Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door patrickve
Allez, ge hebt gelijk, laten we interessanter dingen bediscussieren:
bijvoorbeeld het punt waar ik nog niet uit ben dat oppotten eventueel hetzelfde effect zou kunnen hebben als sparen.
Inderdaad twee visies die vanuit een redenering lijken te kloppen:
1) oppotten is hetzelfde als sparen: door op te potten, stel je consumptie uit, en maak je dus productiemiddelen en capaciteit vrij om te investeren.
2) oppotten is niet hetzelfde: door op te potten onttrek je gewoon geld aan de circulatie (twee manieren om hetzelfde te zeggen: ofwel verklein je M, ofwel verklein je V), en aangezien dat geen invloed heeft op de echte economie, haalt dat dus niks uit.
Een paradox dus: twee schijnbaar correcte redeneringen leiden tot een tegengestelde conclusie.
|
Ik denk niet dat beide stellingen tegengesteld zijn. Het antwoord zit in de laatste zin van stelling 2: "aangezien dat (M) geen invloed heeft op de echte economie, haalt dat dus niks uit".
Ge zegt daar dat het verkleinen van M geen invloed heeft op de reële situatie. Maar ge bekijkt de initiële reële situatie verkeerd.
Beginsituatie: ik spaar en ik investeer. Vraag naar consumptiegoederen daalt, aanbod van investeringsgoederen stijgt.
Tweede situatie: ik spaar en ik pot op. M daalt, algemeen prijspeil daalt, waardoor de vraag naar investeringsgoederen (van anderen) stijgt.
De daling van M heeft dus geen invloed op de reële economie. Het totaal aantal investeringsgoederen/consumptiegoederen blijft hetzelfde. De fout die je maakte in de tweede stelling was dat je de invloed niet vergeleek met de beginsituatie waar ik wel zou sparen.
Toen ik zei dat sparen of oppotten volledig identiek waren, maakte ik wel een fout. Wanneer ik oppot maak ik wel middelen vrij. Ik verwijder mezelf als beslissingsmaker wat er met die goederen moet gebeuren. In de plaats hiervan mogen anderen nu beslissen wat ermee gebeurt. Maar het is natuurlijk niet noodzakelijk dat anderen beslissen te investeren met de vrijgekomen goederen. Ze kunnen ze ook gewoon consumeren. Of ze consumeren of investeren hangt af van hun tijdsvoorkeur. De oppotter is neutraal tov het sparen/consumeren. De spaar/consumptie beslissingen worden door anderen genomen.
Er kan niet echt een oordeel geveld worden over dat de anderen beter zouden sparen of beter zouden consumeren. Das hun persoonlijke voorkeur, ze mogen kiezen wat hun nut maximaliseert.
De oppotter zelf heeft natuurlijk wel liever dat de anderen investeren ipv te consumeren. Hoe meer mensen consumeren met de productiemiddelen die hij vrij liet, hoe lager zijn rendement en hoe meer reden hij heeft om toch zelf actief te investeren.