Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door La Chunga
Privatiseren, Edina 
|
Het grote voordeel -en volgens mij het enige- van privatiseren is dat er een concurrentiële druk ontstaat waardoor een bedrijf zijn producten of diensten op de één of andere manier aantrekkelijker moet maken dan vergelijkbare producten of diensten van een ander bedrijf.
Ik heb echter twee argumenten tegen zo'n privatisering. Eerst en vooral is uit precedenten in het buitenland duidelijk geworden dat een privatisering niet altijd op een succesverhaal uitdraait. Getuige hiervan zijn de situatie in Groot-Brittanië (tragische ongelukken) en in Nederland (mislukte privatisering en her-nationalisering). Ten tweede vind ik dat openbaar vervoer in onze huidige mobiele maatschappij een goed van eerste noodzaak is geworden. Wie zich niet snel en efficient kan verplaatsen telt niet meer mee en vindt geen werk. De spoorwegen hebben dus meer nog dan vroeger de taak om ervoor te zorgen dat ook de sociaal zwakkeren die geen auto kunnen betalen voldoende mobiel zijn. Dienstverlening dus, door het waarborgen van een minimummobiliteit voor alle burgers. Die maatschappelijke taak valt niet te rijmen met de commerciële doelstellingen van een bedrijf. De liberalen zingen dan wel in koor dat een privatisering automatisch leidt tot lagere prijzen, en dus door democratischer dienstverlening, maar een bedrijf heeft maar één doel en dat is winst maken. In een sector waar de concurrentie hoogstens een handvol spelers toelaat, zoals de spoorwegen, zou er al gauw een impliciete afspraak komen over prijzen, en zouden de spelers in plaats van elkaar te bekampen met een prijzenslag gewoon de markt verdelen onder elkaar. Een beetje zoals de banksector dat doet.
Voor mij is de hoofdreden waarom het maar niet wil beteren met de NMBS het eenvoudige feit dat, alle mooie woorden ten spijt, de spoorwegen geenszins een prioriteit zijn, noch voor onze bestuurders, noch voor het merendeel van de burgers. Men verwijt de NMBS soms dat ze hun reizigers niet als klanten maar als lastposten beschouwen, en zo lijkt het soms inderdaad wel, maar dit gevoelen is compleet wederzijds. Kijk naar de hemeltergende traagheid waarmee het GEN dossier voortkruipt, spreekt dat geen boekdelen?