Jaani_Dushman |
26 mei 2006 18:31 |
Citaat:
De Gore Geruchten
[SIZE="1"]Tekende Willy Vandersteen, de geestelijke vader van Suske en Wiske, tijdens de Tweede Wereldoorlog antisemitische spotprenten? Het gerucht doet al jaren de ronde. Nieuw onderzoek moet daar eerstdaags uitsluitsel over geven.
SUSKE en Wiske blijven eeuwig jong, maar de naar hen genoemde stripreeks bestond in 2005 wel al zestig jaar. Met de twee figuurtjes legde Willy Vandersteen de basis voor wat het meest succesrijke Vlaamse beeldverhaal zou worden.
Maar behalve de successen zijn er nu ook de geruchten. ,,Die geruchten brengen de familie, de uitgaven en uiteindelijk ook de uitgeverij in diskrediet'', zegt Eric Willems van de Standaard Uitgeverij, die de stripreeks op de markt brengt. De hamvraag is: was Vandersteen 'fout' tijdens de oorlog?
Het gerucht doet al tien jaar de ronde. En de uitgeverij en vooral de familie van de in 1990 gestorven Willy Vandersteen storen er zich mateloos aan. Om eens en voorgoed klaarheid in de zaak te brengen, huurde de uitgeverij enkele historici in. Binnenkort zullen zij hun resultaten meedelen. ,,En als ze op iets belastends stuiten, dan maken we dat ook bekend", belooft Willems.
De inzet is delicaat: antisemitische en nazistische spotprenten die tijdens de Tweede Wereldoorlog verschenen in enkele publicaties van de Vlaams-nationalistische collaboratie, het dagblad Volk en Staat en het weekblad De Nationaal-Socialist . De tekenaar ervan ging schuil onder het pseudoniem Kaproen. In diezelfde geest illustreerde hij de brochure Zóó zag Brussel de Dietsche militanten , een uitgave van de Dietsche Militie-Zwarte Brigade, de knokploeg van het collaborerende Vlaams-nationalisme.
Die tekeningen zijn zowat het enige wat van 'Kaproen' bekend is. Zelfs wie achter die naam schuilging, weet niemand. Tot een tiental jaar geleden het bericht opdook dat het om niemand minder dan de alom gevierde Willy Vandersteen zou gaan.
,,Er is niets wat dat bevestigt'', zegt Tom Willequet van Studio Vandersteen, die Willy Vandersteens talrijke stripreeksen verder produceert. ,,Bij het krijgsauditoraat (dat na de Tweede Wereldoorlog was belast met de bestraffing van de collaboratie, nvdr) is geen dossier tegen Willy Vandersteen bekend. Tegen hem is dus nooit een klacht geformuleerd." Het was al langer bekend dat ook over Kaproen geen repressiedossier (meer?) bestaat.
,,Contracten die Vandersteen met Kaproen in verband brengen'', voegt Eric Willems daaraan toe, ,,zijn evenmin teruggevonden. Het is geen gemakkelijk onderzoek, omdat we eigenlijk Vandersteens onschuld moeten bewijzen. En omdat er geen documenten zijn te vinden die hem in verband brengen met Kaproen, moeten we het hebben van secundaire bronnen.''
Gelijkenis
Toch is Willy Vandersteen niet het 'slachtoffer' van een postume lastercampagne of van een heksenjacht door naoorlogse, ideologisch bewogen helden. Het zijn integendeel integere striptijdschriften als het fanblad De Tuf-Tuf-Club en Brabant Strip Magazine , en oprechte vrienden van het beeldverhaal die de kat de bel aanbonden. Ze koesteren een grote liefde voor het werk van Vandersteen, en zo stuiten ze al eens op iets onverwachts.
,,Kaproens tekenstijl lijkt heel sterk op die van Vandersteen van toen'', zegt Peter Van Hooydonck, die in 1994 de officiële Vandersteen-biografie De Breughel van het beeldverhaal schreef. ,,Het is mijn intieme overtuiging dat Kaproen Vandersteen is, maar ik heb geen documenten die dat bewijzen. Daarom moet ik een slag om de arm houden en liet ik het onvermeld in die biografie. Maar ik stel wel die opvallende gelijkenis vast. Het aantal tekenaars was in die jaren trouwens ook niet zo vreselijk groot.'' Tegenover Van Hooydonck ontkende Vandersteen dat hij Kaproen was. Dat deed ook Bert Peleman, de na de oorlog zwaar veroordeelde collaborateur die de tekst schreef voor de brochure van de Zwarte Brigade.
Willy Vandersteens stripcarrière was relatief laat begonnen, toen hij al een late twintiger was. Tijdens de oorlog tekende hij voor het jeugdblad Bravo , maar ook voor de flamingantische krant De Dag , die tijdens de bezetting steeds verder in de collaboratie belandde. Volgens Van Hooydonck werkte Vandersteen ook mee aan publicaties van de door de bezetter opgerichte Nationaal Landbouw- en Voedingscorporatie.
Belandde Vandersteen via de corporatie in de harde kern van de collaboratie? Nogal wat rechtse Vlaams-nationalisten uit de (vooral culturele) collaboratie of uit de rand daarvan verdienden er de kost, onder anderen Bert Bijnens (die zich achteraf voor Frans-Vlaanderen ging beijveren), Lode Claes (later actief in het bankwezen en bij het weekblad Trends ), Joe Meulepas (die onder de naam Pil lang als cartoonist voor De Standaard werkte) en Clem De Ridder (later voorzitter van het Davidsfonds). Ook de dichter Karel Vertommen, de latere oprichter van het weekblad 't Pallieterke Bruno De Winter en diens opvolger Jan Nuyts waren er aan de slag.
In 1998 bevestigde Patrick Vranken in Brabant Strip Magazine Peter Van Hooydoncks hypothese: Vandersteen is inderdaad Kaproen. Hij wees niet alleen op de opvallende stijlgelijkenissen, maar toonde ook aan dat er een 'gat' zit in het werk van Vandersteen, van halverwege 1942 tot het voorjaar van 1943. En dat is uitgerekend de periode waarin Kaproen actief was.
Vandersteen had trouwens wat met de kaproen, een over de schouders hangende muts van middeleeuwse oorsprong, én een flamingantisch symbool. In de strip Koning Arthur (1964) in de reeks De Rode Ridder laat hij een geheimzinnige man met een zwarte kaproen als redder in nood optreden. In 1977 tekende hij in de reeks Robert en Bertrand De rode kaproen , een personage dat al op het voorplat de hoofdpersonages onder vuur neemt.
Natuurlijk, het was niet eenvoudig om tijdens de oorlog als tekenaar aan de bak te komen. Er heerste papierschaarste en alle media werden door de bezetter gecontroleerd en gecensureerd. Wat Kaproen tekende, kon net zo goed door opportunisme als door ideologische overtuiging zijn gemotiveerd.
En spoedig keerde het tij. Meteen na de bevrijding van 1944 dook Willy Vandersteen onder het pseudoniem Mik in een Franstalig jeugdblad op met de strip Floche et Flache tiennent le maquis , met deze keer verzetslui als helden. Voelde Vandersteen dat de wind was gedraaid of toonde hij pas toen zijn ware politieke overtuiging?
Verbrand
In alle geval vonden zijn tijdgenoten dat Vandersteen zich wel degelijk had 'verbrand' in de collaboratie. In 2003 onthulde Sebastien Baudart in zijn licentieverhandeling aan de VUB dat Het Laatste Nieuws hem daarom wandelen stuurde toen hij daar als tekenaar ging solliciteren. Bij De Nieuwe Standaard kon hij wel aan de slag. Hij startte er een stripreeks waarvan de eerste aflevering Rikki en Wiske in Chocowakije heette. Waarna Rikki, een jonge bokser, eruit vloog en diens zusje Wiske het weesjongetje Suske als gezel in het avontuur kreeg.
Apolitiek was Vandersteen allerminst. De eerste albums van Suske en Wiske wemelen van de politieke toespelingen. Vandersteen hekelde de hardheid waarmee de repressie op de collaboratie inbeukte. In de koningskwestie liet hij zich kennen als een fervente aanhanger van Leopold III.
Het stripmilieu gaat er gemakshalve van uit dat Vandersteen en Kaproen inderdaad één en dezelfde persoon waren. Verzamelaars bieden de zeldzame exemplaren van de brochure Zóó keek Brussel naar de Dietsche militanten als Vandersteenproducten te koop aan. En het moet gezegd, op de forums van zowel extreem-rechtse als extreem-linkse websites heerste daarover ook geen twijfel.
Als Willy Vandersteen inderdaad Kaproen is geweest, dan valt daarvoor misschien nog enig begrip op te brengen: een late jeugdzonde, ideologische onvolwassenheid, de noodzaak om brood op te plank te krijgen. Maar wat de kwestie de stripgeschiedenis deed ontstijgen - en de uitgeverij ook tot het instellen van een onderzoek inspireerde - was de affaire-Marc Verhaegen.
Begin 2005 ontsloeg Studio Vandersteen Verhaegen op staande voet als tekenaar van Suske en Wiske. Volgens Verhaegen gebeurde dat vanwege het scenario voor een nieuwe strip, een aanklacht tegen de jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog. ,,Te politiek, te gevoelig'', vonden de familie Vandersteen en het trio dat toeziet op de nalatenschap van Vandersteen. Tot dat trio, zo bleek, behoort een nu 83-jarige ex-Oostfronter, een boezemvriend van Willy Vandersteen.
Zo werd een oud gerucht meteen actueel. Als Kaproen inderdaad een pseudoniem van Vandersteen was, dan 'bewees' volgens sommigen Verhaegens ontslag dat Suske en Wiske al decennia baadt in een sfeer van antisemitisme en rechts-extremisme. Het bestelde wetenschappelijke onderzoek moet die vooral in Nederland rondzoemende suggestie de kop indrukken. Alleen al om commerciële redenen kunnen noch de Studio, noch de Standaard Uitgeverij zich zo'n sfeerschepping permitteren. Temeer daar het zo al niet te best gaat met de verkoop van de albums van Suske en Wiske.[/SIZE]
|
|