Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door roger verhiest
1. Fries is een aparte taal over Limburg is een discussie gaande, maar het is eerder een dialect.
|
Tot in de treuren moet ik het herhalen en laten lezen: limburgs is geen dialect.
http://taal.phileon.nl/limburgs.php
Limburgs officieel als taal erkend
Op 14 februari 1997 is het Limburgs officieel door de Nederlandse regering als 'vreemde' taal erkend, onder het Europees Handvest voor Regionale en Minderheidstalen. Voor meer informatie over dit handvest, klik hier.
Van de politieke partij "Pertie Nuuj Limburg" (PNL) is in de zomer van 2000 een initiatiefvoorstel gekomen om het gebruik van de Limburgse taal verder te stimuleren en om een 'Algemeen geschreven Limburgs' (AGL) te ontwikkelen en promoten. Dit voorstel is behandeld in de gedeputeerde staten van Nederlands Limburg. Na het laten vallen van het AGL, waarvoor nog niet voldoende politieke steun was, is het voorstel aangenomen. Dit betekent o.a. dat er een streektaalfunctionaris is aangewezen en dat een Raad voor het Limburgs is opgezet. De streektaalfunctionaris is momenteel Ton van de Wijngaard.
Het Limburgs is geen dialect, maar een taal
De Limburgse taal is een zelfstandige en volwaardige, aan het Duits en Nederlands verwante taal. Het heeft een andere oorsprong dan het Nederlands en bestrijkt een vrij groot gebied. In Limburg spreken ongeveer een miljoen mensen Limburgs en het taalgebied strekt zich over drie landen uit: België, Duitsland (gemeente Zelfkant) en Nederland.
De Limburgse taal wordt door velen aangeduid als "de Limburgse dialecten". Dit is onjuist, want een dialect is een afgeleide van een zelfstandige en volwaardige taal. Het Limburgs, echter, is een onder het Europees Handvest voor streektalen of talen van minderheden erkende taal. Het doel van dit Handvest is het beschermen en het versterken van de niet-dominerende talen in Europa. Belangrijk evenwel, voor de afbakening van het begrip dialect, zijn de criteria die het "European Bureau for Lesser Used Languages" (onderdeel van de Europese Unie en verbonden aan de Raad van Europa, met een eigen positie binnen de UNESCO) hiervoor hanteert: "dialecten richten zich wat betreft de woordenschat, de zinsbouw en de spelling naar de standaardtaal." Geen van deze drie criteria is op de Limburgse taal van toepassing. Bovendien heeft het Limburgs, zoals hierboven vermeld, een formele status als taal. Hieruit kan men concluderen, dat het Limburgs geen dialect is, laat staan een dialect van het Nederlands, zoals sommige landgenoten plegen te denken, maar één taal.
Wat hier abusievelijk met "Limburgse dialecten" wordt aangeduid, zijn in werkelijkheid varianten en tongvallen van de Limburgse taal (elke taal kent deze verschijnselen):