Vooraleer over de armoede te spreken, laat ons het eens over de rijkdom in dit land hebben. Enkele frappante feiten:
Journalist Ludwig Verduyn publiceerde de geactualiseerde lijst van de tien rijkste families van België gepubliceerd.1 Met z'n tienen stapelen ze een vermogen op van 12,22 miljard euro of 493 miljard BF. Vier jaar geleden bezaten deze tien families amper de helft: 6,21 miljard euro. (La Dernière heure, 8/10/04)
Het totaal van de financiële activa (contant geld, bankrekeningen, aandelen, obligaties) van de Belgische gezinnen bedraagt 751 miljard euro. Een recordbedrag. Als we dat delen door 4,4 miljoen gezinnen, dan komen we wel degelijk uit op 170.000 euro.
160.000 rijken bezitten elk meer dan 300.000 euro, onroerend goed niet inbegrepen. Ze zijn goed voor 1,6 procent van de bevolking, maar leggen beslag op een vijfde van het financieel vermogen van het land: 130 miljard euro
Volgens de studies van liberale econoom prof. Vuchelen bezit in België de 1% rijksten 21% van het vermogen.
De 10% rijksten >52% van het vermogen.
Volgens Trends (5-10-2006) Van juni 2005 tot juni 2006 is het vermogen van de twintig rijkste gezinnen gestegen met... 34,14 %. Als je daar die 1,61% inflatie van aftrekt, heb je nog altijd 32,53%. Daarbij komt dat uw loon wel zwaar belast wordt, maar de vermogens helemaal niet. Want, in tegenstelling tot andere Europese landen, bestaat bij ons geen vermogensbelasting.
De sprong van 34,14% is in de eerste plaats te wijten aan de stijging van de beurswaarden. Daarbij komt dat België niet alleen geen vermogensbelasting kent, het heft ook geen belasting op beurswinsten, (in tegenstelling tot bijvoorbeeld Frankrijk, dat de twee belast). De rijkste gezinnen passeren dus twee keer langs de kassa. En als zij geen belastingen betalen, wie, denk je, dat die in hun plaats wel betaalt?
Ondertussen laat het laatste sociale rapport van prof. Vrancken (UA) zien dat het aantal armen in onze maatschappij maar blijft stijgen.
Armoede is geen kwestie van te weinig middelen. Armoede is een kwestie van slechte verdeling van middelen. Armoede bestrijden is dus een kwestie van onrecht bestrijden. Door herverdelingsmechanismen. Bijvoorbeeld een vermogensbelasting van 1% boven de roerende vermogens van 500.000 euro levert ons 2,5 miljard euro op. Voldoende om aan zeer veel armen een gedegen sociale bescherming te bieden. En daar zullen die 1% rijkste gezinnen geen boterham minder voor moeten eten.
|