Fribre |
8 februari 2004 20:23 |
Het idee om politici te verkiezen door ze te laten optreden in een populariteitsshow op televisie is het voorlopige eindpunt van een zorgwekkende evolutie die al een tijdje de Vlaamse politiek behelst. Inhoud, engagement en ernstig parlementair werk is de dag van vandaag geen garantie meer voor een herverkiezing. Soms lijkt het tegendeel zelfs waar te zijn. De Limburgse Frieda Brepoels, over partijgrenzen heen geloofd om haar stevige dossierkennis en door De Standaard verkozen als beste parlementslid van de vorige legislatuur, kon slechts een klein deel van de kiezers overtuigen. Zij zetelt niet meer.
Tegenwoordig zijn er twee manieren om een parlementair zitje te bemachtigen.
Een eerste manier bestaat erin zoveel mogelijk aanwezig te zijn in populaire televisieprogramma’s – de ironie wil: liefst geen al te politiekgetinte programma’s – zoals De Laatste Show of allerhande spelletjesprogramma’s en vaak ophefmakende en pikante details over zijn/haar persoonlijk leven te laten publiceren in interviews met populaire kranten zoals het Laatste Nieuws. Daarenboven komt nog dat oorspronkelijk ernstige programma’s als De Zevende Dag en Villa Politica dreigen te verworden tot kinderlijke showprogramma’s. Men heeft dit verschijnsel bedacht met het begrip ‘infotainment’: de kiezer ‘informeren’ door de politieke programma’s wat ‘luchtiger’ te maken. Door die toenemende invloed van zulke programma’s – en de media in het algemeen – op het stemgedrag, laten politici zich omringen door communicatieadviseurs en reclamemakers die hen adviseren mooi en grappig te wezen maar zich op de vlakte te houden wanneer het debat serieus wordt.
Een andere manier om in het parlement te geraken, bestaat erin om populistische en/of extremistische slogans en oneliners te hanteren. Aan beide zijden van het politieke spectrum bezondigt men zich daar reeds aan.
Door de heersende desinteresse voor de politiek baseren de mensen zich gemakkelijker op televisieoptredens van politici of op straffe oneliners in plaats van op een goed onderbouwd partijprogramma of prima parlementair werk. De vraag is dan of die desinteresse er is gekomen dóór de verkleutering van de politiek of omgekeerd.
De evolutie laat zich ook duidelijk tonen in de verkiezingsuitslag van de laatste parlementsverkiezingen. Kleine, kritische maar voor een levendige democratie noodzakelijke partijen – zoals het democratisch republikeinse N-VA en het ecologische Groen! – kunnen amper nog overtuigen. Met respectievelijk nog één en geen zetel in de Kamer dreigen een hele hoop kiezers on(der)vertegenwoordigd te worden. De grote machtspartijen, die steeds meer naar het centrum opschuiven, vallen nog moeilijk van elkaar te onderscheiden. Veelal worden dan ook de mooiste, leukste, grappigste kandidaten verkozen en blijven de kandidaten met dossierkennis, engagement én inhoud in de kou staan. Een bedenkelijke evolutie.
(commentaartekst op "Ook Britten lusten Politiek Idool, auteur: mijzelf)
|