Minister-President
Geregistreerd: 19 april 2003
Locatie: Mechelen
Berichten: 4.827
|
Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Goe weere
Heer Ossaert: hierbij mijn reactie ten gronde. Het is een lang en waarschijnlijk saai stuk. Gelukkig kun je op elk moment beslissen om niet verder te lezen.
Eerst een paar voorafgaande opmerkingen.
1. Ik geloof dat ik intellectueel eerlijk ben. Ik realiseer mij heel goed dat het Vlaamse autonomisme NIET als geheel in de hoek van het volksnationalisme is onder te brengen en er ook een sterke rationele poot bestaat. De Gravensteengroep bijvoorbeeld, rond Etienne Vermeersch, die ik nooit van irrationalisme zal of kan beschuldigen. Weinig hoogleraren hebben mijn persoonlijkheid sterker beïnvloed dan hij, juist in de richting van het kritisch en wetenschappelijk denken. Met de rationele stroming heb ik geen ideologisch conflict, hoogstens een verschil van inzicht over de kansen en risico’s die aan het autonomiestreven verbonden zijn. Daarover valt onder volwassen mensen te praten, zonder dat wij elkaar moeten verketteren. Met de volksnationale stroming heb ik WEL een ideologisch conflict.
2. Mijn ideologische kritiek betreft dus niet het geheel, maar slechts dat onderdeel dat zich op het volksnationalisme beroept. Dat is toch een deel dat niet als marginaal kan worden afgedaan, met partijen als het VB en NVA. Los van de eigen getalssterkte van de volksnationale stromingen zetten deze bovendien sinds de Volksunie het hele politieke bestel onder druk. Cruciaal in mijn kritiek is dat de Vlaamse staat voor hen een doel op zichzelf is, en geen resultaat van een kritische analyse van de feiten. Vergelijk maar met de marxistische leer. Beiden zijn in Popperiaanse zin te beschouwen als holistische en historicistische theorieën (zie The Open Society and its ennemies). Voor het marxisme was het a priori gegeven doel de vestiging van de klasseloze socialistische maatschappij en dat impliceerde noodzakelijkerwijs de vernietiging van het kapitalistisch bestel en de vrije markt. Zo is voor het Vlaamse volksnationalisme de Vlaamse staat een a priori doel, en de vernietiging van de Belgische staat de noodzakelijke voorafgaande voorwaarde. Ik zie het nationalisme dus als een remmende factor of hinderpaal voor een meer rationale, wetenschappelijker benadering van het politiek probleem. Niet als de enige. Ook bijvoorbeeld het marxisme, maar dat is tegenwoordiger geen bedreiging voor de politieke praktijk in ONS bestel.
3. Zoals bijna altijd is het onderscheid tussen de rationele en irrationele lijnen vooral theoretisch. Ook het volksnationalisme, vooral de NVA, maakt gebruik van rationele argumenten. Dat gebruik is instrumenteel, in die zin dat deze stromingen in de rationele argumenten koren zien op de molen van hun vooraf gedefinieerde ideaal. In een rationeel-empirisch discours volgt het doel als conclusie uit de analyse van de feiten (inductie), hier gaat het doel aan de analyse vooraf (deductie). Conclusies uit de feitenanalyse die tegen het ideaal in zouden gaan, maken grote kans om genegeerd of geminimaliseerd te worden. Ook daarin zijn de nationalisten niet anders dan hun marxistische tegenvoeters. Beide ideologieën zijn gericht op een heilstaat, al is die voor beide ideologieën natuurlijk heel erg verschillend. Een heilstheorie verdraagt heel moeilijk de objectieve confrontatie met de groep in wier naam men pretendeert te spreken. De marxisten beweerden in naam te spreken van de werkende klasse als geheel, of de leden van die klasse het hiermee eens waren of niet. Het nationalisme pretendeert te werken voor de belangen van de volksnatie, of de leden het hiermee eens zijn of niet. Sterker nog: wie het niet eens is dreigt al gauw als onecht bestempeld te worden. Zie de concepten ‘vast bewustzijn’, ‘bourgeoisbewustzijn’, (onvoldoende) klassebewustzijn in het marxisme, zie de concepten (onvoldoende) volksbewustzijn, slechte en goede Vlamingen in het nationalisme. De goeden zijn altijd degenen die denken wat de ideologie leert dat ze moeten denken, als u begrijpt wat ik bedoel. In een wetenschappelijke benadering is er op basis van divergerende opinie binnen de bandbreedte van wat democratisch aanvaardbaar is geen plaats voor een onderscheid tussen goede en slechte Vlamingen, ‘echte’ en dus ook minder echte Vlamingen e.d. Alleen op basis van gedrag is er een onderscheid tussen goed en slecht mogelijk, bijvoorbeeld Vlamingen die de belastingen ontduiken.
Wat leert ons dat? Als u tot hier akkoord kunt gaan dan moet u zich ook kunnen vinden in de volgende stellingen:
1. Staten en andere politieke ruimtes zijn instrumenten, geen doelen op zich. Het zijn middelen die het samenleven regelen. Voor mij is de beste vorm degene die de beste garanties biedt inzake openheid, efficiëntie, bescherming van rechten, waarborgen van welzijn, welvaart en gelijke ontwikkelingskansen van mensen. Deze waarden zijn voor mij de doelen; de staats- of bestuursvorm is hieraan als middel ondergeschikt.
2. Een a priori voorkeur voor de Vlaamse of de Belgische staat is in een dergelijke opvatting niet aan de orde. Het verwezenlijken van de Vlaamse staat is immers geen natuurrecht of geen historische plicht, evenmin als het koste wat kost vrijwaren van het Belgisch staatsverband dat kan zijn.
De vraag is dus welk scenario in ons geval de meeste garanties biedt. Complicerende factor daarin is dat we niet van nul beginnen, geen staat of maatschappij ex novo kunnen opbouwen. We moeten dus noodgedwongen rekening houden met een bestaande situatie is. Dit houdt in dat als wij verandering willen van A naar B of omgekeerd, wij ons ook dingen moeten afvragen over eventuele onvoorziene, negatieve effecten of risico’s, collaterale effecten als het ware. Als we dat niet doen dan bezondigen we ons aan politiek avonturisme en dreigen de burgers van vlees en bloed hiervoor het gelach te betalen. Vergelijk hier nogmaals met het marxisme. Wat er in de landen van het reële socialisme in de plaats is gekomen van de verguisde kapitalistische staat, heeft niet echt meer welvaart, welzijn en vrijheid gebracht voor de werkende klasse in wier naam men pretendeerde te opereren!
Mijn inschatting van het kosten-batenverhaal is dat ook Vlaanderen waarschijnlijk meer te verliezen heeft bij het verlies of uithollen van het Belgisch staatsverband dan te winnen. De gedachtewisseling over de factoren die in die inschatting een rol spelen is een lange, heel lange discussiedraad op zich. Elementen erin zijn o.a. (a) de eventuele verdeling van de staatsschuld die de ontwikkeling kan hypothekeren, (b) het gevaar van het verlies of de tegenwerking van Brussel, (c) de kwestie van de taalrechten voor Franstaligen in een eventueel onafhankelijk Vlaanderen, dat met Brussel erbij een België zonder Wallonië dreigt te worden, (d) de slaagkansen van het lanceren van nieuwe handelsmerken (VL, BR, W) als erfgenamen van een bekend en gevestigd Belgisch merk, (d) inschattingen over de kwaliteit van de autonome Vlaamse samenleving.
Vooral punt (d) is persoonlijk bepaald want afhankelijk van mijn specifiek waardensysteem. Wat mijn opvattingen betreft geef ik twee elementen. Het eerste is dat ik er een deel van het Vlaamse patronaat van verdenk dat zij voor verregaande Vlaamse autonomie kiezen als kortste weg naar een maatschappijmodel van ongebreideld marktkapitalisme zonder sociaal correctief. Het tweede betreft de ethische keuzes en vrijheden. Stel dat Vlaanderen al twintig jaar onafhankelijk was geweest. Zou het dan abortus hebben gelegaliseerd, zou het een eutanasieregeling hebben gekend, zou er een even verregaande erkenning zijn geweest van alternatieve samenlevingsvormen, zouden de holebi’s dezelfde rechten gehad hebben als nu? Ik weet het niet, maar ik heb daar zo mijn twijfels over. Voor mij zijn de bovengenoemde verworvenheden veel belangrijker voor het leven en de kansen op geluk van mensen dan de kwestie van een Vlaams of Belgisch staatsverband.
Nogmaals: dit zijn slechts enkele van mijn persoonlijke inschattingen, en die zijn sowieso niet te nemen of te laten. Ik zie overigens ook wel potentiële voordelen, o.a. een redelijk waarschijnlijke efficiency gain.
|
Ik ga me beperken tot een aantal korte opmerkingen met betrekking op een aantal dingen die je hier schrijft.
1. Ik denk dat je het (Vlaams-)nationalisme teveel eer bewijst door het te beschouwen als een op zichzelf staande ideologie als bv. het liberalisme of het marxisme. Zelfstandigheid is dan wel een doel, maar dat is een leeg begrip, in niets te vergelijken met de communistische heilstaat of de (neo-)liberale vrije markt. Op zichzelf is het nationalisme of de problemen die het stelt te zwak om echt van betekenis te zijn: het nationalisme bestaat niet op zichzelf, in zowat alle betekenissen die je daaraan kan verbinden. Het kan zich enkel ontwikkelen in combinatie met andere ideologieën, waaraan het zich hecht. Het is net de versatiliteit (of het parasitaire, zo je wel) die het zijn sterkte geven: van de nationaal-liberalen tijdens het Duitse Keizerrijk, tot en met het Roemeense nationaal-communisme, over het reactionaire consveratisme van Franco, telkens was het nationalisme 'slechts' één deel van de puzzel. Zelfs in zijn meest virulente vorm, tijdens het fascisme, was er geen sprake van een ideologie. De natie (eigenlijk: de staat) was dan wel van primordiaal belang, er was geen duidelijk beeld hoe die staat moest ingevuld worden of wat er verder mee moest gebeuren: aanvankelijk maakte het deel uit van de obsessie met dynamiek, snelheid en geweld, later was het een deel van de inerte, verstarde staatsrethoriek.
2. De vraag of een onafhankelijke Vlaamse staat meer of minder zou kunnen bijdragen tot een aantal levensbeschouwelijke verworvenheden, lijkt me nogal vreemd. Het communautaire is een oude breuklijn in de Belgische politiek, naast de levensbeschouwelijke en de sociale, maar is daar op zich niet aan gerelateerd. Om het erg karikaturaal voor te stellen, is je vraag te vergelijken met die of je met die nieuwe auto betere frietjes zal kunnen bakken. De reden die je bij jou (en elders) wel hoort, dat het streven naar Vlaamse autonomie niet meer zou zijn dan een verkapt neoliberaal project, vind ik onzinnig. Vooreerst stap je daarin mee in één van die neo-Belgische nationale mythen, dat de eenheid van het land de enige garantie is op solidariteit, en -verder- dat Vlaanderen een soort anti-België zou zijn: staat België voor multiculturaliteit, solidariteit en pluralisme, dan is Vlaanderen een enggeestige, racistische en egoïstische politiestaat. Vervolgens ontloop je ook je eigen verantwoordelijkheid: je laat je opvattingen volledig bepalen door anderen. Ik kan best geloven dat voor pakweg LDD Vlaamse onafhankelijkheid een middel is om tot een neoliberaal bestel te komen, maar dat mag je er geenszins van weerhouden om (alleen) daarom tegen Vlaamse autonomie te zijn. De verantwoordelijkheid die je daarmee hebt als burger -we hebben het hier een tijdje geleden al eens over gehad- om mee te denken over politiek, ga je daarmee bij de eerste de beste moeilijkheid uit de weg.
3. De keuze voor of tegen Vlaamse autonomie is niet zo rationeel als jij laat uitschijnen, in de zin dat je er met een eenvoudige socio-economische kosten-batenanalyse kan van af maken. Waar we het erover eens zijn dat een irrationeel nationalisme een gevaar is, denk ik niet dat je meteen ook de idee van een natie zonder meer mee in dat verdomhoekje mag plaatsen: een natie, dat ongrijpbare ding, is iets reëels, hoe tegenstrijdig dat ook mag klinken. In een eerder post had ik het over QI, Faulkner en Joy Division: wel, hoe relevant ik die voor mezelf ook vind, ik word er steeds aan herinnerd dat er een grens tussenin ligt. De thematiek mag me dan aanspreken, de wereld die Faulkner beschrijft, is de mijne niet: ik behoor nu eenmaal niet tot de cultuur van het Amerikaanse Zuiden; dat is wel het geval met Streuvels, ook al vind ik zijn boeken weinig relevant voor mezelf. Idem voor bv. Laura Lynn: ook al heb ik niets met dat mens of haar muziek, onbewust beschouw ik haar als 'één van ons', hoe vaag die 'ons' ook moge zijn. Als je met die idee aan de slag gaat, als je ervan uitgaat dat de vage notie van een natie een solide bouwgrond kan zijn voor een staat, de basis om een echte Republiek uit te bouwen, dan is er heel wat voor een Vlaamse staat te zeggen. Veel van de elementen die Benedict Anderson in zijn 'Imagined Communities' als typerend voor een natie beschouwt, zijn al (bijna) ingevuld voor 'Vlaanderen' en (bijna) verdwenen in 'België': grenzen, administratieve verbanden, een gemeenschappelijke taal, media en cultuur, een gedeelde (idee van) geschiedenis (bv. inclusief de mythen), de idee van een collectieve identiteit, kortom. Deze elementen bestaan niet (meer) voor België of de Benelux, laat staan voor Europa. Er is iets wat je als een Vlaamse natie kan beschouwen: natuurlijk is er geen checklist en is er allerminst nood aan het aanleggen van lijstjes van wat nu precies een Vlaming is, je kan uiteraard aannemen dat minstens een deel van deze 'natie' gecreëerd is (in wisselwerking met een werkelijkheid), maar dat zijn uiteindelijk vragen van ondergeschikt belang.
4. Ik zou me niet verlaten op dramatische prognoses om voor of tegen Vlaamse autonomie te zijn: als de geschiedenis ons één ding leert, dan is het dat ze onvoorspelbaar is. Er is altijd zoiets als de 'black swan' die vroeg of laat opduikt, en elke voorspelling naar de prullenmand verwijst. Recent werd bijvoorbeeld 'De prijs van de Scheiding' (die van 1830) onderzocht door historici. Wel, ondanks de idee (en dus de verwachtingen van de historici) dat 1830 een regelrechte economische ramp was voor de jonge Belgische staat, en ondanks het slechte gesternte waaronder ze moest beginnen, maakte het onderzoek duidelijk dat zeer snel nieuwe wegen werden gevonden. Nog voor 1835 was de trafiek in Antwerpen hoger dan voor de onafhankelijkheid, ondanks de sluiting van de Schelde en het verlies van een groot deel van de afzetmarkten. Je zou het ook anders kunnen verklaren: de prognoses die nu gemaakt worden, gaan bijna zonder uitzondering uit van de situatie zoals ze nu is, van de huidige parameters, maar de crux ligt hem net in het feit dat er weinig nog hetzelfde zal zijn, dat (bijna) alle parameters zullen veranderen.
__________________
Ik wil zeggen dat de mens Is, dat de mens Bestaat... welnu, laat hem zijn, laat hem bestaan! En dan zou het bestaan op zichzelf het enige einddoel zijn: de mens zou bestaan, en hij zou er alleen voor zorgen om te blijven bestaan in zo-groot-mate-mogelijk van relatief geluk en relatieve vrijheid. En dan zou het verkeerd zijn, misdadig, de mens zijn relatief geluk en relatieve vrijheid te doen opofferen voor een idee: voor god, de gemeenschap of de Staat.
|