[size=5]Niemand in België bestrijdt racisme. [/size]
door Mohamed Talhaoui*
(Opiniestuk in De Standaard, 01/10/1999)
ALLOCHTONE kinderen in België, in meerderheid met een islamitische achtergrond, komen steeds eerder in aanraking met racisme dat met de dag ook grovere vormen aanneemt.
Als migrantenjongere onderga je weerloos vreemdelingenhaat die je als persoon evenwel intens aanvoelt, maar moeilijk kunt situeren in een grotere context. Het is pas op latere leeftijd dat je je ten gronde gaat afvragen waarom de Belgische samenleving zich zulk een racistisch gedrag permitteert ten aanzien van hoofdzakelijk Marokkaanse en Turkse migranten, wat de achterliggende mechanismen zijn en waarom oplossingen uitblijven.
In verschillende teksten van de Verenigde Naties die handelen over discriminatie wordt aangegeven dat racisme in het Westen toeneemt en dat deze grove vorm van schendingen van de mensenrechten in zijn huidige gedaante onder meer specifiek gericht is naar islamieten en Arabieren. Welnu, in België voert men al een aantal jaren een zogenaamde ,,integratiepolitiek'' die bij haar definiëring en ontwikkeling (door Paula D'Hondt en Johan Leman) concrete ideologische keuzen inhield die mijns inziens flagrante inbreuken zijn op fundamentele rechten en vrijheden. De oprichting van het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding (als ik het mij goed herinner werd deze naam uitgevonden door Herman Suykerbuyk die bezwaren maakte tegen de term Etnische Gelijkheid) en het opzetten van een uitgebreide ,,integratiesector'' moeten naar mijn mening verdoezelen waar het in wezen om draait: een toenemend georganiseerd racisme, meer en meer vogelvrijverklaarde migranten en een heus onderdrukkend assimilatiebeleid dat lak heeft aan culturele en religieuze diversiteit, aan gelijkheid en non-discriminatie. Steeds meer gaan terecht stemmen op om ook migranten een stem te geven.
Maar is deze stap voldoende? Naar mijn mening geenszins. Ik zou zelfs zeggen dat een repressieve en kordaat toegepaste anti-racismewet en de toepassing van de internationale beschermingsregels ten behoeve van minderheden veel meer rechtszekerheid bieden dan het stemrecht. Wel sluit niet-toekenning van het laatste het eerste meer dan waarschijnlijk uit. Maar ja, wie in de wetgevende raden wil werkelijk voor het één of het andere vechten?
Bij analyse van het thema ,,vreemdelingenhaat en racismebestrijding'' aan de hand van studiewerk en eigen ervaringen stel ik vast dat:
- racisme als maar meer voorkomt en meer wordt getolereerd, terwijl de anti-racismewet grote hiaten vertoont;
- migranten met islamitische achtergrond hier het grootste slachtoffer van zijn;
- rechtbanken een extreem lakse houding aannemen tegenover klachten over racisme;
- vanuit de overheid nauwelijks stappen werden ondernomen om racisme effectief te straffen;
- nog steeds met nationaliteitsargumenten wordt gezwaaid om racistische behandelingen te vergoelijken;
- nauwelijks cijfers worden vrijgegeven omtrent racistische discriminatie in verscheidene geledingen en sectoren van de maatschappij;
- vanuit het beleid er een sterke tendens bestaat om racisme te relativeren en te minimaliseren, waarbij nooit wordt nagegaan of racistische discriminatie vanwege de autochtone bevolking al dan niet assertief gebeurt, en zo ja, in welke mate;
- vanwege de overheid vrij spel wordt gegeven en zelfs gemeenschapsgeld wordt toegekend aan organisaties die door de internationale gemeenschap als racistisch worden bestempeld onder het mom van recht op vrije meningsuiting (wat trouwens uitdrukkelijk racistische uitingen uitsluit!) en hierdoor deze organisaties efficiënter hun racistische ideologie kunnen uitdragen waardoor ze bijgevolg bij een groeiend publiek gehoor vinden.
Het lijkt mij paradoxaal dat aan racismebestrijding in België tot hier toe de laagste prioriteit werd gegeven (in het laatste federaal regeerakkoord werd het evenwel zeer kort vermeld) terwijl tekenen van toenemend racisme crescendo gaan (EU-opiniepeiling van 1997 met een topscore van meer dan 50 % racismebekenning bij de Belgische bevolking, opeenvolgende verkiezingsoverwinningen van het Vlaams Blok, racisme in het onderwijs en op de arbeidsmarkt...)
TOCH wil ik enkele voorstellen doen en bedenkingen maken ter remediëring van de huidige situatie in België, hoewel ik meer en meer mijn hoop stel op effectieve racismebestrijding vanwege internationale instanties en meer bepaald vanwege de EU:
1. aanpassing van de anti-racismewet zodat hij vlot toepasbaar wordt (door omkering van de bewijslast en erkenning van praktijktests);
2. onderkenning dat racisme in België hoofdzakelijk migranten met een islamitische achtergrond treft;
3. parketten dienen een hoge prioriteit te schenken aan klachten over racistische discriminatie;
4. stimuleren van wetenschappelijke studies omtrent racisme in de geledingen van de maatschappij die frequent in aanraking komen met migranten (onderwijssector, tewerkstellingssector, parketten en politiediensten?) die dan ook publiek worden gemaakt;
5. racistische uitingen, hoe subtiel ook, kunnen niet gerechtvaardigd worden door inroeping van het recht op vrije meningsuiting;
6. het verbieden van racistische organisaties zoals het Vlaams Blok waarop de internationale gemeenschap meermaals heeft aangedrongen.
Deze voorstellen zullen bij velen weliswaar op de grootste weerstand stuiten, maar ik denk dat deze houding ons geen stap vooruit zal helpen. Integendeel, het zal de geloofwaardigheid van België in internationale fora met betrekking tot mensenrechten alleen maar verder aantasten.
|