Het Vlaams Blok trekt graag twee snuiten op economisch vlak. Als het over de EU gaat hoor je ze lamenteren over al onze "sociale verworvenheden" die verloren gaan door de EU-liberaliseringen en richtlijnen. Tegen de Ikea-wet fulmineren ze omdat die de grote winkelketens zou bevoordelen ten koste van de kleine middenstander. Allemaal legitieme kritieken, dat wel.
Maar zit je op een debat met Rob Verreycken (voor die besloot zijn ex in mekaar te trimmen, by the way) voor Jong-VLD, begint die daar opeens de ultra-liberaal uit te hangen en te roepen dat we dringend de winkelsluitingsuren moeten flexibiliseren en openstellen.
Als je dan tegenwerpt dat zoiets de doodsteek is voor de kleine lokale middenstander, die zelf zijn winkel moet openhouden op de meest onmogelijke uren, tegenover de supermarkt die desnoods nachtploegen elkaar laat aflossen, zegt hij doodleuk dat zoiets nodig is om ons aan te passen aan de globalisering...
En de bouwsector moest geliberaliseerd en geflexibiliseerd worden, want we globaliseren hé.
A tête du client is het Blok dus ofwel sociaal-conservatief ofwel ultra-liberaal.
|