Speciaal voor die mensen die blijven volhouden dat homoseksualiteit onnatuurlijk is, dat de waargenomen fenomen in de dierenwereld komen door een gebrek aan aanwezigheid van het andere geslacht, etc, etc..
Citaat:
Homoseksualiteit is doodnormaal in dierenwereld
(bron)
Homoseksueel gedrag is onnatuurlijk! Het is een argument dat holebihaters graag gebruiken. Maar klopt dat wel? Veel wetenschappers spenderen hun dagen in de natuur en observeren het gedrag van talrijke dieren. Hun conclusie? Er zijn vermoedelijk meer dan 1500 ‘roze’ diersoorten, bij 500 onder hen is er zelfs duidelijk bewijs van homoseksueel gedrag. Het Natuurhistorisch Museum van Oslo heeft er als eerste ter wereld een grote tentoonstelling over opgezet. Want homoseksualiteit blijkt doodnormaal in de dierenwereld!
Sommige mannelijke zeemeeuwen bouwen samen een nest, dat ze het liefst vullen met eitjes die ze bij hun vrouwelijke soortgenoten gaan stelen. De vrouwelijke zeemeeuwen pakken het anders aan. Zij laten zich bevruchten door hetzelfde mannetje en broeden samen de eitjes uit. Ook bij andere vogelsoorten komen lesbische duo’s en homokoppeltjes regelmatig voor. Een groep flamingo’s met twee mannetjes als leider kan een groter territorium bewaken. Er bestaat zelfs een parkietsoort waarvan de helft homoseksuele contacten heeft.
Uit onderzoek blijkt dat in een dierentuin 1 op 5 pinguïns homo is. In de zoo van New York is het bekende mannetjeskoppel Wendell en Cass zelfs een publiekstrekker. De twee pinguïns hebben al jaren een monogame relatie en brengen samen hun dagen door. Ook in dierentuinen in Tokio, Berlijn en zelfs Antwerpen zijn al homo- en lesbische pinguïns gesignaleerd!
Niet iedereen aanvaardt graag dat er homoseksualiteit bestaat in de dierenwereld. Lange tijd was het een taboe. Veel biologen hebben het verschijnsel jarenlang genegeerd. Homogedrag bij dieren omschreven ze als een vorm van vechten, een spelletje of zelfs identiteitsverwarring.
Een andere vaak gehoorde verklaring is dat mannetjeskoppels ontstaan door een gebrek aan vrouwtjes. En omgekeerd. Maar die theorie klopt niet helemaal. Onderzoekers deden de test bij rammen die homoseksueel gedrag vertoonden. Ze kregen een groep loopse vrouwtjes voor zich en enkele mannetjes. En telkens opnieuw kozen ze voor de mannetjes.
Naar schatting zijn er meer dan 1500 diersoorten met ‘roze varianten’. Hoe groot het percentage homoseksuele dieren is, verschilt van soort tot soort. Bij sommige dieren is er nog nooit homoseksualiteit vastgesteld, bij andere soorten zijn alle exemplaren biseksueel. Zo is dat ook bij de bonobo’s. Die mensapen leven samen in grote groepen en zijn seksueel heel actief. Ze lossen hun conflicten op met een potje seks, en maken daarbij geen onderscheid tussen mannetjes of vrouwtjes.
Voortplanting is dus niet de enige reden waarom dieren seks hebben, ook hun eigen pleziertjes spelen een grote rol. En dat is toch heel natuurlijk, niet?
|
Nu gaan we ophouden dat argument te gebruiken, ok?
