktesten op de huurmarkt toe te laten. Maar toen begin 2021 bleek dat ze honderdduizenden euro’s belastinggeld, bedoeld voor haar jongerenorganisatie Let’s Go Urban, gebruikt zou hebben om zichzelf en haar familie te verrijken, werd ze persona non grata. Ze werd uit de partij gezet, maar bleef zich vastklampen aan haar parlementszetel, ook al bleef ze twee jaar lang thuis met een ziektebriefje. Sinds haar terugkeer afgelopen september – mét een cameraploeg in haar kielzog – heeft ze niets gepresteerd. Of toch: door haar hebben de andere partijen gesnoeid in de gulle ziekteregeling voor parlementairen. Voortaan vallen die na één maand ziekte terug op 60% van hun loon, de standaardregeling voor werknemers in dit land.
Kurt De Loor (Vooruit): vrijwel onzichtbaar
Een stamboeksocialist die al meer dan twee decennia in het Vlaams Parlement zit, maar van wie niemand echt weet wat hij nu eigenlijk ooit verwezenlijkt heeft. De commissie Wonen zit hij correct voor, maar voorts is hij zo goed als onzichtbaar. Toch beloont zijn partij hem opnieuw met een derde plek op de Vlaamse lijst.
Kim De Witte (PVDA): in het verkeerde parlement
Dé uitzondering binnen de nochtans actieve PVDA-fractie. Kim De Witte is de pensioenspecialist van PVDA, maar zat de afgelopen jaren in het verkeerde parlement. Op de website van de partij staat dat hij in het Vlaams Parlement een punt zou maken van toegankelijke ouderenzorg, mobiliteit en onderwijs. Niets van dat. In de commissie Onderwijs was hij zelden aanwezig en als iemand zich liet horen over mobiliteit, was het Jos D’Haese. De Witte schreef tijdens zijn mandaat wel een boek over langer werken en burn-outs, maar zit met zijn parlementair werk alvast niet in de risicogroep.
Bart De Wever (N-VA): minst actieve parlementslid
Met de vingers in de neus kaapt Bart De Wever de prijs weg van minst actief parlementslid en hij doet ook geen enkele moeite om dat te verbergen. Ooit noemde hij zichzelf een “slecht parlementslid, maar een goed volksvertegenwoordiger” en zo is het maar net. De Wever heeft als voorzitter veel invloed op de Vlaamse regering – misschien meer dan wie ook – maar daarvoor hoefde hij niet in het parlement te zitten. Op zijn conto staan amper vier schriftelijke vragen. Deze legislatuur heeft hij zichzelf weliswaar overtroffen door met het stikstofdecreet toch een wettekst op zijn naam in te dienen, al hing die tekst met haken en ogen aan elkaar en werkte hij uiteindelijk ook niet mee aan de bijschaving van de finale tekst. Hij moet geen hoge dunk gehad hebben van zijn eerste opvolger als hij liever passief bleef zitten dan nieuw talent een kans te geven.
Anke Van dermeersch (Vlaams Belang): voor spek en bonen
Nog iemand die er meer uit gewoonte en voor de status zit dan om echt iets te veranderen of veel moeite te doen. Van dermeersch volgt de commissie Financiën op, maar zit er meestal voor spek en bonen bij. Als ze dan eens tussenkomt, slaat ze vaak de bal compleet mis en blijkt een compleet gebrek aan dossierkennis. Ze is duidelijk minder met financiën bezig dan collega Filip Dewinter.
Kurt Vanryckeghem (CD&V): leutige rondleidingen
“Eerlijk, ik vraag me dikwijls af wat ik daar in die plenaire zittingen zit te doen”, zei Kurt Vanryckeghem zelf anderhalf jaar geleden in de ‘Krant van West-Vlaanderen’. We vragen het ons ook af. Als zijn naam al eens opduikt op een parlementair document, dan is het omdat hij meesurft op het werk van collega’s. Wat hij zelf in de etalage zet van zijn parlementair werk zijn leutige rondleidingen in het Vlaams halfrond. Als populair burgemeester – steeds verkozen met een absolute meerderheid – slorpte Waregem al zijn aandacht op. Omdat hij naar eigen zeggen “wil stoppen op een hoogtepunt”, kapt hij hierna volledig met de politiek. Lokaal laat hij een gat achter, nationaal is het geen verlies.
Steven Vandeput (N-VA): welgeteld één initiatief
Heeft welgeteld één wetgevend initiatief op zijn naam staan – een voorgekauwd amendement op de begroting van 2020. Nadien werd het stil. Hij is voorzitter van de commissie Begroting en doet dat naar behoren, maar voorts onderneemt hij weinig actie in het parlement. Zijn focus ligt duidelijk in Hasselt, waarover hij bijna zeventig schriftelijke vragen stelde, al is dat er gemiddeld ook maar één per maand. Al de rest kan hem niet meer boeien.
Maarten De Veuster (N-VA): nog lang geen pater Damiaan
Dat De Veuster het onverwacht tot in het parlement schopte vanop de vijftiende plaats, is allicht zijn verrassendste wapenfeit van de afgelopen vijf jaar. Potten heeft hij daar niet gebroken. Toegegeven, zo is hij niet de enige in zijn grote fractie. Als ex-reisagent moest hij zich voor zijn partij over toerisme en buitenlands beleid ontfermen, maar het bleef bij enkele resoluties die bijvoorbeeld opriepen om te stoppen om het Amazonewoud te kappen. De illegale houtkappers hebben daar vooralsnog geen gehoor aan gegeven. In de commissie Mobiliteit stelt hij vooral vragen over het transport via het Albertkanaal, waarlangs zijn gemeente ligt. De weg om in de voetsporen van zijn verre voorvader Pater Damiaan te treden, is nog lang. Heel lang.
|
https://www.hln.be/binnenland/het-ra...s-br~a03e3ccd/
Het blijft choquerend, meer dan 6.000 euro netto krijgen om niets te doen...
|