Citaat:
Oorspronkelijk geplaatst door Eberhard Leclerc
Sterker, Broeder Paul, wij stevenen op een samenleving af waarin tussen de 20 en 25 % van de families zo welvarend worden dat zij niet hoeven te arbeiden om in hun levensondergoud te voorzien.
Dit door doorgaande vrijwel onbelaste kapitaalaccumulatie & gestegen algemene welvaart & laag geboortencijfer.
Nu is er al eeuwen sprake geweest van een laag percentage perpetuele rijken (adel en notabelen), maar we gaan nu dus de unieke situatie in dat een significant deel van de bevolking slechts haar kapitaaltje hoeft te beheren en niet productief hoeft te zijn.
Denken dat dat geen diepgaande gevolgen heeft op allerlei terreinen is naief.
Die hebben 100miljoenen verloren , maar zijn bepaald niet aan de bedelstaf hoor.
Ik waardeer je wil om de zaken praktisch te houden en te vereenvoudigen maar , als je echt wil, kun je heel ver komen met het waterdicht en sluitend fiscaliseren van natuurlijke en rechtspersonen.
Kijk voor de grap hoe de Amerikanen dat doen.
Vrij lage belastingen, maar je fokt écht niet met de fiscale autoriteiten.
De fundamentele vraag is of een mens, een samenleving, een land, beter wordt als er heel veel mensen met heel veel geld rondlopen die daar zelf geen moeite voor hebben hoeven doen of daar enige bijdrage aan hebben geleverd.
Moet je dat willen?
|
Eberd
het bedrag die je moet hebben om niet meer te werken en om u levenslang bezig te houden met geld uit te geven is minimaal 10miljoen en loopt op tot 100miljoen naargelang uw spendeerlust en uw interest die je krijgt op uw kapitaal
Er zijn weinig mensen die op dat niveau zitten, en allemaal, lees goed allemaal moeten ze zich effectief bezighouden met dat geld zoals controleren of het wel correct belegd is, of je uw rendement krijgt, of ze u niet bedriegen met andere woorden.
Nog sterkere uitspraak Eberd: ik wil elke bedelaar 1miljoen euro geven, na een jaar zit 95% weer aan de bedelstaf. Toegegeven af en toe heb je eentje die als het ware gevangen zit in het net. Dus je verdient in Belgie ongeveer wat je kunt ophoesten en opbrengen en wat je aankunt. Sommige springen ver, sommige heel ver, maar laten we zeggen gemiddeld springt iedereen tot het niveau dat hij aankan. Zit je erboven dan bouwt het af, zit je eronder dan dan zoek je extra werk tot je weer extra inkomsten hebt