Los bericht bekijken
Oud 16 juni 2003, 20:54   #1
Welvaart&Veiligheid
Banneling
 
 
Geregistreerd: 20 oktober 2002
Berichten: 679
Standaard

Door de hoge sociale lasten op arbeid worden de werkgevers werkelijk ontmoedigd om meer mensen in dienst te nemen.

Door de veel te hoge tarieven in de personenbelasting mogen de werknemers veel te weinig overhouden van hun brutoloon, wat de arbeidsmotivatie niet ten goede komt.

Voor werklozen is het vaak niet eens de moeite een job te aanvaarden omdat het nettoloon soms niet veel hoger ligt dan hun uitkering. Daardoor bestaat het gevaar dat bepaalde werklozen zich nestelen in de werkloosheid, waardoor ze structureel werkloos dreigen te worden, waardoor ze op hun beurt nóg minder kans maken op de arbeidsmarkt.

Kortom, werken wordt absoluut niet aangemoedigd.

W&V vindt dat het roer dringend radicaal moet worden omgedraaid en dat [size=7]werken[/size] opnieuw aantrekkelijk moet worden gemaakt voor zowel de werknemers als de werkgevers. Méér werkgelegenheid vormt zowat de rode draad doorheen het programma van W&V.

W&V wil lagere belastingen voor de werkende bevolking. Dat betekent méér koopkracht. Méér koopkracht stimuleert de economie en dus ook de werkgelegenheid.

Ook is er nood aan meer personeel bij de belastingadministraties, ten einde werk te maken van de strijd tegen fiscale fraude.

Momenteel wordt de sociale zekerheid vooral gefinancierd door sociale bijdragen op arbeid. W&V vindt dat de bedrijven sociale bijdragen zouden moeten betalen op energie en toegevoegde waarde, en dus niet langer op arbeid, of in elk geval in mindere mate. De huidige hoge sociale lasten op arbeid maakt arbeid nodeloos duur en staat de creatie van meer werkgelegenheid in de weg. De hoge sociale lasten op arbeid zijn arbeidsvernietigend. Ze ondermijnen het draagvlak en dus ook het voortbestaan van de sociale zekerheid. W&V stelt voor dat de bedrijven sociale bijdragen zouden betalen op onder meer hun energieverbruik, m.a.w. de dure arbeidskosten moeten voor de bedrijven worden vervangen door dure energiekosten. Dat heeft twee belangrijke voordelen. Enerzijds wordt arbeid goedkoper waardoor de creatie van meer werkgelegenheid wordt gestimuleerd. Anderzijds worden de bedrijven gestimuleerd te investeren in energiebesparing, wat het milieu ten goede komt.

W&V is voorstander van een groeibevorderend macro-economisch beleid. De Europese Centrale Bank voert momenteel een veel te strak monetair beleid. Ze mag niet alleen oog hebben voor de strijd tegen de inflatie, maar moet ook streven naar voldoende economische groei, door de rente laag te houden als het inflatiegevaar eerder gering is. Een lage rente zet de bedrijven er toe aan meer te investeren en maakt het voor de gezinnen makkelijker om leningen aan te gaan om te bouwen en te consumeren. Dat alles zwengelt de economie aan. Meer economische groei betekent meer werkgelegenheid. Het wordt hoe dan ook tijd dat ook de Europese Centrale Bank haar verantwoordelijkheid opneemt inzake de strijd tegen de werkloosheid, i.p.v. zich blind te staren op de inflatie.

Wie tussen 18 en 65 jaar oud is en minder verdient dan 1.000 euro per maand moet om humanitaire redenen automatisch en onvoorwaardelijk recht krijgen op een inkomenssubsidie van 40% op het verschil tussen 1.000 euro en het lagere maandinkomen. Inkomenssubsidies dragen er toe bij dat thuiswerkende ouders financieel gewaardeerd worden. Ook deeltijdse arbeid wordt er door aangemoedigd. De inkomenssubsidie is de aangewezen manier om de werkloosheidsvallen effectief en efficiënt te bestrijden.

Voor bepaalde laaggeschoolde, laagbetaalde, al dan niet lastige jobs is het vaak moeilijk om kandidaten te vinden of zijn de totale loonkosten eenvoudigweg te hoog waardoor ze vaak uitgeoefend worden in het zwarte en grijze circuit. Een inkomenssubsidie maakt laaggeschoolde arbeid opnieuw aantrekkelijk tegen marktconforme voorwaarden.

Er dient een limitatieve lijst te worden opgesteld van laaggeschoolde jobs (een aantal horecajobs, onderhoud, bepaalde vormen van ongeschoolde arbeid in de bouwsector, enz.), m.a.w. een lijst van “instapbanen” of instapklare jobs voor laaggeschoolden. Het moet in elk geval gaan om banen waaraan geen diplomavereisten verbonden zijn en waarvan de loonkosten in de huidige omstandigheden te hoog zijn om te worden uitgeoefend in het reguliere arbeidscircuit. Het is evenwel de bedoeling dat instapbanen een springplank zijn naar deftige jobs. Naarmate iemand meer ervaring opdoet, is de kans groter dat hij of zij een betere functie kan krijgen. Het loon voor instapbanen, moet volledig worden vrijgesteld van sociale werknemers- en werkgeverslasten. Op die manier wordt voor de werkgevers de creatie van laaggeschoolde arbeid aantrekkelijk gemaakt, en wordt eveneens de creatie van laaggeschoolde jobs in de huishoudelijke sfeer aangemoedigd, waardoor ze uit het zwarte en grijze circuit kunnen worden gehaald. Laaggeschoolde werklozen krijgen zo de kans om opnieuw aan de slag te geraken én financieel vooruit te komen. Het valt te verkiezen dat ook de laaggeschoolden zoveel mogelijk worden ingeschakeld in het arbeidscircuit, in plaats van zich te nestelen in de werkloosheid.

Ook wie zelf zijn job opzegt of tijdelijk eens uit het arbeidscircuit wil stappen, heeft recht op zo'n onvoorwaardelijke inkomenssubsidie. Dit draagt bij tot meer individuele vrijheid voor de werkende bevolking. Wie om welke reden dan ook zijn job beu is, hoeft deze niet langer tegen zijn zin te blijven uitoefenen. Op die manier wordt de werkende bevolking minder afhankelijk van de werkgevers. Onaantrekkelijke jobs worden zo uit de markt geprijsd.
Welvaart&Veiligheid is offline   Met citaat antwoorden