In zekere zin beide.
Het menselijk brein beschikt van nature uit over verschillende "wiskundige" vermogens. Denk aan het vermogen om geometrische figuren te herkennen en "veel" van "weinig" te onderscheiden. Het realiseren van deze vermogens is een ontdekking.
De symbolische taal om deze vermogens formeel voor te kunnen stellen en te axiomatiseren is dan weer een uitvinding van de mens.
Logische conclusies binnen deze symbolische taal worden uiteindelijk echter ontdekt; maar dit door gebruik te maken de in deze taal ontwikkelde constructies (=uitvinding).
Wanneer men uiteindelijk in de natuur een systeem ziet dat blijkt te conformeren aan het wiskundige model, dan is dat een ontdekking.
__________________
sin otra luz y guía
sino la que en el corazón ardía.
|