Dit is een zéér gevaarlijk arrest.
Niet zozeeer door de veroordeling op zich, maar door de methodiek.
In het tweede deel van het arrest heeft de rechter uitspraken, zinsneden, beweringen, zowel van het VB als uit de parlementaire stukken, naast elkaar gelegd, uit hun verband gerukt en daaruit conclusies getrokken.
Dit is ongehoord.
De rechter heeft o.m. de taak wetsregels in een kader te plaatsen. Een maatschappelijk kader, rekening houdend met de tijdsomstandigheden etc. Zoniet kan de rechter gunstig vervangen worden door een computer.
Dit heeft de Gentse rechter al dan niet bewust nagelaten. In zijn ijver om tot een veroordeling te komen heeft hij blijkbaar losse verbanden bij elkaar gebracht, zonder rekening te houden met de omstandigheden waarin deze uitspraken tot stand zijn gekomen.
Op deze wijze kan elke rechter probleemloos aantonen dat het judaïsme racistisch en discriminerend is. Idem dito voor het christendom en de islam.
Voor de thora, de bijbel, de koran, verwijst men steeds weer naar de historische omstandigheden van uitspraken tegen de vrouw, tegen de homo's, tegen de niet-besneden volkeren. En zo hoort het ook.
Dit is in onderhavig geval nagelaten op bijzonder grove wijze.
Goede rechtspraak is gestoeld op afweging en overweging.
Deze ontbreken volkomen in het voorliggend arrest. Het is het ineenpuzzelen van details om tot een vooraf vastgesteld besluit te komen.
Minderwaardig. In een rechtstaat ongehoord.
|