![]() |
Anciaux : subsidies voor de vriendjes
Citaat:
|
Citaat:
|
Anciaux heeft inderdaad het cultuurveld enorm veel schade berokkend.
Zijn enig verweer is dat kunst niet elitair mag zijn.:roll: Best wel een zwakke reden om aan het commerciële circuit miljoenen uit te delen, terwijl monumenten uit de klassieke muziek moeten ophouden. |
Citaat:
|
Citaat:
|
Citaat:
Ik vraag mij enkel af, met zo'n idioot als kopstuk bij Spirit, hoe idioot is de rest van die partij dan en hoe idioot moet je zijn om voor Spirit te stemmen? |
Citaat:
Als kind begon het ongetwijfeld met het speelgoed dat papa Vic hem gaf, ... er is ondertussen eigenlijk nog niets veranderd. Alles waar Ansjauvisken zijn grijpgrage pollekes op legt ,moet en zal kapot. Overal waar die mens gelopen heeft, gestaan heeft, laat hij een spoor van vernieling achter. Door zijn eigenwijze, infantiele manier van denken. Kunnen ze hem nie minister van koningshuis maken of zo ? ;-) |
Naar 't schijnt neemt hij zijn dossiers mee naar huis en geeft hij ze ter beoordeling aan z'n kinderen als kijkboeken.
Vanzelfsprekend halen dossiers met veel foto's en kleurtjes het ten nadele van saaie besprekingen en berekeningen. Naar 't schijnt, hé, maar ik geloof er niet veel van... Volgens mij doet hij dat zelf... |
Jullie hebben allemaal ongelijk, want 'het geweten van Vlaanderen' van De Morgen, zegt vandaag in zijn krantencommentaar dat al die zwartmakerij van Bertje NIET WAAR is. :-P
|
Het probleem situeert zich niet bij Anciaux, maar bij het ministerie van cultuur als zodanig. De besluiten van Anciaux zijn niet meer of niet minder willekeurig dan de besluiten genomen door één of andere commissie van 'specialisten' of 'cultuurkenners'. Er is überhaupt geen enkele reden waarom een stuk van mijn belastingsgeld zou moeten gaan naar cultuurproducenten waaraan ikzelf geen boodschap heb.
Het ministerie van cultuur moet afgeschaft worden. Wanneer zo'n ministerie wordt opgericht, stroomt het automatisch en per definitie vol met nitwits, opportunisten en lobbyisten, omdat het idee zelf, dat de staat moet bepalen wat betalenswaardige cultuur is en wat niet, volstrekt absurd is. Net zoals er een scheiding moet komen tussen staat en godsdienst, tussen staat en onderwijs, tussen staat en pers, tussen staat en rechtspraak, dient er ook een strikte scheiding te komen tussen staat en cultuur. |
Citaat:
De democratie vertegenwoordigt waarden, haar inhoudelijk aspect, en dient die te beschermen en te promoten, in functie van het welzijn van de burgers en tegen diegenen die misbruik van een ander willen maken. Die zogenaamde scheiding van geest en staat is niet meer dan een pleidooi voor extreem-rechts en mensenrechtennegationisme. |
Citaat:
|
Citaat:
|
Citaat:
|
Citaat:
Sinds wanneer volstaat het om in een discussie het etiket extreem-rechts, al dan niet terecht op te plakken, om verder niet meer te moeten (kunnen?) argumenteren? |
Citaat:
Een lange stoet extremisten, die mekaar bij de schouder vastpakken. wacht eens, extremisten??? |
Kan iemand me eigenlijk zeggen waarom zoiets als ministerie van cultuur nodig is? Straks krijgen we nog een ministerie voor "silly walks"...
|
Het ministerie van cultuur en sport dient een departement zonder portefeuille te worden.
|
Citaat:
Het is al een filosofische klus om te bepalen wat cultuur is, het is er nog een grotere om te bepalen welke kunstenaars en projekten door de overheid dienen te worden gesubsidieerd, en hoeveel dit dan wel moet zijn. "De lard pour l' art" is geen simpele oefening. Criteria samenstellen om kunst te subsidiëren, dan mensen vinden om deze criteria zonder vriendjespolitiek, favoritisme, willekeur billijk de subsidiepot te laten toekennen is een heksentoer. Om te beginnen zijn er al twee duidelijke strekkingen in de kunst: 1)die kunstenaars die het establishment ondersteunen, bejubelen, verfraaien, loven en prijzen en er de nodige entertainment aan geven.Daar waar de eerste groep, desnoods tot gatlikkens toe de regering zal opvrijen en charmeren hebben ze een probleem: Zij zijn zeer talrijk en uiteindelijk moet er dan worden gekozen wie er overblijft van de talrijk opgekomen "lèche-culs". Ocharme de conservatieve oerbrave, strontdegelijke, flinkgevormde en succesrijke artiest die te horen krijgt van zijn minister: "zeer mooi, maar overtallig. Schitterend maar te duur. Prachtig maar het geld is op". Je zou van minder onozel worden. De tweede groep, die van de hedendaagse kunstenaars die de maatschappij (allicht de minister, zijn partij en zijn regering ook) in vraag stellen en vaak zelf het establishment graag zouden opgehangen aan hun kunstwerken, vragen ook subsidies aan. In een vergrijsde maatschappij vormen zij vaak het pigment in de verf, het zout in de soep en de nar in het paleis. In tegenstelling met autoritaire regimes waar men hen omnmiddellijk minstens verbant en liefst zou executeren krijgen zij ook geld. Dit siert onze maatschappij, die aan haar outlaws, haar Erasmussen, een cent geeft om te overleven (sub-sidie) en daardoor een risico investering doet in de toekomst van de culturele ontwikkeling maar tevens incalculeert dat een artiest met een mercedes geen ministers gaat beschieten met echte kogels. Deze laatste groep geniet van "repressieve tolerantie", men poogt hen enerzijds om te kopen anderzijds te recupereren. Kevers hangen op het plafond van het paleis is er een voorbeeld van. Hoe dan ook: machtshebbers hebben steeds artiesten gesteund om hen te laten loven en niet om hen te ridiculiseren. Soms konden zij er mee lachen "On n' arrête pas Voltaire!". HISTORIEK VAN DE SUBSIDIERING Het begin van de subsidie politiek waren de artiesten die het "recht" kregen een livrei te dragen, dezelfde pakjes als de bedienden in het Koninklijk paleis. Dit gaf hen het recht om te gaan eten samen met de hofdienaars. Later kwamen er beurzen, schenkingen, bestellingen, opdrachten en konden artiesten een serieuze status opbouwen. De "prijzen" was een andere manier om artiesten uit de goot te houden, prijzen gekoppeld aan wedstrijden waar kunstenaars als paarden werden ingezet in een spel waarop flink werd gegokt... Hoe dan ook bepaalden de machtshebbers aan de ene kant en het mecenaat aan de andere kant wie werd in leven gehouden en wie niet. Ik zou met het woord "overleven" (subsidie) maar niet te hard lachen. Door het Vlaams bewustzijn werd door de regering, en al van voor het federalisme, gewerkt aan het stimuleren van de eigen kunstenaars, van de eigen cultuur. In een toen al cultureel geglobaliseerde wereld een hachelijke onderneming. Een aanvankelijk archaische bedoening: minister van Kultuur worden (Minister van Nederlandse Kultuur en afvalwater) was een interessante post: men verspreidde aalmoezen aan tienduizenden kleine vzw's die er hun mosselsoupers en boterkoeken namiddagen mee betaalden en veroverde hierdoor duizenden voorkeurstemmen in het zogenaamde "middenveld". Een begeerd postje om nadien het verder te brengen. De minister(in) beschikte quasi soeverein over de gelden. Natuurlijk ontstonden er grote ruzies: tussen de zuilen, de geloven, de ongeloven, de blauwe en de roden en werd er dus door het Parlement hier en daar grondig gedebateerd en diende de minister vaak bij te draaien. Een soep die bruiste van het leven maar een op de duur vrij democratische soep. De ministers van Kultuur zagen hun droomjob veranderen in een nachtmerrie. Want in een veruilde wereld kan je geen frank aan de één geven zonder dat de ander "te wapen" roept en zijn leden laat marcheren naar Brussel. Een ministerin verscheen zelf in monokini op televisie nadat zij werd gedeeltelijk uitgekleed door woedende artiesten... Onder de mom "het depolitiseren van het cultuurbeleid" werden twee nieuwe trucs verzonnen om het uitkleden van ministers te beperken. - de cultuurpausen - de commisies. Daar waar je onder de Ministererin een dossier indiende bij haar ministerie, en er werd uitgevist of je "zuil" niet te veel kreeg (of te weinig...) kreeg je als organisatie al dan niet je centen. Tenzij je professionele lobyist was, of zals ik de Ministerin thuis kwam lastigvallen en verrot schelden tot ze toegaf, tenzij je een kolossale culturele vereniging achter je had staan of tot een Davids, Willems, Vermeylen, Lodewijk Dosfel en andere fonds of instituut behoorde en er je vriendjes had kon je je eigen verf gaan kopen. Leiders van culturele verenigingen waren ofwel vlotte lobyisten ofwel gefrustreerde bedelaars. En elk jaar begon de kleine bedeltocht. Bij elke regeringswijziging een bedevaart. Van kastje naar de muur. DE CULTUURPAUSEN Om te ontsnappen aan al dat getouwtrecht, en omdat de minsters de lange stoet touwtrekkers beu waren (de Ministerin was mij helemaal niet beu, maar bleek toch liever niet alle dagen te moeten aanhoren wat allerlei artiesten uitspookten) werden experten aangesteld. Later commissies, adviesraden en een hele structuur die de beslissingsmacht van de minister toebedeeld kregen. Zogezegd om te depolitiseren. In feite om het parlement te elimineren teneinde de minister(in) buiten schot te houden. Een slimme zet. Van nationale (federale) politiek werd het een staatje binnen de staat. Weliswaar een staatje zonder controle en geleid door pausen. De Voeten, de Lucassen van er Thalen, de Anthonissen en tuti quanti kregen een bijna keizerlijke macht. Vlaamse cultuur in de handen van mini-dictators met hun eigen hofhouding en paleizen. Dat een minister experten inhuurt is normaal en zeker wenselijk. Ik kan mij geen culltuurminster voorstellen die alle kunsten beheerst en er daarenboven iets zinnigs over te vertellen heeft. Daarenboven zou dit ook tot een persoonlijk cultuurbeleid leiden �* la Jacques Lang, met al even desastreuse gevolgen als het hebben van een autodidact als cultuurminister. Het probleem is dat cultuur iets is dat eenier aangaat, en dat in een democratisch land divers dient te zijn. Dat het parlement dit overlaat aan een minister met zijn administratie is al fout, dat het dit dan nog verder afschuift naar autonome commités die buiten de parlementaire controle vallen is abérant en totaal ondemocratich. Kunst subsidieren is een politieke kwestie en dient dus democratisch te gebeuren. Door de vertegenwoordigers van de bevolking, die kunnen gestraft worden bij de volgende verkiezingen. Niet door een aantal despoten die zichzelf beoordelen. Indien Anciaux heeft ingezien dat hij zijn nek moet uitsteken, en de discussie over cultuurbeleid terug moet opnemen, omdat dit zijn verdomde plicht is heeft ie groot gelijk. Er moet echter terug een discussie komen waar het hoort: in het parlement. |
Citaat:
Uh ? Ik heb die vent altijd rauw gelust en zijn beleid altijd catastrofaal gevonden. Op alle vlakken. Als jij je iets anders meent te herinneren, dan mag je daar altijd wel eens quotes van geven. 8O8O8O |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 22:12. |
Forumsoftware: vBulletin®
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.
Content copyright ©2002 - 2020, Politics.be