Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door RASPOUTINE
Het decret van 16 october 1790 zegt het volgende :
<<Les hotels de ville et autres édifices publics continueront �* appartenir aux villes où ils sont situés.>>
Dus alle Overheidsgebouwen-gemeenschapsgoederen die op Brussels grondgebied zijn zijn van Brussel.
Ook deze die al verkocht zijn geweest door paars waarvan D. Reynders samen met Johan Vande Lanotte deel van uitmaakte.
Men kan dus stellen dat de voorzitter van de MR eigen Brussel patrimonium van zijn kiezers heeft verkocht voor rekening van een ander. 
Van hetwelke men kan stellen dat Brussel het zelf wel broodnodig had.
Hoe gaat de Brusselaar daar op reageren als het toevallig maar is vermeld wordt… 
|
ik dacht dat "hotel de ville" het stadhuis betekende.
Hoeveel stadhuizen werden er al verkocht in Brussel?