Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Woordenaar
=> Een 'groot staatsman' is uiteraard voor interpretatie vatbaar.
Een Belgisch staatsman wordt gekenmerkt door excessieve compromisbereidheid;
in die mate zelfs dat er sprake is van een 'ideologische leegte' aan de federale onderhandelingstafel.
Een ander belangrijk kenmerk van Belgisch staatsmanschap is consequente zelfzuchtigheid,
die de persoon in kwestie in staat stelt portefeuilles en functies/postjes te verkiezen boven het
verdedigen van het partijprogramma waarvoor de kiezer hem verkozen heeft.
Nog een karakteristiek gegeven is de afkerige houding ten aanzien van elke vorm van 'vlaamsgezindheid' die
ons deviant federalisme enigszins zou kunnen veranderen.
De nodige gretigheid aan de dag kunnen leggen om met misplaatste bravoure de onderhandelingsnederlagen
op federaal niveau voor de eigen gemeenschap te doen overkomen als staalharde verworvenheden.
Een misselijkmakende hoeveelheid zelfverheerlijking bezitten die maakt dat men zonder schroom
de bevolking steeds meer en zwaarder kan belasten zonder er ook maar eens aan te denken om in eigen
vel te snijden.
Een latent vermogen om aan politiek te doen, dat onderdrukt wordt door de onwil om daadwerkelijk
aan politiek te doen. De kunst om leugens als waarheid te verkopen en waarheid als leugens af te doen.
Kortom, wat mij betreft was mijnheer Martens inderdaad een 'groot staatsman'.
|
Pijnlijke, maar correcte analyse !
Bespaart me heel wat tijd om het zelf en waarschijnlijk minder scherp uit te denken.
Martens , de verpersoonlijking van de draaikonterij en zonder enige standvastigheid, was een politieke mossel.
Daarom werd hij door de PS al die tijd als premier geduld.
In de eigen partij werd hij gemeden.
Zeker na zijn kuiperijen tegen Tindemans.
Dat hij dat als gelovige maar tegen zijn Schepper uitgelegd krijgt.