
Het enige wiskundig truukje dat ik kan onthouden is van de lagere school.
Je vraagt een vrijwilliger (lees klasgenoot op de speelplaats) om een getal te kiezen tussen 0 en 10. Daarna laat je die er allerlei optel- en aftreksommen mee maken en weet je perfect welk getal ze als uitkomst krijgt.
Bijv. zij kiest
x (jij weet als vraagsteller niet welk getal, maar het maakt ook niet uit)
Dan laat je ze het volgende ermee doen: +5, -3, +8, -1
én -x = 9.
De uitkomst die ze heeft is 9.
Lalala, indrukwekkend eh.
