sartre, Camus en Merleau-Ponty over terreur en terrorisme R. Welten
Is terreur te verantwoorden? Hoe valt terrorisme te begrijpen? Waarom blijkt terroristisch geweld in de moderne maatschappij zo onuitroeibaar? Het zijn vragen die tegenwoordig nauwelijks nog worden gesteld. Ze worden snel bedekt met de mantel der Beveiliging. Een mantel, die de innerlijke dynamiek van terreur en terrorisme verhult. Willen we deze vragen serieus nemen, dan zullen we de opkomst van terreur en terrorisme in de moderne tijd moeten bestuderen: de aanleidingen, de situaties, de legitimaties, de veroordelingen en de denkwijzen.
Dit boek wil laten zien uit welke gebeurtenissen het denken over terreur of terrorisme bij Albert Camus, Jean-Paul Sartre en Maurice Merleau-Ponty voorkomt. Hoe zij erop reageerden in hun romans, filosofie, toneel en politiek activisme.
Jean-Paul Sartre, Albert Camus en Maurice Merleau Ponty waren in het naoorlogse Frankrijk spraakmakende politiek geengageerde filosofen. In deze bundel wordt hun politieke denken behandeld en toegespitst op de analyse van politieke terreur. De auteur wil hiermee een bijdrage leveren aan het huidige debat over terreur en terrorisme. In deze opzet slaagt hij gedeeltelijk. Aan de hand van beschouwingen over het politieke denken van genoemde auteurs toont Welten (1962) dat terrorisme een politiek en filosofisch complex samenspel is van maatschappelijke uitsluitingsmechanismen en morele intuities. Jammer is dat het boek grotendeels blijft steken in een nauwgezette beschrijving van de opvattingen van genoemde denkers (met name hun verhouding tot het communisme en de Algerijnse vrijheidsstrijd) en dat het verband met het hedendaagse terrorisme slechts vluchtig wordt aangeduid. Desalniettemin is het pleidooi voor een genuanceerde doordenking van het verschijnsel een belangrijk geluid in een tijd waarin commentaren zich vaak beperken tot ferme veroordelingen van het terrorisme.