Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door fonne
Nee, ik had het dus over representatief.
|
Ja, dat weet ik ... doch het ging toen over het vermeend select 'uitpikken' van fossielen.... diegene die 'toeval op toeval' ( 'k vraag me nog steeds af hoe men dat begrip moet interpreteren ) netjes geconserveerd zouden zijn.
Jij deed het overkomen als ware de beestjes die toevallig in dat moeras gekomen waren uitgepikt zouden zijn.... dat is dus niet zo
En zoals je kan zien in je eigen geciteerd stukje is de eis voor a-select gekozen een eerste voorwaarde... representativiteit ligt een stuk moeilijker en kan je nooit met zekerheid weten tenzij je een goede reden zou kunnen opnoemen.
Bv zo kan je opperen nadat ge een handvol willekeurige mensen hebt gepikt om bv lichaamslengte in kaart te brengen dat het aantal vrouwen tov mannen sterk zou afwijken... dan heet die steekproef niet representatief wat betreft het kenmerk geslacht ondanks het feit dat ze willekeurig 'gepikt' zouden zijn.
Uiteraard met grote steekproeven stelt zich dat probleem nauwelijks.
Citaat:
Om ergens mee te beginnen is het ons bekende fossielen-bestand a-select?
Nee, en wel om al de volgende redenen:
- er zijn specifieke omstandigheden nodig om te garanderen dat een fossiel bewaard blijft die niet overal voorkwamen. De eerste stap van bewaring was vaak een bedekking met sedimenten in het water: ==> geografisch / habitat select.
- redelijk wat fossiele vondsten zijn te danken aan zeldzame catastrofale geologische gebeurtenissen of korte-termijn veranderingen: ==> chronologisch select
- grote vleeseters eten kleine dieren op met skelet en al, de kans dat je goed bewaarde skeletten vindt van grote dieren is relatief groter dan dat je die van kleine beestjes vind. ==> soorten select
- in bepaalde omstandigheden is het veel gemakkelijker om de fossielen terug op te graven, bv. de woestijn vs. de toendra in Siberie, en vermits paleontologen liever lui dan moe zijn verkiezen ze in het lekker warme klimaat van de woestijnen met schopje en emmer te gaan spelen, wetende dat daar ook nog eens de kans op succes veel groter is: ==> heel geografisch select
- en nog wat dingen zekers waar ik niet direct aan gedacht heb...
|
Je bent volledig naast de kwestie aan praten
Het gaat over representativiteit met betrekking tot het beest dat men vindt niet over representativiteit tot het volledige bestand.... hoe zou het ?
Hoe kan een gevonden iguanodon nu representatief zijn voor, zeg maar, een triceratops ?
Citaat:
Op basis van deze vaststellingen is het gemakkelijk te begrijpen waarom de mens uit Afrika moet komen: er zijn nergens anders genoeg fossielen van gevonden. Maar die conclusie is dus niet noodzakelijk correct omwille van het feit dat de verzameling niet a-select is.
|
Dan hebt ge het over een foutieve conclusie inzake voorkomen ... niet over het niet representatief zijn voor de gevonden soort.
Citaat:
Is de verzameling representatief? Dan moet je eerst eens definiëren wat de relevante "variabelen" zijn voor de dingen die je wilt onderzoeken.
Stel: je wilt aantonen dat voor het uitsterven van de dinos, er heel weinig zoogdieren waren, en veel dinos, en de zoogdieren zich dus pas achteraf sterk hebben uitgebreid. De relevante variabele is hier de verhouding van het aantal exemplaren in de twee populaties. Kunnen we daarover iets met zekerheid zeggen op basis van de fossielen-verzameling? Nee, het is perfect mogelijk dat als gevolg van het a-select zijn van de "steekproef" de gemeten variabele heel sterk afwijkt van de echte historische waarde. Veel kan je daarover niet zeggen, je hebt zelfs geen toegang tot de echte volledige historische data, je kan dus ook niet proberen de gevolgen van het select zijn van de sample recht te zetten. Dus zelfs voor deze heel eenvoudige meting kunnen we representativiteit niet garanderen.
|
niemand beweert dat
Citaat:
De vereiste van representativiteit is ook dat de statistische verdeling van de waarden gelijkaardig is. Wat ook betekent dat je een voldoende groot staal moet nemen om de verdeling met een zekere nauwkeurigheid te kunnen bepalen.
Uitspraken doen over kenmerken van een soort op basis van twee (2) schedels van die bepaalde soort is dan ook niet erg aan te raden, zeker als die dan ook nog eens dicht bij elkaar gevonden zijn. De sample is gegarandeerd niet representatief voor de kenmerken van die soort. Laat ons maar zeggen, de hersen-inhoud van een of andere australopithecus rudolfensis bijvoorbeeld.
|
Dat heeft niks met representativiteit ervan te maken.
Je kan enkel stellen dat als het dient om bv die hersen-inhoud in kaart te brengen dat een eerste waarde is die veel sterker zou kunnen afwijken dan als ge er 100 schedels had gevonden.
Citaat:
De zaak wordt alleen maar erger als we iets willen gaan zeggen over de evolutie, dus als we tijdsreeksen van variabelen gaan bestuderen. Bijvoorbeeld we willen meten hoe de complexiteit van organismen is gegroeid tijdens de cumbrische explosie. Complexiteit gemeten bv. via het maximaal aantal types gedifferentieerde cellen dat voorkwam binnen alle voorkomende soorten op elk moment. Was dat een stapfunctie van 1 naar 1000 of een trapfunctie of een zachte S-curve uitgespreid over 50.000.000 jaar? Als je daar een definitief antwoord op wil geven moet je garanderen dat de complexiteitsfunctie representatief is, op verschillende tijdsstippen met tussentijden die klein genoeg zijn om de steilheid van de curve te zien. En daar heb je dan wel heel veel fossielen voor nodig.
|
welwel... dan hoop ik dat ge nu eindelijk je biologische klok opbergt