Nieuwsanalyse.

© mh
document.write('');on error resume nextadl_0813_AllowFlash = (IsObject(CreateObject("ShockwaveFlash.ShockwaveFl ash.4")))
De oproep van PS-kopstuk Philippe Moureaux tot een Franstalig front vindt gehoor.
Volgens Moureaux moeten de Franstalige Brusselaars in beweging komen. Walen en Brusselaars moeten samen nadenken over hun toekomst. Meer concreet over vier vragen: hoe moet Brussel gefinancierd worden als Vlaanderen de Belgische staat verder uitkleedt? Hoe moet het verder met de Brusselse instellingen en de plaats van de Vlamingen daarin? Wat is de relatie tussen Brussel en Wallonië? En hoe moet het verder met de Franstaligen in de Rand?
Moureaux stuurt de andere partijen daarover een brief, na de voorzittersverkiezingen bij het FDF. Ze konden de oproep dit weekend al lezen in
Le Soir , de Brusselse krant die meteen ook meldde dat de oproep gehoor vond bij MR, CDH, Ecolo en FDF.
Waarom voelen de Franstaligen die noodzaak tot frontvorming? Om te beginnen gelooft de Franstalige publieke opinie oprecht dat Vlaanderen aanstuurt op een splitsing van het land. De tekenen zijn er, vindt de Franstalige pers. Die haalt met de regelmaat van de klok ,,bewijzen'' aan, zaken die in Vlaanderen vaak op minder belangstelling kunnen rekenen: het manifest In de Warande, de proeve van Vlaamse grondwet die CD&V/N-VA onlangs opstelde, de wooncode die de Vlaamse regering recentelijk goedkeurde.
Ook diepergaande evoluties, zoals de consensus die in Vlaanderen groeit rond de regionalisering van de werkgelegenheid, ontgaan de Franstaligen niet. Ze stellen een toenemende ,,agressie'' vast, waarop ze zich geroepen voelen om te reageren. Het klimaat is duidelijk verhard sinds de crisis rond Brussel-Halle-Vilvoorde en de aankondiging van een nieuwe communautaire ronde in 2007 die daarop volgde.
Rituelen moeten de dreiging bezweren. Zo'n ritueel is bijvoorbeeld de koppen met veel klaroengeschal samen steken, zoals gebeurde tijdens de onderhandelingen over B-H-V. Van een gemeenschappelijk front gaat nu eenmaal meer kracht uit. Bovendien kun je achter een front van overeenkomsten - over de onderfinanciering van Brussel, over de Franstaligen in de Rand - de verschillen beter verstoppen.
En die verschillen zijn er wel degelijk. Om te beginnen partijpolitiek. Zo zegt Moureaux dat hij ,,een opbod onder Franstaligen'' wil vermijden (in die zin noemt hij zijn initiatief niet vijandig tegenover de Vlamingen). Toch is het een duidelijke gooi naar het marktleiderschap in communautaire zaken. Met het oog op de federale verkiezingen van 2007, maar evengoed de gemeenteraadsverkiezingen in oktober.
Verder is de rol van het Brussels Gewest, het Waals Gewest en de Franse Gemeenschap veel minder duidelijk gedefinieerd dan die van Vlaanderen. De Brusselaars gebruiken dat al eens in hun voordeel (bijvoorbeeld door het gewest geld te laten toestoppen aan de Franse Gemeenschap - tot ergernis van de Vlamingen ), maar het leidt ook tot onzekerheid en verdeeldheid. Zo vreest Ecolo-kopstuk Isabelle Durant een nieuw regionalistisch discours in Wallonië. De Brusselse
patron van de MR, Jacques Simonet, vraagt dan weer dat er minstens één Brusselaar in de Franse gemeenschapsregering zetelt. Net zoals Vlaanderen, dat ook telkens een minister telt uit de hoofdstad.
De Standaard 8/3/6
Hoog tijd dat men in Vlaanderen ook eens de koppen bij elkaar steekt en aan frontvorming gaat doen. Anders gaat Vlaanderen zich weeral laten pluimen.