jan hyoens |
2 februari 2004 14:07 |
Een toekomst voor de Brugse Poort
De Brugse Poort behoort tot de 19de eeuwse gordel van Gent en ontwikkelde zich samen met de Gentse textielindustrie tot een echte arbeiderswijk. De oudere mensen herinneren zich nog de naoorlogse hoogconjunctuur, waarin de wijk opbloeide. Kleine handelaars en cafés waren talrijk en de socialistische zuil had een grote inplanting, het volkshuis was het centrum van de "achturencultuur". In de arbeidersklasse zorgde de economische groei een opwaartse sociale mobiliteit. Gezinnen die de kans zagen, weken uit naar sociale koopwoningen in de groenere rand. Zij ruimden plaats voor de migrantengezinnen. Begin jaren ’70 slaat de werelwijde crisis echter toe.
De textielindustrie was al gro-tendeels uitgeweken naar nieuwe industrieterreinen of lage-loonlanden. Maar de crisis liet zich voelen in alle sectoren. Wie achterbleef, waren dikwijls oudere mensen, alleenstaanden, gezinnen met een uitkering of onzekere tewerkstelling, kortom iedereen die het zich niet kon permitteren om nog uit te wijken of mensen die gehecht waren aan hun vertrouwde woonplaats.
Het commerciële en sociale leven ging achteruit, werkloosheid en armoede stegen. Nieuwe sociale problemen zoals onveiligheid, criminaliteit, verkeersagressie en druggebruik kwamen op. Woningen werden opgekocht door huisjesmelkers, die zo veel mogelijk huurgeld voor zo weinig mogelijk onderhoud wensten op te strijken en migranten.
De verdere verdieping van de wereldcrisis in de jaren ’90 zorgde voor de ontdekking van de Brugse Poort door nieuwkomers op de woningmarkt. Voor studenten en jonge gezinnen bleek de Brugse Poort een betaalbaar alternatief op dure studentenkoten of huizen in de rand. De bewoners die ook eigenaar waren, onderhielden en renoveerden hun huizen, waardoor de verkrotting beperkt bleef tot de huizen van de huisjesmelkers en migranten.
Zo kreeg de Brugse Poort een mix van allerlei leeftijden en beroepscategorieën. Door de constante komst van migranten bleef de vraag naar huizen verder stijgen. Bij een gebrek aan voldoende sociale woningen om deze vraag op te vangen, stegen de huurprijzen vrij fors. Voor een beluikhuisje in de Heershagestraat betaalde men begin de jaren ’90 nog 6000 frank huur per maand, nu 10.000 en meer. In de Hamerstraat steeg de huur van 8.000 naar 14.000 en meer.
Ondanks deze stijging blijft de Brugse Poort voor vele gezinnen nog het enige betaalbare alternatief. De overbevraging van de huurmarkt zorgt nu reeds voor een sociale verdringing van de armsten. Daarbij brengt de mix van jonge gezinnen en oudere mensen een aantal noden met zich mee die door de achtereenvolgende stadsbesturen schaamteloos werden verwaarloosd.
Het tekort aan speelruimte voor kinderen, kinderopvang en dienstverlening aan bejaarden en de komst van steeds meer vreemdelingen zorgde niet zelden voor conflicten, frustratie en afbrokkeling van het sociale weefsel. Dit uitte zich in het afwijzen van de gevestigde politiek en het succes van het Vlaams Blok. De SP.a verloor haar massale aanhang en richtte zich meer en meer naar de middengroepen. Uit de stemming in de gemeenteraad over het project "Zuurstof voor de Brugse Poort" blijkt dat geen enkele van de regimepartijen (Agalev inclusief) nog voeling heeft of zelfs interesse voor de werkelijkheid van de armste en kwetsbaarste bewoners.
Het Vlaams Blok is de enige partij die het opneemt voor deze mensen Verschillende initiatieven zowel binnen als buiten de gemeenteraad werden reeds genomen om deze situatie te verbeteren.
Niet rekenen op de gevestigde partijen - organiseer je!
Als antwoord op het succes van het Blok voert de huidige meerderheid van SP.a-VLD-VU haar asociale politiek verder op. Volgens hen wonen er in de wijk Brugse Poort te veel oudere en arme "verzuurde" mensen. Deze moeten plaatsruimen voor jongere en kapitaalkrachtiger bewoners en "kansarmen".
De beluiken Brunelstraat en Sikkelstraat, samen met enkele huizen in de Acaciastraat, Hulstboomstraat, Kastanjestraat, Bevrijdingslaan en Haspelstraat moeten gesloopt om parken aan te leggen. Dit zal leiden tot een verdere stijging van de huurprijzen.
Heropwaardering van de wijk betekent eenvoudig dat men deze wijken aantrekkelijker maakt voor gezinnen met een hoger inkomen, wat hogere inkomsten uit gemeentebelastingen oplevert en daarnaast huizen zal reserveren voor de obligate "kansarmen" maw Nieuwe Belgen. De huidige bewoners kregen gewoon de boodschap mee dat ze zich konden inschrijven voor een sociale woning (dikwijls een klein apartementje), waarvoor de wachttijd 4 tot 10 jaar duurt. Eventueel krijgen ze voorang op gezinnen die deze wachttijd bijna doorlopen hebben. Maar de huisvestingsmaatschappijen hebben een schrijnend geldtekort en verkiezen een koopkrachtiger cliënteel, wat nog versterkt zal worden met de inbreng van privékapitaal in het kader van de privaat-publieke samenwerking.
Het stadsbestuur vond het ook niet nodig de getroffenen vooraf te raadplegen of inspraak te geven over de plannen. "Omdat die mensen dat toch niet zouden begrijpen", stelde projectontwikkelaar Jurgen Geytens. Als een donderslag bij klare hemel werden de onteigeningsplannen aan de bewoners bezorgd en door de voltallige gemeenteraad buiten het Vlaams Blok goedgekeurd.
De mensen werden voor voldongen feiten gesteld. Alle mooie praatjes over nieuwe politieke cultuur en openbaarheid van bestuur gelden blijkbaar niet voor de gewone wijkbewoner. Om de rest van de Gentenaren te misleiden, lanceerde schepen Karin Temmerman (SP.a) een leugencampagne over de verkrotting van de te slopen huizen.
Om te vechten voor betere leefomstandigheden in de Brugse Poort voor de huidige bewoners, is er een politieke partij nodig die zowel op stedelijk als op nationaal vlak kan vechten voor de belangen van de gewone man in de straat. Deze partij bestaat ; het Vlaams Blok
Verschillende wijkbewoners kwamen op de lijsten van het Vlaams Blok reeds op.
Ons programma gaat uit van de reële behoeften en noden van de meerderheid van de wijkbewoners. Iedereen kan dit programma voor de Brugse Poort nalezen op onze website of ons periodiek blad "Belfort" bestellen.
Wat duidelijk is, is dat een programma dat een antwoord biedt op de schrijnende noden van deze wijk en haar bewoners het stadsbestuur geld zal kosten. En zij zal daartegenover stellen dat Gent reeds moet besparen. Als er echter miljarden zijn voor prestigeprojecten zoals de Bloemenmand, de Belfortparking, Portus Gandia, het Muziekforum en voor de knuffelpolitiek tegenover migranten, dan kan daarmee beter geïnvesteerd worden in de leefbaarheid van de wijken. De leefkwaliteit van alle wijkbewoner moet voorrang krijgen ipv een bepaalde groep massaal te subsidiëren . De overschot kan men investeren in de historische binnenstad.
|