Internaut |
18 januari 2005 09:00 |
In de achterkamertjes en de salons zoekt de regering koortsachtig naar een oplossing voor de dreigende crisis rond het kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde. Die ‘oplossing’ zal vrijwel zeker een aantal pijnlijke Vlaamse toegevingen omvatten. In België moeten de Vlamingen zelfs betalen om iets te verkrijgen dat in een échte rechtsstaat vanzelfsprekend zou moeten zijn: de naleving van de Grondwet.
Een eerste aanwijzing voor die toegevingen zit al in de agenda van de zogenaamde Interministeriële Conferentie voor Institutionele Hervormingen. Die was oorspronkelijk opgericht om de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde te bespreken, maar de voorbije dagen werd de agenda uitgebreid tot ‘alle juridische conflicten die het noorden en het zuiden van het land verdelen’. Het kernkabinet heeft daarover al afspraken gemaakt, en De Gucht deed de onheilspellende mededeling dat een “compromis geen nederlaag is”. Daarmee hebben de Franstaligen hun pionnen klaargezet voor hun klassieke wafelijzerpolitiek.
Mogelijke ‘losprijzen’ voor de splitsing van BHV zijn de intrekking van de omzendbrieven-Peeters en –Martens, een verruiming van de faciliteiten of meer armslag voor de Franstaligen om de taalwetten in Brussel te ontduiken. Men kan het splitsingsprobleem niet meer op de lange baan schuiven om het nog eens veertig jaar te laten rotten: het Arbitragehof heeft beslist dat men voor de volgende federale verkiezingen ofwel moet terugkeren naar de oude kiesarrondissementen, ofwel overal met provinciale kieskringen moet werken. Dat laatste betekent natuurlijk ook dat men BHV tegen de volgende verkiezingen moét splitsen. Anders kan men geen geldige verkiezingen organiseren. De Franstaligen zouden maar al te graag in ruil voor de splitsing van BHV de afschaffing van de omzendbrief-Peeters afdwingen. Maar de Raad van State heeft onlangs nog bevestigd dat die omzendbrieven volkomen legaal zijn. Overigens volgt daaruit ook dat de Raad van State de faciliteiten beschouwt als overgangsmaatregelen, die de aanpassing van de Franstaligen in Vlaanderen moeten versnellen… Dat druist in tegen de Franstalige visie dat de faciliteiten voor de eeuwigheid bedoeld zijn.
In de wandelgangen oppert men nog andere mogelijkheden voor een vunzig ruilhandeltje: de goedkeuring van het Minderhedenverdrag, meer geld voor het Brussel Gewest of een inschrijvingsrecht voor Franstaligen in de faciliteitengemeenten. Ondanks alle dure eden ziet het ernaar uit dat Vlaanderen een hoge prijs zal moeten betalen voor die splitsing. Die kwam er niet ‘onverwijld’ en ze zal zeker ook niet gratis zijn…
[size=1]bron: vb site[/size]
|