Ook Mars lijdt onder broeikaseffect.
Dankzij de ruimtevaart beschikken we momenteel over een niet meer door mensen alleen te bewerken hoeveel gegevens over Mars. De ongeveer3 terabits aan gegevens (driemaal een miljoen maal een miljoen bits) kunnen alleen nog met computers worden verwerkt. Dat die enorme hoeveelheid gegevens veel verrassende resultaten opleveren, is dus niet eens zo bijzonder. Wel bijzonder is de aard van sommige van die resultaten. Zo lijkt Mars, net als de aarde, een grote klimaatverandering te ondergaan. Dat gebeurt vooral onder invloed van een sterke toename van koolzuurgas (CO2) in de atmosfeer, hetzelfde gas dat door een deel van de wetenschappers en bijna alle politici wordt gezien als een gas dat een belangrijke bijdrage levert aan de opwarming van de aarde via het zogeheten broeikaseffect.
We kunnen rustig uitsluiten dat Marsmannetjes door het verstoken van fossiele brandstoffen verantwoordelijk zijn voor de toename van de concentratie koolzuurgas in hun atmosfeer, die overigens zo’n honderdmaal ijler is dan de onze. Koolzuurgas is veruit de belangrijkste component van de Mars-atmosfeer. Het gehalte neemt door verdamping van koolzuursneeuw toe tijdens de lente en zomer op Mars, wanneer het warmer wordt. Bij dalende temperaturen (het is er overigens altijd veel kouder dan op aarde vanwege de veel grotere afstand tot de zon) valt het weer in de vorm van koolzuursneeuw in de poolstreken neer.
Met behulp van apparatuur aan boord van de Mars Global Surveyor hebben onderzoekers de dikte van de koolzuursneeuw op verschillende breedtegraden gemeten. Andere onderzoekers hebben met behulp van andere apparatuur aan boord van hetzelfde ruimtevaartuig de veranderingen op de zuidpool van Mars geregistreerd, waarbij onder meer het terugtrekken van de ijskap in beeld werd gebracht.
Het blijkt dat in warmere perioden veel meer CO2 sublimeert (overgaat uit vaste toestand in gas) dan tot nu toe werd aangenomen. Dat houdt in dat de ‘poolijskappen’ als het ware steeds verder afsmelten en dat de atmosfeer (voor zover Mars die weet vast te houden) steeds meer koolzuurgas gaat bevatten. Dat koolzuurgas zou op zijn beurt dan weer bijdragen aan verdere opwarming, waardoor de poolkappen nog verder zouden kunnen gaan afsmelten.
Het is niet uit te sluiten dat afsmelting en vorming van koolzuur-ijs op Mars per jaar sterk verschilt. Waarom dat het geval zou zijn, is onbekend. Daarom lijkt het vooralsnog waarschijnlijker dat ook Mars momenteel een klimaatverandering ondergaat. Dat moet dan met astronomische factoren te maken hebben (bijv. een toename van de hoeveelheid ontvangen zonnewarmte). Als die factoren een dergelijke invloed op Mars hebben, dan moeten ze ook op de dichter bij de zon staande aarde een rol spelen. Dat zou dan in overeenstemming zijn met de opvatting van veel aardwetenschappers dat het huidige broeikaseffect op aarde eerder een gevolg is van natuurlijke ontwikkelingen dan van menselijke activiteit.
Bron: http://www.fortuynpolitiek.nl/topic....51&whichpage=1
Invloed van zon op klimaat steeds duidelijker.
Kleine veranderingen in de zonne-activiteit, tot uiting komend in een minimale hoeveelheid meer of minder zonne-energie die per tijdseenheid de aarde bereikt, kan grote veranderingen hebben voor het klimaat op aarde. Dit is lange tijd fel bestreden (vooral door ‘groenen en politici), maar de aanwijzingen - zo niet bewijzen - worden steeds duidelijker.
De oceanograaf Gerard Bond van het Lamont-Doherty Earth Observatory en zijn collega’s hebben nu aangetoond dat in de afgelopen 12.000 jaar de negen perioden waarin de temperatuur in het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan daalde, een gevolg is van de uitbreiding van het koude noordelijke water naar het zuiden. De ritmische fluctuaties tussen een hogere en een lagere temperatuur volgende fluctuaties in de concentraties van de radioactieve isotopen koolstof-14 en beryllium-10. Omdat deze twee isotopen in de atmosfeer worden gevormd onder invloed van kosmische straling, en omdat de hoeveelheid kosmische straling die tot de directe nabijheid van het aardoppervlak kan doordringen direct samenhangt met de zonne-activiteit, moet dus worden geconcludeerd dat de uitbreiding van koud oceanisch water - en daarmee een belangrijke factor die bijdraagt aan temperatuurschommelingen - direct samenhangt met de activiteit van de zon.
Dit is uiteraard een punt dat aandacht verdient bij overwegingen met betrekking tot het beleid ten aanzien van het broeikaseffect, want wellicht speelt de mens dus - opnieuw - een veel geringere rol dan de natuurkrachten. Ook in het nabije verleden blijkt dat het geval te zijn geweest. Vanaf het midden van de zeventiende eeuw tot de eerste decennia van de achttiende eeuw trad er een koude periode op die samenvalt met een periode van sterk verminderde zonne-activiteit (het zogeheten Maunder Minimum). Amerikaanse onderzoekers hebben een algemeen circulatiemodel toegepast om de temperatuurverschillen te analyseren die optraden tussen het Maunder Minimum en een eeuw daarna, toen de zonne-activiteit gedurende enkele tientallen jaren juist relatief groot was. Ze stelden daarbij vast dat het relatief koude klimaat gedurende het Maunder Minimum een gevolg moet zijn geweest van een afname in de sterkte van de zogeheten Arctische en Noord-Atlantische Oscillatie. Daardoor trad op diverse continenten regionaal een afkoeling op die vijfmaal zo groot was als de gemiddelde temperatuurdaling op aarde. Daarmee is een ‘hefboom’ duidelijk geworden waarmee een relatief geringe verandering van de zonne-intensiteit grote gevolgen kan hebben voor het klimaat. Nu zitten we in een periode waarin de hefboom zorgt voor hogere temperaturen.
Overigens merkt de glacioloog Richard Alley (van de Pennsylvania State University) op dat hiermee nog niet alle vraagstukken omtrent de huidige opwarming van de aarde zijn opgelost. Zo is het effect dat de mate van zonne-intensiteit heeft veel groter dan verklaarbaar met de huidige klimaatmodellen. Hij acht het mogelijk dat de effecten worden versterkt doordat een geringe opwarming van het oceaanwater al kan leiden tot veranderingen in het patroon van zeestromen.
Bron: Nederlandse Geologische Vereniging
Zie voor meerdere artikels over dit onderwerp ook: http://www.fortuynpolitiek.nl/topic....51&whichpage=1
zie ook: http://www.ghcc.msfc.nasa.gov/ghcc_cvcc.html
http://www.giss.nasa.gov/research/stories/20030513/
http://www.co2science.org/
http://www.co2science.org/subject/g/globaliceage.htm
http://www.earth.columbia.edu/news/2...y03-20-03.html
http://www.pnas.org/cgi/doi/10.1073/pnas.0731897100
__________________
Met dank aan: TomB, Supe®Staaf, Brabo, Sato, boer_bavo, @lpha, Knuppel, Raf, Antoon, Tantist, Distel, Pelgrim, Paulus, nou nou, Bobke, Griffin, Spetsnaz, oriana, C uit W, Seba, ingenious, Zeno!, zorroaster, alpina, dejohan, circe, Kotsmos, S., luc broes, Aangebrande, solidarnosc, maddox,Tzuvar Raemborr, Spelev, Mieke 79, DaBlacky, numarx,Vlaanderen Boven, bartje, Turkje, ossaert, Fribre, de Vexille, Groot Bakkes, Jos Verhulst, Bece, Babeth, Nynorsk, driewerf, wb, cuboidz, sancho, Dimitri, e.a.
|