De fabeltjes van de vermogensbelastingen
Bart Van Craeynest (Voka): ‘Links rekent zich graag rijk met de vele miljarden die extra vermogensbelastingen zouden moeten opleveren. In de echte wereld zou dat nogal kunnen tegenvallen.’
—
Bart Van Craeynest
Bart Van Craeynest is hoofdeconoom bij Voka en auteur van 'België kan beter' (Ertsberg, 2023)
5/6/2025Leestijd 3 minuten
Schenk dit artikel
Hiermee stuurt u een link naar een vriend. Uw vriend kan dit artikel lezen zonder zelf abonnee te zijn. Hij zal te zien krijgen dat dit artikel door u geschonken is.
Dat België vermogens niet belast, is een links fabeltje. We hebben groei nodig,
niet nog meer belastingen, vindt Bart Van Craeynest.
Dat België vermogens niet belast, is een links fabeltje. We hebben groei nodig, niet nog meer belastingen, vindt Bart Van Craeynest.
foto © Unsplash/Mika Baumeister
Nu de federale regering de meerwaardebelasting probeert rond te krijgen — en ook naar aanleiding van de speeches voor 1 mei en Rerum Novarum — doken de jongste weken weer allerlei fantasieën over vermogensbelastingen op.
Vorige week werd een nieuwe studie van de Nationale Bank over de vermogens aangegrepen om die verhaaltjes kracht bij te zetten. Dat die studie vooral aantoonde dat de vermogensongelijkheid in België de voorbije honderd jaar spectaculair gedaald is en dat die vandaag eerder gemiddeld is in vergelijking met de rest van Europa (en veel lager dan in de Verenigde Staten), leek daarbij geen bezwaar.
In linkse hoek lijken vermogensbelastingen een soort mirakeloplossing voor al onze problemen. Voor de vakbonden zijn belastingen op vermogen zowat het enige antwoord op de vraag hoe zij de enorme budgettaire uitdaging waar we voor staan willen opvangen. De PS lanceerde recent een voorstel van een vermogensbelasting die 6 miljard moet opbrengen en de PVDA leurt al langer met haar miljonairstaks die 8 miljard zou opleveren. Dat soort ideetjes gaat opmerkelijk vlot voorbij aan de economische realiteit.
De cijfers kloppen niet
Links rekent zich graag rijk met de vele miljarden die extra vermogensbelastingen zouden moeten opleveren. In de echte wereld zou dat nogal kunnen tegenvallen.
Verschillende landen probeerden al een expliciete vermogensbelasting. Volgens een studie in opdracht van het Planbureau hadden in 1990 twaalf industrielanden zo’n belasting op vermogen. Vandaag blijven daar nog maar drie landen van over.
Nog belangrijker: de Europese landen die zo’n vermogensbelasting hadden, haalden daar gemiddelde ontvangsten van 0,2% van hun bbp uit. Voor België zou dat overeenkomen met 1,25 miljard euro. De kans dat we in België vijf tot zes keer meer uit dat soort belastingen zouden halen zonder negatieve gevolgen, lijkt onbestaande.
Links rekent zich graag rijk
Die 1,25 miljard valt trouwens in het niet in vergelijking met de budgettaire uitdaging die op ons afkomt. Dit jaar liggen alle Belgische overheden samen op koers voor een gezamenlijk begrotingstekort van 35 miljard euro. Zonder ingrepen loopt dat jaarlijkse tekort tegen 2030 op tot 50 miljard (in euro’s van vandaag).
Afhankelijk van de NAVO-onderhandelingen over de nieuwe budgetdoelstelling voor defensie komt daar allicht nog eens zo’n 10 miljard bij. Zelfs met de meest onwaarschijnlijke verwachtingen van de mogelijke extra inkomsten uit vermogensbelastingen zouden we er dus niet geraken.
Allerlei belastingen op vermogen
In België is er vandaag geen belasting op meerwaarden op aandelen. Dat wordt in bepaalde hoeken vaak voorgesteld als bewijs dat vermogens bij ons niet belast worden, maar ook dat klopt niet. We hebben in België een lange reeks belastingen die gekoppeld zijn aan het bezit van, inkomen uit of transacties van vermogen. Denk bijvoorbeeld aan de roerende voorheffing of de successierechten.
Volgens cijfers van de Europese Commissie halen we uit allerlei belastingen op vermogen vandaag al zo’n 3,8% van het bbp, of 24 miljard euro, aan inkomsten. Dat is het derde hoogste in Europa, na Luxemburg en Frankrijk (beide zitten rond 4% van het bbp).
België heeft de tweede zwaarste belasting op vermogen in Europa
Nu kunnen hoge inkomsten uit belastingen op vermogen het resultaat zijn van de combinatie van heel veel vermogen (of heel veel transacties van vermogen) en een lage belastingdruk, of van een gemiddeld vermogen en een zware belastingdruk. Luxemburg is uiteraard een voorbeeld van het eerste, België zit eerder in het tweede kamp. Opnieuw volgens cijfers van de Europese Commissie heeft België de tweede zwaarste belastingdruk op vermogen in Europa, na Frankrijk. Luxemburg bungelt achteraan die lijst.
Met een miljonairstaks van 8 miljard zouden we naar de kop van de Europese ranglijst springen qua belastinginkomsten uit vermogen. Met een voorsprong van ruim een kwart op de nummer twee. Er zit economisch heel wat fout met onze belastingen op vermogen – te complex, te veel uitzonderingen, … – maar dat die te laag zouden zijn, is alvast niet een van die fouten.
Meer groei, niet minder
België is vandaag al een land met relatief hoge belastingen, met vooral een zware belastingdruk op arbeid en op kapitaal. Op consumptie is die eerder gemiddeld. En vooral hebben we in België hoge en nog toenemende overheidsuitgaven. De oplossing voor onze budgettaire uitdagingen ligt niet in nog meer belastingen, maar in een beperking van de uitgaven.
Maar ook met enkel besparingen zal het niet lukken. In theorie misschien nog wel, een terugkeer naar het niveau van overheidsuitgaven van zo’n twintig jaar geleden zou volstaan, maar politiek is dat zo goed als zeker onhaalbaar.
Van sterkere groei wordt iedereen beter, niet enkel de overheid
De beste manier om onze overheidsfinanciën terug op orde te krijgen, is via veel sterkere economische groei. Daar wordt iedereen beter van, niet enkel de overheid. Dat vereist vooral een beleidsstrategie op alle niveaus die veel explicieter inzet op de versterking van ons groeipotentieel. We zouden al kunnen beginnen met het wegwerken van de vele barrières voor groei die we zelf opwerpen. Zowel in de Vlaamse als in de federale regering krijgt dat vandaag veel te weinig aandacht.
Die sterkere groei moet vooral van ondernemen en investeren komen. Ook in die zin zijn hogere belastingen op vermogen geen goed idee: de vermogensbelastingen substantieel verhogen – in een economie met al veel belastingen op vermogen – dreigt voor belangrijke economische schade te zorgen. We hebben net méér ondernemerschap en méér economische groei nodig, niet minder. En dus ook minder belastingen op ondernemen, niet meer.
bron: doorbraak
commentaar volgt
|