De kiesresultaten worden volgens een bepaalde sleutel verdeeld. De huidige beide verdelingssystemen (Imperiali en D'Hondt) geven aan de grotere partijen een voordeel wat betreft de verdeling van de beschikbare mandaten. Imperali (gebruikt bij gemeenteraadsverkiezingen) nog een stuk meer dan D'Hondt (sinds 1899).
http://nl.wikipedia.org/wiki/Methode-D'Hondt
Er is stemplicht in België. Wat later werd dan partijfinanciering ingesteld, waarbij de partijen konden genieten a rato hun zetels . Een partij zonder verkozene vangt niks.
In 2003 werden kieskringen ingesteld, om het succes van bepaalde partijen te kunnen mitigeren. Slechts een beperkt aantal zetels per provincie, zodat een succes in één provincie tot die provincie beperkt bleef.
Ook werd het kieskringgewicht gekoppeld aan het aantal inwoners. Niet aan het aantal stemgerechtigden. Zo heeft een kieskring met veel niet-Belgen (Brussel) een onevenredig hoger gewicht aan zetels dan een kring met weinig niet-Belgen.
Aparentering werd ook afgeschaft. Opnieuw om de spill-over van bepaalde partijen tegen te gaan. Incidenteel ook om de Vlaamse stemmen in Brussel te liquideren.
Sinds 2004 werd daar nog eens de kiesdrempel aan toegevoegd, om bepaalde partijen helemaal te kunnen weren.
Deze snelle blik op de systemen geven mij de indruk dat de traditionele partijen aan de macht het systeem heel goed naar hun hand hebben kunnen zetten. Geen grote verrassing eigenlijk.
Wel verrassend is dat de opzet mislukt is. Bepaalde partijen zijn toch doorgebroken.
Nu is de vraag; wat gaan ze vervolgens verzinnen om toch bepaalde partijen te kunnen onderdrukken? Opzijzetten door openlijk samen te spannen is een geteste optie. Andere ideetjes?