De Franstaligen vormen steeds meer één hecht front om hun ultieme droom te verwezenlijken: een uitbreiding van het Brussels Gewest met de faciliteitengemeenten op z'n minst en met de corridor Sint-Genesius-Rode als pasmunt voor de splitsing van B-H-V.
Waarom de Rand gedeeltelijk verfranst:
Er komen steeds meer vreemdelingen in het centrum van Brussel wonen, en de rijke Brusselaars wijken dus steeds verder uit, en ze komen in de Vlaamse Rand terecht. Dit fenomeen zien we ook in vele Amerikaanse steden.
De FDF verdedigt de Francophonie, en veel Franstaligen in de Rand en Brussel stemmen erop. Toch is de Franstalige
logica om Brussel uit te breiden ver te zoeken.
1) De FDF/MR burgemeester van Kraainem (bevolkingsdichtheid: 2.258 inw./km²) wilt ook graag bij Brussel gehoren om "
iets aan de bevolkingsdichtheid te kunnen doen."
2) Veel Franstaligen in de Rand (waaronder FDF-stemmers) willen bij Vlaanderen blijven, omwille van fiscale voordelen.
De situatie in de Rand is niet damatisch!
De Nederlandstalige scholen in de faciliteitengemeenten tellen immers meer leerlingen dan de Franstalige scholen, de jeugd is dus nog overwegend Nederlandstalig. De faciliteitengemeenten worden ook vaak bewoond door oude(re) rijke - al dan niet gepensioneerde - Franstaligen. In Québec moeten anderstaligen hun kinderen sturen naar Franstalige scholen, niet naar Engelstalige. Als er een wet zou zijn dat anderstaligen in de Vlaamse Rand verplicht hun kinderen te sturen naar Vlaamse scholen beperken we de verfransing.
Talentellingen zijn ook verboden, en wie vertrouwt nu FDF cijfers? Datzelfde FDF zegt ook dat Brussel voor 90 % Franstalig is, terwijl de Franstalige moedertaalsprekers ook daar een minderheid zijn.