De propaganda achter het anti-amerikanisme
Derk Jan Eppink 27/08/2004
Media en intellectuelen: ze geven maar al te graag kritiek op de VS. Bush is de baarlijke duivel, Amerika een land van dikzakken en idioten. Maar zelfkritiek of nuance, die zijn ver te zoeken, zegt Derk Jan Eppink.
HELE generaties Vlaamse intellectuelen zijn opgeleid aan de Katholieke Universiteit Leuven. Ze hebben gestudeerd in een universiteitsbibliotheek aan het Ladeuzeplein dat twee keer door de Duitsers werd afgebrand en twee keer met Amerikaans geld werd herbouwd. En toch, geen land komt er bij Vlaamse intellectuelen slechter af dan Amerika. Wie VRT- programma's bekijkt, krijgt de volgende indruk van Amerikanen: domme dikkerds die graag een pistool op zak hebben, doodstraffen uitdelen (bij voorkeur aan zwarten) en die seksueel gefrustreerd zijn. Terzake kondigt onderwerpen met deze inhoud neerbuigend aan. In Panorama leidt de presentator op dreigende toon gekochte documentaires over Amerika in. Eigen producties worden al jaren niet meer gemaakt. In het nieuws wordt bijna hoofdschuddend over de VS bericht. Als de naam van president George Bush valt, slaat verbetenheid toe als ware hij de duivel in persoon.
In de kranten en weekbladen is het van hetzelfde laken een pak. Het anti-amerikanisme is bij Vlaamse intellectuelen gezwollen door enorme Bushhaat. De afkeer van de zittende president heeft geleid tot politieke verblinding en denkluiheid. Zelden is het groepsdenken, toch al een probleem onder intellectuelen, in Vlaanderen zo groot geweest. Argumenten worden weggedrukt door haatgevoelens. Berichtgeving heeft maar één rode draad: weg met Bush!
Nu is kritiek op de VS helemaal niet erg. Integendeel, nergens wordt de eigen maatschappij zo kritisch bekeken als in Amerika. Kranten, televisie, internet: in de VS staat het vrijheidsideaal veel meer toe dan in Europa. In de VS kan men dingen schrijven waarvoor men in België wordt veroordeeld. De Amerikaanse journalistiek is bikkelhard, zoals Watergate heeft laten zien. Amerika heeft een cultuur van openbare verantwoording die, indien toegepast in de Wetstraat, zou leiden tot een fin de régime.
Het anti-amerikanisme zegt meer over Vlaamse intellectuelen dan over Amerika. In hun denkluiheid verwijten intellectuelen de VS dingen die in eigen land doodnormaal zijn. Zo hoorde ik onlangs de VRT-radio spreken over het 'geslacht Bush'. Dat klopt, George Bush is president, zijn vader was het ook en zijn broer is gouverneur van Florida. Is dat verkeerd? Vlaanderen wordt geregeerd door politieke geslachten: Tobback, Dehaene, Van den Bossche, Claes, Eyskens, Anciaux. Zonen en dochters van bekende politici worden nu al op prille leeftijd minister en worden, zoals Freya Van den Bossche, gepromoot door dezelfde media die afkerend spreken over 'het geslacht Bush'.
Toen vorig jaar Arnold Schwarzenegger gouverneur van Californië werd, was de meeste berichtgeving spottend in de trend van: ,,Zie daar een acteur en spierbundel uit Oostenrijk kan zomaar gouverneur worden, dat kan alleen in Amerika.'' Ja, dat kan inderdaad alleen in Amerika. In Vlaanderen is het ondenkbaar dat een Limburger gouverneur wordt van WestVlaanderen of omgekeerd. Dat is over vijftig jaar nog zo. In de Wetstraat kan een politicus het ministerschap mislopen omdat hij toevallig uit het verkeerde dorp komt. Wie is er nu eigenlijk open en wie is er gesloten: Amerika of Vlaanderen?
Wie in de Wetstraat een politieke carrière wil beginnen moet zich bijna prostitueren bij de partijleiding. In de SP.A mag niets gebeuren tegen de wil van Stevaert. Hij beslist wie tot de jonge garde behoort en wie niet. In de VLD draait alles al 25 jaar om Verhofstadt en Dewael. Hun acolieten (Somers, Keulen) krijgen belangrijke posten. Een nieuwkomer kan niet doordringen tegen de wil van de partijleiding. In de VS kan dat wel. Jimmy Carter was een onbekende pindaboer voordat hij president werd. Clinton was een onbekende gouverneur voordat hij het Witte Huis betrad. Kandidaten kunnen doorstoten, soms tegen de wil van de heersende elite in. Het Amerikaanse politieke stelsel is opener dan het Vlaamse.
Vlaamse media geven graag kritiek op Amerika terwijl zelfkritiek zelden voorkomt. Zo is Michael Moore met zijn film Fahrenheit 9/11 een icoon in het verzet tegen Bush geworden. Op het filmfestival in Cannes kreeg hij de hoofdprijs voor zijn anti-Bushfilm. Ik vraag me af of hij die prijs ook had gekregen als hij bijvoorbeeld met dezelfde ijver een film had gemaakt over alle schandalen waarin Franse presidenten zijn beland. Een film van een Amerikaan zou met dat onderwerp in Cannes waarschijnlijk niet eens worden vertoond. Hoe dichter bij huis, hoe volgzamer de media. Toen onlangs een Britse documentaire over het optreden van Leopold II in Congo werd aangeboden, was er nervositeit bij politiek (Hof en regering) en media. De VRT besloot de documentaire uit te zenden, maar pas nadat het een en ander ,,in historisch perspectief'' was geplaatst. De scherpe kantjes moesten eraf. Is het niet vreemd dat een dergelijke documentaire van een Britse zender moet komen?
In Nederland is het niet beter. Ook daar worden Michael Moore en Fahrenheit 9/11 geprezen door progressieve columnisten en programmamakers. Toen echter de regisseur Theo van Gogh voor zijn film over de moord op Fortuyn beelden opvroeg bij de NOS en VARA waren noch de staatsomroep noch de socialistische omroep bereid ze te leveren. NOS en VARA hadden meegedaan aan het demoniseren van Fortuyn en ze werden daar liever niet aan herinnerd. Waar Moore werd geprezen, werd Van Gogh tegengewerkt.
Ik heb geen bezwaar tegen kritiek op Bush, maar ik vind het bedenkelijk als de berichtgeving louter op Bush-haat wordt gebaseerd. Het verdraait en vertekent het beeld van de hele VS. De wervende boodschap is steeds dezelfde: de Democraten zijn goed, de Republikeinen fout. VRT-correspondente Greet De Keyser maakte vier jaar geleden een portret van de Republikeinse Conventie en ze bracht ook verarmde buurten in beeld. Maar de Republikeinen waren acht jaar niet meer aan de macht. Clinton was al twee termijnen president maar de vertoonde armoede werd niet aan hem toegerekend.
Wie op de berichtgeving afgaat, denkt dat er alleen maar idioten in de VS wonen. Dat is niet waar. Bill Gates heeft met zijn kompanen gezorgd voor een elektronische revolutie waar we dagelijks mee te maken hebben. Enkele jaren geleden bezocht hij Brussel en wat gebeurde er? Voor de deur van de Concert Noble kreeg hij een taart in zijn gezicht gesmeten door een figuur die waarschijnlijk nog nooit een computer heeft gezien. Dat is het gevolg van systematisch gepropageerd anti-amerikanisme.
Media hebben wel vaker vertekende beelden gegeven. Ik herinner me hoe de Sandinisten in Nicaragua door Nederlandse media werden aangeprezen als verlossers. De meeste correspondenten waren dan ook grote aanhangers. Zij berichtten het thuisfront alvast dat de Sandinisten de eerste democratische verkiezingen in 1990 zouden winnenmet een vinger in de neus. Maar wat gebeurde? Ze verloren. De media zaten er totaal naast.
Ik ga, wat Amerika betreft, niet meer af op de Vlaamse of Nederlandse media. Ze voeren campagne en geven geen evenwichtig beeld van de VS. Ze praten Hollywood na, maar over het Zuiden of de Mid West horen we niets. Behalve dan een reportage in Terzake waarin lacherig wordt getoond dat men in Nevada geen dildo's mag kopen. De boodschap was weer helder: ,,Wat een hypocrieten, die Amerikanen.'' Ik herinner me het Zeeuws-Vlaamse dorp Sluis met al zijn sekswinkels. Het dorpje dreef op dildo's en op Vlaamse klandizie. Waarom? In België waren sekswinkels verboden.
Derk Jan Eppink
(De auteur is medewerker van Europees Commissaris Frits Bolkestein. Hij schreef dit artikel op persoonlijke titel.)
__________________
Live free or die.
Laatst gewijzigd door skye : 7 november 2004 om 11:39.
|