Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door poekieJ
Hij mag van mij schrijven zoals die wil, dat is zijn goed recht. Maar dan heb ik ook het recht dat lelijk en fout te vinden.
|
Ik ben het met je eens wanneer je het recht opeist iets lelijk te vinden. Dat is een kwestie van smaak en daarover wordt niet getwist. Anders is het gesteld met het begrip "fout": dat veronderstelt de overtreding van regels. Waar er geen regels zijn of waar zoals in dit geval regels niet van toepassing zijn heeft niemand het recht iets fout te vinden. Daar gaat het om voorkeuren of wenselijkheden waarin iedereen vrij is.
De Nederlandse Taalunie heeft in
Voorzetten 44 niet één maar wel twee deeltjes doen verschijnen.
Deel I geeft een spelling weer zoals die op zuiver taalkundige gronden beschreven is en voor die beregeling tekenden bij de officiële uitgave volgende taalkundigen verantwoordelijk: de professoren G. Geerts, A. Neijt-Kappen, G. de Schutter, P.G.J. van Sterkenburg, J. Taeldeman, S. de Vriendt, de doctores in de Germaanse filologie G.J.M. Verhoeven en J.J. Zuidema, en drs. P.C. uit den Bogaart. Dat zijn stuk voor stuk zwaargewichten op taalgebied en hoe dan ook mensen die beroepsmatig hun hele leven met onze taal bezig zijn, haar van binnenuit kennen en verdomd goed weten waarover ze praten. Hun beregeling is bij ieder stapje diepgaand verantwoord en door publieksonderzoek ondersteund en vooral: ze is loepzuiver Nederlands. Om deze reden spreken we van de taalkundige versie van de beregeling.
Deel II geeft een spelling weer zoals die op politieke gronden beschreven is en voor die beregeling tekende bij de officiële uitgave H. d’Ancona verantwoordelijk mede namens haar kollega-kultuurminister H. Weckx en de onderwijsministers L. van den Bossche en J. Ritzen. Zij hebben op taalkundig gebied geen enkel soortelijk gewicht (met een knipoogje naar Frans Verleyen zaliger) en ze kunnen geen taalkundige geloofsbrieven voorleggen. Om deze reden spreken we van de politieke versie van de beregeling. Erger nog, hun inzet voor onze taal is een potje dat beter gedekt blijft want er zit een onfris luchtje aan: bij de schandaaldossiers in de Europese Gemeenschap (met name de etikettering en het Merkenburo) zijn ze alle vier doodleuk vergeten dat onze taal óók bestaat en haar rechten heeft, ééntje heeft het zelfs bestaan het Nederlands door het Engels te willen vervangen in het hoger onderwijs. Dat zootje ongeregeld zou het recht hebben ons eens gauw te gaan vertellen hoe we moeten spellen?
Waar zijn we mee bezig? Waar gaan we naartoe?